Guidance middellange en lange termijn

30-01-2019 03:00
Guidance middellange en lange termijn

Opgesteld door het KNMI op woensdag 30 januari 2019 om 03.28 uur

Geldig van vrijdag 01 februari tot woensdag 13 februari

Synoptische ontwikkeling:
Tot en met 2 februari bevinden we ons in een uitgestrekte bel van vrij
koude bovenluchten, onder invloed van een depressie die van
Groot-Brittanni? richting Frankrijk trekt, waardoor er regelmatig
storingen passeren met daarbij kans op winterse neerslag. Vanaf 3
februari komen we geleidelijk meer onder invloed van een rug van
hogedruk die vanaf de Atlantische Oceaan westwaarts beweegt en
uiteindelijk op zal gaan in een opbouwend hoog boven Centraal-Europa
tegen het einde van deze week. Vanaf het begin van volgende week lijkt
er dan een vrij persistente rug te ontstaan die zich zal uitstrekken
vanaf de Azoren, via Centraal-Europa, richting Rusland. Dit zorgt er
voor dat de depressieactiviteit zich wat meer op afstand zal houden
boven de Atlantische Oceaan maar dat de stroming in onze omgeving wel
enigszins zonaal en cyclonaal blijft. Met een zuidwestelijke of zelfs
zuidelijke stroming komen we geleidelijk in zachtere lucht. In de loop
van volgende week zien we verschillende ENS-leden verder uiteenlopen,
waarbij de rug in het grootste deel in stand blijft maar de
depressie-invloed verschilt. In een ander steeds groter wordend deel
lijkt het zwaartepunt van de hogedruk zich wat meer richting Noord- of
Oost-Europa te verplaatsen, waarmee er mogelijk weer koudere lucht onze
kant op zou kunnen komen.

Modelbeoordeling en onzekerheden:
Tot en met begin volgende week is de onzekerheid wat het grootschalige
weerpatroon betreft vrij klein, waarbij de depressieactiviteit in de
koude lucht met van tijd tot tijd winterse neerslag geleidelijk plaats
maakt voor een stabieler en iets zachter weertype met langere drogere
periodes. Vanaf het begin van volgende week neemt de onzekerheid sterk
toe, waarbij de spreiding vooral het gevolg is van de verschillende mate
van depressie-invloed als gevolg van de exacte positie van het
langgerekte hoog. De vorm van deze rug en ook de mate van uitstraling
resulteren in temperaturen die normaal of iets te koud zijn voor de tijd
van het jaar. In de loop van volgende week zien we een geleidelijk
toenemend aantal leden waarbij het zwaartepunt van de hogedruk richting
het noordoosten verplaatst, waardoor er een oostelijke stroming op gang
zou kunnen komen, uiteindelijk gaat het om zo'n 30% van de leden. In een
dergelijk scenario komt er koudere lucht op transport en breekt er een
droger en duidelijk kouder weertype aan.

Samenvatting meerdaagse-periode:
Aanvankelijk vrij koud en wisselvallig, met eerst regelmatig winterse
neerslag. Geleidelijk wordt het droger en minder koud met temperaturen
net onder het langjarig gemiddelde.

Samenvatting EPS-periode:
Licht wisselvallig met temperaturen rond of net onder het langjarig
gemiddelde. Gedurende de periode neemt de kans op een overgang naar een
kouder en droger weertype toe tot 30%.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI