Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 26 februari 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 25 februari 2019 om 10.41 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hogedrukgebied heeft centra boven onze omgeving en Duitsland. Het
zwaartepunt verplaatst zich vanaf morgen langzaam zuidoostwaarts. Een
zwakke, noordwest-zuidoost georienteerde frontale zone ligt net ten
noordoosten van de FIR en trekt langzaam oostwaarts weg.

MODELBEOORDELING:
Alle modellen hebben moeite met het correct weergeven van de mist en
lage bewolking in de nabijheid van de frontale zone. Met name Ha36
berekent veel te veel mist en/of lage St. EC heeft weer iets te weinig.
Op satellietbeelden is goed te zien dat het zich verder van het
luchtruim blijft verplaatsen. Verder is het vooral de vraag hoe hoog de
maximumtemperaturen vandaag en dinsdag uitkomen. De maxima van zondag
kwamen op sommige plekken (bijv. Twente en Ell) 3-4 graden hoger uit dan
de modellen hadden voorzien en actueel liggen de temperaturen wederom
veel hoger (tot bijna 5°C afwijking in Deelen aan toe). Met veel
instraling en weinig wind is het aannemelijk dat we weer circa 2 graden
hoger gaan uitkomen. Voor het zuiden en zuidoosten vandaag lokaal Tx
18°C, dinsdag mogelijk 19°C.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vanmiddag, maar vooral morgenmiddag komen Ha36 en Ec met een zwakke
zeewindcirculatie langs de westkust. De berekende voelbare warmtefluxen
liggen op veel plaatsen tussen 50 en 100 W/m^2. Morgenmiddag is de
dwarscomponent van de wind op de kust zeer klein, waarmee
wortel(voelbare warmteflux)/dwarswind groter is dan 3. Daarmee wordt ook
aan het criterium van Tijm voldaan.

BEWOLKING:
Geen significante bewolking.

NEERSLAG:
Droog.

ZICHT:
In de nacht naar dinsdag lokaal enkele mistbanken of grondmist. TAFg
geeft hiervoor een indicatie, aanvoer van een fractie vochtiger lucht.
Boven zee is er in het noordoosten kans op nevel. Dinsdag is de wind
zwak, maar met name in het westen en noorden aanlandig. Dat betekent dat
er vochtigere lucht wordt aangevoerd. Daarom is de kans in de nacht naar
woensdag en woensdagochtend op mistbanken nog groter.

TEMPERATUUR:
Voor maximumtemperaturen zie modelbeoordeling. Deze zijn overigens
normaal voor eind april en mei. Landinwaarts komende nacht op diverse
plekken weer lichte vorst. Op een viaduct is condensatiegladheid niet
helemaal uit te sluiten, maar die kans is erg klein. Wederom zal er een
Low Level Temperature Inversion optreden (LLTI, vroeger Marked
Temperature Inversion, meer dan 10°C verschil tussen 1,5 m en top van
de inversie, mits deze zich niet hoger dan op 1000 voet bevindt).



Paraaf meteoroloog: zwagers
Bron: KNMI