Guidance middellange en lange termijn

22-12-2018 03:20
Guidance middellange en lange termijn

Opgesteld door het KNMI op zaterdag 22 december 2018 om 03.19 uur

Geldig van maandag 24 december tot zaterdag 05 januari

Synoptische ontwikkeling:
Een tamelijk actieve warmtefrontafloper met bijbehorend laagje trekt
maandag via het Alpengebied naar het zuidoosten weg. Het bijbehorende
front ligt in de nacht en vroege ochtend nog boven het uiterste zuiden.
Tegelijkertijd bouwt een hoogterug zich op met de rug-as boven of net
west van onze omgeving. Het centrum van het hoog aan de grond verplaatst
zich in de loop van maandag vanaf de Britse Eilanden naar ons land.
Vanaf dinsdag bevindt het centrum zich enkele dagen net ten zuiden en
zuidoosten van ons land. In de onderste niveaus staat dan een zwakke
zuidwestelijke stroming. Aan het einde van de week verzwakken zowel de
hoogterug als het hoog aan de grond maar ten zuidwesten van de Britse
Eilanden komt een nieuwe rug tot ontwikkeling met aan de grond een
bijbehorend hoog. Bij de wisseling van de wacht kan er volgend weekeinde
een zwakke frontale zone over onze omgeving trekken.

Modelbeoordeling en onzekerheden:
Tot en met het volgende weekeinde is er binnen het EPS een grote mate
van consistentie, getuige de kleine spreiding in de windrichtingpluim.
Door de hogedrukinvloed vanaf dinsdag zien we een kans op lichte vorst
in de nachten, als zal deze in sterke mate afhankelijk zijn van het al
dan niet aanwezig zijn van opklaringen. De maxima gaan tijdelijk terug
naar een graad of 6. In de nacht naar dinsdag zien we een vrij sterk
signaal voor de vorming van mist, gezien de synoptische setting en de
zwakke aanlandige stroming niet onlogisch. In de opvolgende nacht lijkt
de kans op mist weer wat kleiner omdat de stroming dan wat meer zuidwest
tot zuid wordt. In het volgende weekeinde zien we de neerslagkansen
toenemen naar 30-40%, dit heeft te maken met de zwakke fronten die
mogelijk ons weer gaan be?nvloeden. Ook de temperaturen lopen weer wat
op met maxima die weer richting de 8-10?C, de kans op vorst in de nacht
neemt af naar 10%. Op de langere termijn houden de zachte leden sterk de
overhand, de wind blijft veelal tussen zuidwest en noordwest. Ook de
hogedrukinvloed is bij de meeste leden duidelijk aanwezig gezien de
geringe neerslagkans van 20-30%. Slechts een klein aantal leden (ca.
20%) opteert op de lange termijn voor temperaturen beneden het langjarig
gemiddelde met in de nachten lichte vorst en overdag maxima beneden de
5?C.

Samenvatting meerdaagse-periode:
Overgang naar een rustig en minder zacht weertype met vrij veel
bewolking en weinig neerslag.

Samenvatting EPS-periode:
Een vrij grote kans (ca. 70%) op een rustig, meest droog en vrij zacht
weertype. De kans op een geleidelijke overgang naar een wat kouder
weertype bedraagt ca. 20%.



Paraaf meteoroloog: homan
Bron: KNMI