Guidance modelbeoordeling voor Nederland

12-01-2019 05:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zondag 13 januari 2019 24.00 locale tijd

Opgesteld op zaterdag 12 januari 2019 om 05.39 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Tussen een sturend laag boven het noorden van Scandinavie en een hoog
ten zuidwesten van Ierland wordt met een west tot noordwestelijke
stroming vrij zachte maritieme lucht aangevoerd. Een frontaal systeem,
momenteel NO-ZW georienteerd boven het noorden van Engeland en Ierland,
trekt via de Noordzee over ons aandachtsgebied. De occlusie bereikt in
de loop van de ochtend het noordwesten en verlaat in de tweede helft van
de middag het zuidoosten. Na passage ruimt de stroming iets en wordt de
opbouw onstabiel. De linkeruitgang van de jet laat het front enigszins
activeren. De koudste bovenlucht trekt begin van zaterdagavond door de
Duitse Bocht. Zondag in de loop van de nacht en vroege ochtend passeert
een warmtefront van west naar oost, in de loop van de middag gevolgd
door een koufront van het noordwesten uit. In de loop van de avond trekt
een back-bent occlusie het noorden van het land binnen.

MODELBEOORDELING:
Het grootste verschil zit in de convectieve neerslag in de polaire lucht
achter de occlusie. EC en Hirlam laten in het hele land buien zien met
het sterkste buiensignaal in HAR36, direct achter de occlusie. HAR40
geeft pas veel later buien en ook alleen maar in het oosten van het
land. Alle progtemps laten duidelijk buiigheid toe en bovendien is dit
een bekend verschijnsel van HAR40 (te weinig buienactiviteit). We gaan
dan ook uit van buien boven het land. Waarschijnlijk zijn de buien boven
de noordelijke helft het talrijkst en meest actief vanwege de koudste
bovenlucht.
Qua wind geven de modellen een duidelijke indicatie van 7 Bft achter de
occlusie in de loop van zaterdag, terwijl EC maar tot een 6 Bft komt.
Die onderschatting van de wind in EC zien we vaker en we gaan uit van 7
Bft.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
W-NW 6 Bft. Op nadering van de occlusie een toename van de wind naar W 7
Bft in alle kustdistricten. Deze zullen blijven staan tot zondagochtend.
Zondag later op de dag worden de windstoten een aandachtspunt. Behalve
dat de gradient in de loop van de zondag toeneemt, lijkt ook de
onstabiliteit toe te nemen en bij te dragen aan de windstoten. Boven
land dan tijdens buien kans op windstoten tot 75-80 km/uur, aan zee tot
80-90 km/uur.

BEWOLKING:
Momenteel een vrij dik Sc pakket (4000-5000 vt dik) met vooral in het
oosten en zuidoosten lokaal St onder 1000 vt. Op de occlusie een gelaagd
pakket met St, maar ook daar vooruit zien we in de loop van de ochtend
op meer plaatsen St ontstaan (turbulentie en deels door neerslag).
Achter de occlusie CB's/TCU's met toppen tot FL120, in het NO tot
FL150-170. Bij het warmtefront van zondag weer St. Na passage van het
koufront zondagmiddag tijdelijk toenemende onstabiliteit tot FL120-170.
Ons land komt dan opnieuw onder een linker-uitgang van een rechte jet
streak te liggen.

NEERSLAG:
Een vrij dik Sc pakket (4000 vt) tot aan de occlusie. Op de occlusie
stratiforme neerslag gezien de progtemps. Achter de occlusie buien,
waarschijnlijk zijn de buien boven de noordelijke helft het talrijkst en
het meest actief vanwege de koudste bovenlucht en de linker-uitgang van
de jet. Op het warmtefront van zondag weer stratiforme neerslag met op
uitgebreide schaal St. In de warme sector lijkt de neerslag voornamelijk
gekoppeld aan een WCB. Op en na het koufront een duidelijk convectief
signaal.

ZICHT:
Vooral in motregen soms matige tot slechte zichtcondities. Daarbuiten
veelal goed. Na passage van de occlusie in de polaire lucht buiten de
buien uitstekend zicht. Op het warmtefront waarschijnlijk matig tot
slecht.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: buscher
Bron: KNMI