Guidance modelbeoordeling voor Nederland

14-01-2019 16:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 15 januari 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 14 januari 2019 om 16.49 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Tussen een laag nabij de Baltische staten en een hoog ten zuidwesten van
Ierland staat er een stevige noordwestelijke stroming met aanvoer van
maritiem polaire lucht. In de loop van vanavond en in het begin van de
nacht naar dinsdag passeert een trekrug, waarna de stroming naar het
westen draait. Restanten van een occlusie bewegen in de loop van
dinsdagnacht oostwaarts over het land. We zien daarmee de dauwpunten
langzaam oplopen. Een warmtefront trekt in de loop van de nacht en
dinsdag overdag oostwaarts over de FIR. Boven land gaat dit door een
koude plaklaag wat trager, maar uiteindelijk komt dinsdagavond het hele
land in de warme sector terecht.

MODELBEOORDELING:
Momenteel is er sprake van een open cel structuur in onze omgeving. Deze
structuur wordt het beste weergegeven door Ha36, in Ha40 ontbreken de
buien grotendeels. Het aantal buien zal de komende avond en nacht steeds
verder verminderen en de buien zullen zich ook steeds meer beperken tot
het noorden en westen van het land. Op de occlusie kan er lokaal wat
lichte (mot)regen vallen, Ha36 berekent in het gehele land een signaal,
overige modellen beperken dit tot het noorden. Dit laatste is het meest
realistisch gezien het feit dat de hogedrukinvloed daar het meest
beperkt is. In het oosten van het land berekent met name Ha36 op de
occlusie ook een St signaal. De onderste luchtlagen zijn daar het
sterkst afgekoeld. Gezien de iets oplopende dauwpunten is de kans daarop
aanwezig. Bij en achter het warmtefront veel Sc bewolking, met name Ha36
berekent dan wederom St, ook dit is mogelijk gezien de nog wat verder
oplopende dauwpunten. Overal is dan lokaal motregen mogelijk.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Nabij de noordkust en op het IJsselmeer seinen 6 Bft, in het oostelijke
Waddengebied aanvankelijk nog 7 Bft. In de Vissersbank 8 Bft. Het
windveld neemt op nadering van de rug in alle modellen langzaam af. In
de warme sector geleidelijk langs de gehele kust weer een 6 Bft uit
westelijke richtingen.

BEWOLKING:
De toppen van de Cb's tot FL100. Op nadering van de trekrug zien we
steeds lagere toppen. Op de occlusie, en ook nabij en achter het
warmtefront Sc/St bewolking (zie modelbeoordeling). In de loop van
komende nacht neemt de Sc en vooral dinsdagochtend ook St van het westen
uit toe op nadering van de occlusie en warmtefront.

NEERSLAG:
Enkele buien, daarbij is er aanvankelijk een kleine kans op korrelhagel.
De buien beperken zich geleidelijk tot het noorden en westen en nemen in
aantal en intensiteit verder af wegens de warmere bovenlucht en de
naderende rug. Bij de occlusie, tevens bij en achter het warmtefront
lokaal (mot)regen. Bij de occlusie blijft dit beperkt tot het noorden
van het land.

ZICHT:
Buiten neerslag goed zicht, in buien kortdurend matig tot slecht. Bij
het warmtefront mogelijk matig, in motregen mogelijk slecht.

TEMPERATUUR:
Vanavond zien we de temperatuur in de oostelijke helft vrij snel dalen
tot dicht bij het vriespunt. Vannacht is daar lokale gladheid door
bevriezing dan ook niet uitgesloten. Wel is het zo dat in de loop van de
nacht de Sc van het westen uit toeneemt (occlusie). Ook valt de wind,
mede door de bewolking maar vooral ook door een toenemende
drukgradiƫnt, niet helemaal weg; de geowind neemt in de nacht snel toe
naar 30 knopen of meer. Dit alles zorgt ervoor dat de wegdektemperatuur
alleen in de oostelijke helft waarschijnlijk lokaal onder nul komt. We
gaan er nu van uit dat de wegen op meerdere plaatsen nog nat kunnen zijn
ten gevolge van de buien van vandaag.



Paraaf meteoroloog: schaikm
Bron: KNMI