Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot woensdag 13 februari 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op dinsdag 12 februari 2019 om 05.21 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Aan de noordoostflank van een omvangrijk hoog met het centrum boven het
zuidwesten van Frankrijk, voert een westelijke stroming maritiem polaire
lucht aan. Het hoog trekt gedurende de gehele periode langzaam
oost-noordoostwaarts en bereikt in de nacht naar woensdag het zuiden van
Duitsland. De N-Z georienteerde rugas van dit hoog beweegt in de ochtend
van west naar oost over ons land. Na rugpassage draait de stroming
geleidelijk naar zuidwest en komt een warmtefront vanaf de Britse
Eilanden dichterbij. Dit warmtefront bereikt aan het einde van de middag
NO-ZW georiënteerd het westen van de FIR en trekt vervolgens in de
nacht naar woensdag naar het noorden van het land, waarbij het kantelt
naar een meer west-oost richting. Woensdagochtend ligt het warmtefront
enige tijd stationair boven de noordelijke helft van het land waarna het
geleidelijk weer noordwaarts zal trekken. Het koufront bereikt vanavond
het noorden van de FIR en verlaat woensdagochtend alweer noordwaarts de
FIR.

MODELBEOORDELING:
In grote lijnen zijn de modellen consistent. Wel zijn er wat verschillen
in de bedekkingsgraad van de Cu/Sc-bewolking, hetgeen gevolgen heeft
voor de (wegdek)temperaturen in de nacht en ook de maxima van woensdag.
Vannacht had H36 wat teveel bewolking, HIR juist veel te weinig, een
beeld dat we gaandeweg de periode blijven zien. Actueel zien we de
bewolking sterk toenemen vanuit het westen van de FIR, hetgeen eigenlijk
in geen van de modellen op deze uitgebreide schaal te zien is. Dit
blijft een aandachtspunt. De achterkant boven Engeland zien we wel weer
terug in de modellen. H36 lijkt voorlopig het beste te volgen.
Ook voor wat betreft de vorming van stratus in de warme sector zijn er
enige verschillen; H36 is het vroegste en het meest uitgebreid, H40 en
HIR hebben aanvankelijk slechts een gering signaal. Pas in de nacht naar
woensdag zien we in alle modellen een duidelijk signaal voor stratus
ontstaan boven de Noordzee en de noordelijke helft van het land, die in
de loop van woensdagmiddag noordoostwaarts weg zal trekken. We gaan
voorlopig uit van stratus boven land gedurende de nacht en
woensdagochtend.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Geen bijzonderheden.

BEWOLKING:
Vooral vanochtend velden SC/CU vanaf de Noordzee, in de middag zijn er
meer opklaringen. In Zuid-Limburg is lage stratus ontstaan,
overeenkomend met H40, welke vanochtend spoedig zal oplossen/wegtrekken.
Verder ook al vrij veel hoge bewolking momenteel in het westen. Vanavond
zien we op nadering van het warmtefront de middelbare en hoge bewolking
duidelijk toenemen. Vanaf vanavond neemt de kans op St op nadering van
het warmtefront geleidelijk ook toe, eerst boven de Noordzee maar in de
nacht naar woensdag en woensdagochtend ook boven de noordelijke helft
van het land. De timing van het noordoostwaarts wegtrekken van de
stratus in de middag is nog wel onzeker, mogelijk duurt het in het
uiterste noorden nog tot ver in de middag.

NEERSLAG:
Vanochtend uit Sc/Cu/TCu-bewolking vanaf de Noordzee af en toe wat
lichte regen of een lichte regenbui, vooral in het noordoosten. Gezien
de dikte van de Sc-bewolking zou er inderdaad wat lichte neerslag of een
ondiepe TCu kunnen voorkomen. Op nadering van het warmtefront van
woensdag neemt de kans op motregen toe, vooral dicht bij het
warmtefront.

ZICHT:
Goed, in neerslag mogelijk matig en in het zuiden van het land
vanochtend vroeg tijdens langdurige opklaringen (vorming van)
nevel/grondmist. In de nacht naar woensdag en woensdagochtend zou het
zicht op grotere schaal wat kunnen teruglopen nabij het warmtefront,
vooral in motregen.

TEMPERATUUR:
Vanochtend vroeg in opklaringen temperaturen rond het vriespunt, met
name in het zuid(oost)en. Daar waar opklaringen langdurig genoeg zijn
zou dit zeer lokaal tot gladheid kunnen leiden, de kans hierop is het
grootst in het zuidoosten. In de nacht naar woensdag lijkt de kans op
gladheid nihil onder de toenemende bewolking, toch blijft ook dit een
aandachtspunt.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI