Guidance modelbeoordeling voor Nederland

17-06-2019 17:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 18 juni 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 17 juni 2019 om 17.05 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hogedrukgebied met zwaartepunt boven de Baltische staten trekt
geleidelijk noordoostwaarts, een omvangrijk lagedrukgebied ligt ten
noorden van de Britse Eilanden. Tussen beide systemen bevinden zich een
golvend koufront boven de Britse Eilanden en nog een vrijwel stationair
zwak frontaal restant boven Het Kanaal en het westen van de FIR. De
aanvoer is continentaal tropisch in onze omgeving. Dinsdag beweegt een
(thermisch) laag van het Iberisch Schiereiland noordwaarts richting
Bretagne, waar het aan het eind van dinsdagavond aankomt. Boven Het
Kanaal vindt dan tevens frontogenese plaats bij het zwakke front dat
geleidelijk naar het noorden wordt geduwd, mede onder invloed van een
hoogtetrog die vanuit het westen nadert. Noord van dit laag, in de
nabijheid van eerder genoemde frontogenese en mede door toedoen van
warmte-advectie en de inkomende hoogtetrog, ontstaat er een convectief
complex dat dinsdagavond laat en in de nacht naar woensdag mogelijk het
zuidwesten van de FIR binnenkomt. Het zwakke front trekt vervolgens als
koufront woensdagmiddag en avond van west naar oost over het land
(gevolg door het golvende koufront in de nacht naar donderdag).

MODELBEOORDELING:
Dinsdag in de loop van de middag is er vooral in Har36 en in mindere
mate in Hirlam een signaal te zien voor een geïsoleerde bui, vooral in
het noorden en westen. De vraag is of er gezien de droge mid-levels
(tussen 850 en 600 hPa) überhaupt wel een bui kan ontstaan (vanaf de
grond). De ander modellen houden het dinsdag verder droog. Toch maar een
kleine kans gehandhaafd in de uitstaande verwachtingen. Aandachtspunt is
de koers en timing van het in de synoptische situatie genoemde
convectieve complex. In Har36 kan dit dinsdagavond laat al de
(zuid)westkust aandoen en in de nacht naar woensdag al afstervend ook
verder over het land trekken. De andere modellen houden de convectie
aanvankelijk verder op zee, al zien we in Hirlam en EC woensdagochtend
vroeg ook het een en ander over het land bewegen. Qua randfenomenen ligt
de focus bij dit complex momenteel vooral op zware windstoten. Woensdag
overdag zien we in alle modellen ten oosten van het zwakke koufront
sterk oplevende buienactiviteit, waarbij het zwaartepunt dan al wel
duidelijk boven het oosten ligt.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Actueel zien we in het westen een zeewindcirculatie die de komende uren
nog behoorlijk ver het land op zal komen. Aandachtspunt zijn de
windstoten bij mogelijke convectie dinsdagavond laat en in de nacht naar
woensdag, waarbij een snellere timing waarschijnlijk tot zwaardere
windstoten zal leiden. Momenteel komen beide Harmonies met windstoten
bij het uitstervende complex woensdagnacht met windstoten in de orde van
35 kn. Woensdagmiddag komt Har40 bij onweersbuien boven het uiterste
zuidoosten met windstoten tot circa 40 kn. Lijkt allemaal wel
realistisch maar de timing en locatie van de buien en daarmee ook het
optreden van dergelijke windstoten is nog zeer onzeker. Tevens diept het
laagje in Hirlam zodanig uit dat er een 6 Bft komt te staan, hetgeen
momenteel niet wordt ondersteund door de modellen en we dan ook nog niet
overnemen.

BEWOLKING:
Dinsdag geleidelijk meer velden middelbare en hoge bewolking, zowel bij
en op nadering van het zwakke front als door warmte-advectie
daarvooruit. Dinsdagmiddag/avond vorming van Cu/Ac met hoge basis en
later in de middag een kleine kans op een geïsoleerde Cb met toppen tot
maximaal FL200. Bij het convectieve complex dinsdagavond en in de nacht
naar woensdag geclusterde, mogelijk ingebedde, Cb's met toppen tot
maximaal FL400. Woensdag overdag een wisselend wolkenbeeld met veel
(deels convectieve) middelbare en hoge bewolking en met name in het
oosten van het land geleidelijk vorming van CB's met in het oosten van
het land waarschijnlijk wederom toppen richting FL400. In de grenslaag
zien we vanaf woensdagochtend in alle modellen een toenemende kans op
stratus in het westen van de FIR (boven zee).

NEERSLAG:
Dinsdag later in de middag met name in het westen en noorden aan kleine
kans op een geisoleerde (onweers)bui, bij een MUCAPE in de orde van
400-700 J/Kg en een effectieve schering rond 20 kn. Liftmechanisme zou
van convergentie a.g.v. zeewindcirculatie kunnen komen. Gezien de goed
gemengde, diepe en droge grenslaag zou hierbij windstoten kunnen
optreden. Har36 komt met circa 25 kn, lijkt realistisch. Later
dinsdagavond en in de nacht naar woensdag opteren de modellen voor meer
geclusterde convectie (convectief complex) in het zuidwesten van de FIR,
in een regime van 1000-1500 J/Kg MUCAPE en effectieve schering (1-6 km)
15-20 kn. In principe gaat het alleen vanaf middelbaar niveau, maar door
eigen dynamiek plaatselijk wellicht toch vanaf de grond (het komt
advectief binnen). In beide vormen (surface-based en elevated) kans op
(zware) windstoten, zoals beide Harmonies heel duidelijk laten zien.
Orde 35-40 kn, belangrijk aandachtspunt. Overvloedige neerslag en grote
hagel vooralsnog niet speciaal aan de orde. Woensdag overdag oplevende
buienactiviteit, met vooral in het oosten nog diepe onstabiliteit die
vanaf de grond benut kan worden.

ZICHT:
Geen bijzonderheden, anders dan dat er vannacht lokaal een kleine kans
op nevel/grondmist aanwezig is. Verder in actieve buien natuurlijk
teruglopende zichten.

TEMPERATUUR:
Dinsdag vrijwel overal een zomerse dag, met in het zuidoosten en oosten
lokaal 29°C. Met een T850 =12°C (veel instraling + weinig wind
over-adiabatisch). Woensdag liggen de maxima vooral in de westelijke
helft waarschijnlijk lager als gevolg van de bewolking en buien, in het
oosten lokaal wel richting de 30°C voordat de eerste buien zich daar
aandienen.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI