Guidance modelbeoordeling voor Nederland

22-06-2016 17:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot donderdag 23 juni 2016 24.00 locale tijd

Opgesteld op woensdag 22 juni 2016 om 17.45 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hoogtetrog langs 18W beweegt langzaam oostwaarts en ligt
vrijdagmiddag langs 5W. Tevens beweegt het bijbehorende hoogtelaag dan
van IJsland naar Ierland. Restanten van een zwak warmtefront boven het
noordoosten trekken spoedig het land uit. Erachter wordt de aangevoerde
lucht warm en vochtig (?w850 wordt 18/19 graden, dauwpunt ca. 20
graden). Het koufront bereikt waarschijnlijk pas vrijdag in de loop van
de dag het westen van ons land. In de warme sector ontstaan diverse
kleinschalige thermische vores/lagedrukkernen die vanaf komende nacht
over het aandachtsgebied trekken. Deze vores zijn veelal de
voorkeursgebieden voor buienontwikkeling.

MODELBEOORDELING:
Modellen geven alle een potentieel gevaarlijke weersituatie aan die
zolang het koufront niet gepasseerd is zal aanhouden. De grote vraag zal
niet zozeer zijn of er zware onweersbuien tot ontwikkeling komen maar
meer de vraag waar en wanneer. In alle modellen kunnen de buien fors
uitpakken. De benodigde energie is hiervoor in ruime mate voorradig. De
positie van de vore een grote zal spelen in het proces van de
buienvorming en hierin gaan de modellen wel uiteenlopen met als gevolg
dat de timing en locatie van de buien van run tot run en van model tot
model anders is. Forceringen in de bovenlucht lijken geen rol te spelen
bij de buienvorming. De kortgolvige verstoringen die soms zichtbaar zijn
lijken een gevolg van de buien te zijn dan een oorzaak.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Het worstcasescenario zit in Harmonie36, met lokaal zware windstoten.
Harmonie38 is een stuk rustiger, wat waarschijnlijk terug te voeren is
op het RACMO-turbulentieschema dat in die versie van Harmonie gebruikt
wordt. Impulsuitwisseling en waterloading leveren de grootste bijdrage.


BEWOLKING:
Cu, op het zwakke warmtefront ook Sc. Vanavond kan in het zuidwesten al
een Cb tot ontwikkeling komen met toppen boven FL300. Vanaf komende
nacht van tijd tot tijd geclusterde Cb's met toppen FL370. Boven zee in
vores kans op St.

NEERSLAG:
Harmonie geeft nog steeds vanavond al een eerste bui in Zeeland. Dat is
gezien de actualiteit te voorbarig. Vanaf later vanavond neemt de
buienkans wel toe in het zuidwesten en vannacht ook in het westen van
het land. Modellen lopen nog steeds uiteen vwb de trekrichting van de
buien. Hirlam laat de grootste activiteit boven de Noordzee blijven,
evenals Harmonie38. Ec en met name Harmonie36 komen verder landinwaarts
met de buien. Voor morgen overdag en zien opnieuw verschillen ontstaan.
De overeenkomst in de Harmonieruns is dat die beide zeer lokaal forse
buien geven. In EC en Hirlam zien we die intensiteiten uiteraard minder
goed terug omdat die modellen convectie moeten parametriseren. Verder
zijn er voldoende parameters aanwezig die duiden op zware buien. Zo is
de CAPE de komende periode veelal boven de 2500 J/kg en ligt de
effectieve windschering tussen de 30 en 40 kn, de hoogste waarde als de
buien vanaf de grond ontstaan. Convectiemodus daarom veelal multicells.
Uit het stroomschema/beslissingsboom voor convectie blijkt dat er bij
buien een kans is op hagel > 2 cm en mogelijk ook zware windstoten.

ZICHT:
Op zee in vores en nabij het koufront matig tot slecht (hoge dauwpunten,
koud zeewater en weinig menging). Uiteraard ook slecht in de zware
onweersbuien.

TEMPERATUUR:
Vannacht koelt het nauwelijks af door de aanvoer van steeds warmere
lucht. Tx morgen in het oosten/zuidoosten mogelijk 30 C, maar
onzekerheden zijn natuurlijk zeer groot. Door de zware buien zal de
temperatuur een grillige verdeling vertonen.



Paraaf meteoroloog: nolet
Bron: KNMI