Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 29 januari 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 28 januari 2019 om 23.46 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied boven het zuiden van Noorwegen trekt langzaam
opvullend noordoostwaarts. Aan de zuidwestflank van dit laag voert een
westelijke stroming in onze omgeving maritiem polaire lucht aan. Een
laag ten zuidwesten van Ierland trekt verder uitdiepend richting het
zuiden van Bretagne waar het dinsdagmiddag aankomt, waarna het al
opvullend noordoostwaarts over Frankrijk naar Midden Duitsland trekt.
Een occlusie boven de Noordzee trekt oostwaarts en bereikt in de loop
van de nacht het westen van de FIR. Omdat de stroming in de loop van de
nacht en ochtend krimpt naar het zuidwesten als gevolg van het eerder
genoemde laag dat Frankrijk intrekt, zal deze occlusie het land
nauwelijks (alleen het noordwesten) kunnen bereiken. Een trog die zich
achter de occlusie bevindt loopt er uiteindelijk op in waarna het
gecombineerde systeem woensdagochtend het zuidwesten van ons land
bereikt en vervolgens gedurende de rest van de dag langzaam van zuidwest
naar noordoost over het land zal trekken. Oost van de bijbehorende
windsprong krimpt de stroming naar zuidoost, west ervan is de stroming
zuidwest.

MODELBEOORDELING:
Modellen zijn voor de korte termijn consistent. Tot morgenochtend kans
op (winterse) buien die vanaf zee binnenkomen, waarbij de buiigheid net
iets langer lijkt aan te zullen houden dan wat de modellen momenteel
laten zien. Daarna de occlusie (die ook vooral buiig van karakter is)
die waarschijnlijk alleen het noordwesten van ons land aandoet.
In de timing van de neerslag op woensdag zijn er wel duidelijke
verschillen waarneembaar. EC komt dinsdagavond laat al met neerslag in
Zeeland, de andere modellen pas in de loop van de nacht naar woensdag,
waarbij H36 nu het laatst is maar deze lijkt een deel van de neerslag te
missen. In H36 lopen de neerslagband en de windsprong vervolgens wel
veel sneller door en wordt het noordoosten al in de loop van
woensdagmiddag bereikt, in de andere modellen gebeurt dit pas in de loop
van de avond. Neerslagsoort is in eerste instantie sneeuw, maar vanaf de
windsprong en het daarachter binnenlopen van zachtere lucht kan dit ook
natte sneeuw of regen zijn. Modellen laten daar weinig twijfel over
bestaan.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Op woensdag aan de westflank van de scherpe trog (sterke windruiming op
de windsprong) grote verschillen in de windsnelheid tussen de modellen;
HIR en H36 komen boven zee met 6 Bft, kleinschalig zelfs met 7 Bft,
terwijl de andere modellen bij 4-5 Bft blijven steken. We gaan voorlopig
uit van 5 Bft, lokaal mogelijk 6 Bft, boven zee.

BEWOLKING:
In buien in de polaire lucht CB's met toppen tot ca. FL150
(toptemperaturen ca. -25 C). Komende nacht in de Limburgse heuvels kans
op stuw met ST. H36 komt landinwaarts op veel meer plaatsen met stratus,
dit is buiten buien om erg onrealistisch en wordt ook niet waargenomen.
Pas op woensdag kans op stratus wanneer de occlusie ons land bereikt.
Bij en vooral achter de trog/occlusie op woensdag ook convectieve
bewolking / ingebedde CB's, toppen FL150-200.

NEERSLAG:
Tot eind van de nacht (winterse) buien in de polaire lucht, met regen,
korrelhagel en vooral landinwaarts ook natte sneeuw. Single-cell. Kleine
kans op onweer, meest boven zee. Dinsdagavond en in de nacht naar
woensdag is er dus enige onduidelijkheid in de timing van het front
boven het zuidwesten. Vooralsnog gaan we er vanuit dat de neerslag bij
het front het zuidwesten bereikt in de loop van de nacht naar woensdag
en dat er dan (stratiforme) sneeuw gaat vallen met gladheid tot gevolg.
Deze meest lichte sneeuw trekt woensdag geleidelijk noordoostwaarts,
achter de windsprong overgaand in natte sneeuw of regen maar tevens in
activiteit afnemend. Boven de Noordzee is er bij en vooral achter de
trog/occlusie ook een convectieve component aanwezig met daarbij
(ingebedde) (winterse) buien, met kans op onweer.


ZICHT:
Vannacht in het zuidoosten, lokaal ook elders landinwaarts, mogelijk
nevel. In sneeuw de gebruikelijke zichtverslechteringen.

TEMPERATUUR:
Vannacht in de polaire lucht temperaturen rond het vriespunt, in
opklaringen iets eronder, onder bewolking erboven. In het gehele land is
er kans op lokale gladheid. Eerst vooral verder landinwaarts, later ook
in de kustgebieden. Overdag enkele graden boven het vriespunt, in de
nacht naar woensdag juist net daaronder. Woensdag overdag in de
sneeuwzone rond nul, achter de windsprong geleidelijk oplopend tot
enkele graden boven nul.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI