Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot woensdag 12 juni 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op dinsdag 11 juni 2019 om 18.14 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een aanvankelijk stationair hoogtelaag ligt boven Bretagne en trekt pas
woensdagavond richting Britse Eilanden. Het noord-zuid georiënteerde
polaire front bevindt zich aan de grond boven het midden van Duitsland
en het geoccludeerde deel bevindt zich in een vore net noord van de
Wadden. Deze occlusie trekt eerst langzaam noordwaarts, om woensdag
overdag over het noorden van de FIR te gaan slepen. Vannacht en
woensdagochtend trekt een frontale golf (aangeslagen door de
linkeruitgang van een jet en een kortgolvige hoogtetrog behorende bij
het Bretonse hoogtelaag) over Nederland noordwestwaarts. De neerslag bij
deze golf lijkt onder invloed van genoemde dynamische forceringen en
warmte-advectie tussen 800 en 950 hPa te activeren. Tevens lijkt
cyclogenese plaats te gaan vinden met de vorming van een grondlaag boven
het noordoosten van het land. In de loop van woensdagmiddag trekt de
golf noordwaarts weg en komen we terecht in een gebied met weinig
luchtdrukgradiënt. Een tweede, ZW-NO georienteerde, kortgolvige
hoogtetrog doet woensdagavond het zuidwesten aan.

MODELBEOORDELING:
Nog altijd verschillen in de exacte koers en snelheid van de frontale
golf en het ontwikkelende grondlaag boven het noordoosten. Dat heeft
effect op de berekende neerslag en het is lastig aan te geven welke
neerslagprognose het meest realistisch lijkt. Gegeven de sterk
dynamische situatie neigen we nog altijd naar EC (en in mindere mate
Hirlam). Aandachtspunt is ook in hoeverre de neerslag buiig van karakter
kan zijn. Dat lijkt zeker het geval voor het noordoosten van het land
(daar de sterkste warmteadvectie rond 900 hPa), maar ook elders is een
ingebedde bui mogelijk.
Verder komt de representatie van bewolking bij de occlusie (en mogelijk
ook bij de frontale golf) niet overeen met de werkelijkheid. De
aanwezige mist wordt door zowel Hirlam als EC gemist, maar Ha36 is veel
te enthousiast qua omvang. We verwachten geen mist boven land.
Tenslotte, de modellen zijn tamelijk eenduidig in de berekening van
buien bij de tweede hoogtetrog boven het zuidwesten woensdagavond.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Windrichting is woensdag overdag moeilijk te bepalen als gevolg van de
zwakke gradient. Hirlam berekent nog een knijpzone net ten zuiden van
het grondlaag boven het noordoostelijk deel van de FIR en komt met een
signaal voor 6 Bft langs de noordkust. Wordt voorlopig niet gehonoreerd,
Hirlam heeft nog al eens moeite met het gronddrukpatroon bij dit soort
frontale golven.

BEWOLKING:
Bij de occlusie St onder 500 vt, eerst naar het noordwesten bewegend,
maar onder invloed van de frontale golf gaat de occlusie waarschijnlijk
boven het noorden van de FIR slepen. Nabij de frontale golf
waarschijnlijk opnieuw St, Hirlam laat zelfs een tweede gebiedje net
zuid van het front noordwaarts bewegen. Lijkt een ingedraaide occlusie.
De kans is groot dat boven zee hierbij opnieuw St onder 500 vt gaat
optreden. Daarnaast met name boven het noordoostelijk deel van de FIR
een enkele ingebedde bui (basis 7000 vt, toppen mogelijk tot FL250-300)
in het frontale pakket. Woensdagavond in het zuidwesten een enkele
geisoleerde CB, toppen rond FL270.

NEERSLAG:
De neerslag bij de frontale golf lijkt voornamelijk stratiform, maar met
name in het noordoostelijk deel van de FIR is er enige MUCape
beschikbaar (orde 100-500 J/Kg). Dit bevindt zich aan de warme kant van
de golf en in de exacte koers bevindt zich dus nog wat onzekerheid. Dit
wordt mooi geïllustreerd door het Ha40-EPS, welke toch ook kans op wat
MUCape verder zuidwestwaarts geeft. Af en toe kan het behoorlijk
doorregenen, met name dus in buiige regen. Cumulatief kan er dan lokaal
10-20 mm vallen. Met name in het zuiden mogelijk 20+ (Zowel EC als
Hirlam). Woensdag tegen de avond in het zuidwesten enkele buien in een
regime van circa 500 J/Kg MLCape en circa 30 kn 0-6 km schering. Dit zou
een enkele multicellen kunnen opleveren. Onweerskansen zijn vrij groot.

ZICHT:
Nabij de occlusie/vore nevel en mist. Daarnaast zichtvermindering door
neerslag en met name in het noordoosten (bij het grondlaag) ook boven
land kans op nevel.

TEMPERATUUR:
Woensdag onder invloed van bewolking en regen vrij lage maxima, de
warmste lucht bevindt zich in het oosten en noordoosten. Daar is Tx rond
20 mogelijk.



Paraaf meteoroloog: aberson
Bron: KNMI