Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Neder

12-01-2016 01:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot woensdag 13 januari 2016 24.00 locale tijd

Opgesteld op dinsdag 12 januari 2016 om 00.51 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied ten noordwesten van de Wadden beweegt opvullend heel
langzaam oostwaarts. Rondom dit laag is een aantal oude occlusies en
troggen aanwezig, deze beïnvloeden vannacht vooral het noorden en de
Noordzee ten noorden van de Wadden. Vanaf dinsdagavond tot en met
halverwege de nacht naar woensdag trekt aan de westflank van dit laag
een trog van noordwest naar zuidoost over Nederland. Na passage van de
vore beweegt woensdag overdag van het zuidwesten uit het tweede deel van
deze occlusie langzaam oostwaarts.

MODELBEOORDELING:
Vanwege het (deels) convectieve karakter en het relatief ongeordende
beeld is het begrijpelijk dat de modellen ieder een eigen timing
aanhouden en op de mesoschaal verschillend denken over de activiteit van
de genoemde systemen. Als we daar doorheen kijken lijken de grote lijnen
aardig op elkaar. Kenmerkend blijft dat in Harmonie veel makkelijker
stratus blijft ontstaan in troggen/vores dan EC en Hirlam. Op sommige
plaatsen en momenten is dit terecht, maar elders weer een stuk minder.
In dit geval is het dus vooral bruikbaar als signalering.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Noordelijke Noordzeedistricten tot 7 Bft. Boven de zuidelijke Noordzee
neemt de wind toe naar een vrij langdurige 6-7 Bft. Zware windstoten
zijn mogelijk boven zee, maar bereiken het land waarschijnlijk niet.
Aandachtspunt is wat dat betreft de Zeeuwse kust dinsdagavond, daar is
de kans op zware windstoten het grootst als de trog passeert. Met name
Hirlam komt dan kortdurend met dik 40 knopen.

BEWOLKING:
In het algemeen veel Sc. In de kustgebieden boven het relatief warme
water enkele Cb's. Bij de volgende occlusie gelaagd en convectief
gemengd. Toppen FL120-160, maar op de occlusierestanten en op de troggen
kunnen de toppen hoger komen, FL150-200. Verder geven de modellen buiten
neerslag vooral in het oosten en zuidoosten het sterkste St-signaal,
waarschijnlijk door convergentie en in de heuvels ook stuw.

NEERSLAG:
Van tijd tot tijd (mot)regen of een regenbui. Nabij de occlusies vooral
stratiform, bij de troggen meer buiig van karakter. Boven het relatief
warme zeewater gewoon buien, met een kleine kans op onweer en
korrelhagel. Met het zakken van het vorstniveau tot hoogtes beneden 2000
voet is woensdagavond natte sneeuw in de Limburgse heuvel niet uit te
sluiten.

ZICHT:
In neerslag soms matig, maar in het algemeen zijn de zichtwaarden goed

TEMPERATUUR:
-



Paraaf meteoroloog: buscher
Bron: KNMI