Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zondag 19 mei 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op zaterdag 18 mei 2019 om 23.35 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Ons land bevindt zich aan de noordflank van een complex lagedrukgebied
boven Frankrijk en Duitsland. Dit laag beweegt de komende 48 uur
geleidelijk wat oostwaarts. Morgen wordt de bovenlucht dankzij een
zwakke hoogterog cyclonaal, maar een echte forcering is er niet. De
stroming wordt geleidelijk noordoost en dit bekent dat in het
noordwestelijk en westelijk kustgebied aanvoer van stratus en mist . Ook
op maandag blijft deze situatie in stand. Morgenmiddag wordt er een
buienlijn boven ons land berekend. Voorkeursgebied voor buien is een
trog boven de oostelijke helft van het land i.c.m. de hoogste
temperatuur. Langs de kust houdt de relatief koude wind van zee de
buienvorming tegen.

MODELBEOORDELING:
Het mistgebied op de Noordzee en in het noordwesten van ons land wordt
Ha36 berekend, maar het gebied is veel te uitgebreid. De andere modellen
hebben bij aanvang nog geen stratus/mist. Pas tegen het eind van de
nacht zien we in HAP2 en Hirlam de mist en stratus. EC berekent pas
komende middag stratus tegen ons kust.Verder onzekerheid in convectieve
activiteit. Hirlam en EC komen vannacht voor het zuidwesten met een
neerslagsignaal. De progtemps zijn op hoogte onstabiel, de vraag is of
er een forcering is. Morgen op dagelijkse gang opnieuw buien,
zwaartepunt lijkt voor de oostelijke helft van het land, maar grote
verschillen tussen de modellen qua timing en qua positie. Deze feiten
gelden ook voor de maandag


AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Er is weinig gradient dus windveld boven land wordt voornamelijk bepaald
door thermische effecten als gevolg van dagelijkse gang. Morgen een wat
meer uitgesproken noordelijke wind, aan de kust meer noordwest, met een
mogelijke vore boven het oosten van het land. Bij buien uitschieters tot
max 30 knopen (waterloading).

BEWOLKING:
In de zuidoostelijke helft van het land restanten van buien en verder
blijft het zuiden van het land gevoelig voor middelbare bewolking,
horend bij het laag boven Frankrijk/Duitsland. Opbouw is daar boven de
inversie onstabiel, dus een enkele CB is ook dan mogelijk (hoewel de
forcering onduidelijk is). Verder boven zee en het noordwestelijke
kustgebied ST/mist, modellen hebben de uitgangssituatie niet goed te
pakken. Harmonie36 heeft een te groot gebied, de andere modellen te
laat. Trend in de modellen is wel uitbreidend, ook over de kust. Boven
land ontstaat in opklaringen mist, overdag weer optrekkend. Komende
ochtend nog middelbare bewolking in het zuiden. Overdag op dagelijks
gang weer Cu en Cb. Cb's met name in de oostelijke helft van het land,
toppen hoger dan vandaag, tot FL300. Ook morgen weinig schering (10 kn),
dus voornamelijk single cel.

NEERSLAG:
Morgen CAPE rond 1000 J/Kg en dan met name in de oostelijke helft van
het land, dan ook onweer mogelijk. Overigens blijft het vannacht
potentieel onstabiel, dus als er een forcering aanwezig is kan dat ook
vanaf enige hoogte convectie triggeren. De modellen (Hirlam en EC met
name) laten dit voor het zuiden/zuidwesten zien.

ZICHT:
10+ km. Boven onze FIR op uitgebreide schaal mist en ST, zuidwaarts (en
over de noordweskust en westkust) uitbreidend. Vannacht ook elders boven
land vorming van mistbanken

TEMPERATUUR:
Modellen kunnen goed gebruikt worden, EC heeft te maken met een
negatieve bias. Zowel vandaag als morgen landinwaarts 20+, met zeer
lokaal een 25°C. Morgen aan de (noord)kust frisser door de aanlandige
wind.



Paraaf meteoroloog: debie
Bron: KNMI