Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zaterdag 26 januari 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op vrijdag 25 januari 2019 om 11.30 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een laag dat noordoost van Schotland ligt trekt via de Noordzee naar
Denemarken. Onder invloed van dat laag wordt de nu zuidelijke stroming
geleidelijk westelijk. Een bijbehorend warmtefront komt vanuit het
westen naderbij. De daarbij behorende neerslag heeft inmiddels het
uiterste westen bereikt. Het grondfront bereikt pas aan het begin van de
avond het westen en ligt aan het einde van de avond boven het oosten.
Het bijbehorende koufront bereikt het noorden van het land vanavond en
blijft daar golvend over het land slepen. Zaterdag beweegt het front
noordoost en komen we dieper in de warme sector terecht. In de avond
nadert het bijbehorende koufront.

MODELBEOORDELING:
Modellen berekenen allemaal te weinig bewolking in het noordoosten van
het land. Hierdoor is de temperatuur ook niet zo ver teruggelopen als
door de modellen werd berekend. Inmiddels trekt de St bewolking die in
het midden en zuiden aanwezig is noordwaarts en gaat ook dat gedeelte
van het land bedekken.
Een belangrijk aandachtspunt is de neerslagvorm op en voor het front
uit. Modellen laten qua neerslagvorm een soortgelijk beeld zien als de
voorgaande run. Tegen de westkust aan regen, iets verder landinwaarts
ook natte sneeuw. Verder naar het oosten natte sneeuw, en vooral in het
noordoosten ook aanvankelijk droge sneeuw. Hirlam berekent in een
bredere zone in het noordoosten ook ijzel. Dit ijzelsignaal is vooral te
wijten aan de koude plaklaag die, zoals bekend in dit model, te lang
stand weet te houden. Ervaring leert dat na een vorstperiode de onderste
niveaus altijd sneller opwarmen dan Hirlam aangeeft. HAR40 komt echter
ook met een kortstondig ijzelsignaal in het noordoosten. De
(wegdek)temperaturen moeten met het arriveren van het front behoorlijk
vlot oplopen, en met op maar enkele plekken vorst in de bodem zal naar
ons idee de ijzelkans wel aanwezig zijn, maar dan kortstondig en lokaal.

Niet op voorhand uit te sluiten maar omdat het kortdurend is en er
sneeuw aan voorafgaat zal dit waarschijnlijk ook geen grootschalige
gladheidsproblemen opleveren.

De modellen zijn aanvankelijk niet goed te gebruiken voor de bewolking.
Actueel zit het hele land (en een groot deel van Duitsland) onder de St
en Sc. Alle modellen (vooral de Harmonies) geven veel te veel
opklaringen. Op nadering van het warmtefront lijken alle modellen meer
in overeenstemming met elkaar te komen en waarschijnlijk dan ook met de
werkelijkheid. de neerslag bij het warmtefront ligt rond 10 UTC tegen de
westkust, de eerdere faseverschillen zijn deze runs vrijwel verdwenen.
Aandachtspunt wordt de neerslagvorm op het warmtefront. Modellen geven
een redelijk eensluidend beeld. De eerste neerslag in het westen kan
kortdurend (natte) sneeuw zijn, meer naar het oosten toe kan de sneeuw
enkele uren aanhouden eer deze overgaat in regen. Het is dan met name in
het noorden en oosten mogelijk dat deze neerslag nog even op een
bevroren ondergrond valt. Lokaal kan dat dan aanvriezen maar omdat er
veel bewolking is, de wind aantrekt en de regen door blijft gaan
verwacht ik hier geen ernstige grootschalige gladheidsproblemen van.
Het ijzelsignaal van Hirlam is vooral te wijten aan de koude plaklaag
die, zoals bekend in dit model, te lang stand weet te houden. Ervaring
leert dat na een vorstperiode de onderste niveaus altijd sneller
opwarmen dan Hirlam aangeeft. HAR40 komt echter ook met een kortstondig
ijzelsignaal in het uiterste noordoosten. Niet op voorhand uit te
sluiten maar omdat het kortdurend is en er sneeuw aan voorafgaat zal dit
waarschijnlijk ook geen grootschalige gladheidsproblemen opleveren.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
De komende uren op nadering van het warmtefront toenemend naar 6 Bft aan
de kust. Achter het warmtefront ook 6 Bft met alleen in Ha36 7 Bft, gaan
we voorlopig niet van uit. Modellen geven ook ten zuiden van het
(slepende) koufront vrijdag op zaterdagnacht 6 Bft.

BEWOLKING:
St bewolking boven land en zee, boven land soms tot aan het dek. Ook
nabij het grondfront St (momenteel ook aanwezig bij het front boven
Engeland). Na passage is er bewolking op Sc niveau aanwezig. Bij het
slepende koufront bestaat er een kleine kans op St bewolking.

NEERSLAG:
Zie modelbeoordeling. In de warme sector en ook bij het koufront af en
toe (mot)regen.

ZICHT:
Op uitgebreide schaal nevel en lokaal ook mist. Zichtwaarden zullen
vandaag (moeizaam) oplopen wegens de aantrekkende wind. Ook in gebieden
met smeltende sneeuw vanavond matig tot slecht zicht. Waarschijnlijk
staat er dan voldoende wind om geen mist meer te vormen.

TEMPERATUUR:
Overdag van het westen uit oplopende temperaturen. In het (noord)oosten
tot eind van de middag nog vorst. In de avond en in de nacht naar
zaterdag overal temperaturen (ruim) boven nul.



Paraaf meteoroloog: schaikm
Bron: KNMI