Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 04 december 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 03 december 2018 om 16.03 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een zuidwestelijke stroming voert zachte en vrij vochtige lucht aan. Een
(back bent) occlusie (te herkennen aan een Tw-gradient, dauwpunt en
markante windruiming) die bevindt zich net ten noorden van de Wadden en
zich uitstrekt tot Zuid Engeland. Het bijbehorende koufront en
warmtefront die geanalyseerd waren zijn zowel in de Tw als in het
dauwpunt nauwelijks meer terug te vinden. De occlusie trekt in de loop
van maandagavond zuidoostwaarts over ons land. Daarachter wordt de
stroming noordwestelijk met aanvoer van veel minder zachte polaire
lucht. Dinsdag komen we onder invloed van een hoogterug behorende bij
een hoog dat zuid van ons langs trekt. Woensdagochtend nadert er een
warmtefront vanuit het zuidwesten ons land.

MODELBEOORDELING:
De Harmonies geven de actuele neerslag het beste weer met de meeste
buien in het noorden. EC en Hirlam geven een te zuidelijke uitbreiding
van de neerslag. Na passage van de occlusie berekenen alle modellen
buien tot rond het middaguur. De locatie van de windsprong op de
occlusie wordt door alle modellen goed berekend met de actuele (17 UTC)
ligging boven het noordwestelijk kustgebied. Harmonie36 geeft vanavond
op en net na de windsprong in het zuidwestelijke kustgebied 8 Bft,
terwijl de andere modellen het op een 6, mogelijk 7 Bft houden. Qua
windstoten boven zee geeft Harmonie 36 ook meer (40-50 kn) vergeleken
met de andere modellen (35-40 kn). Vooralsnog verwerpen we Harmonie36.
Het grootste verschil in zicht en bewolking zien we in de nacht van
dinsdag op woensdag met uitgebreide mist in EC en Hirlam en alleen zeer
lokaal mist in de Harmonies. Dit is te verklaren doordat er in de
Harmonies waarschijnlijk net genoeg wind blijft staan zodat er
nauwelijks mist kan ontstaan. De waarheid ligt waarschijnlijk in het
midden met lokaal een mistbank.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
7 Bft in de westelijke kustdistricten, elders 6 Bft. Windstoten boven
zee 75-85 km/u, boven land in de kuststrook 65-75 km/u, elders 50-55
km/u. Na passage van de occlusie NW 6 Bft, in de loop van de nacht
afnemend met uitzondering van de noordelijke kustdistricten waar de 6
Bft pas dinsdagochtend verdwijnt. Woensdagochtend op nadering van het
warmtefront weer 6 Bft in de zuidwestelijke kustdistricten.

BEWOLKING:
Bij de occlusie CB's met toppen tot rond FL250. Alle modellen laten een
zeer smalle band zien met St op de windsprong. Dit zien we ook actueel
in de waarnemingen. Achter de occlusie in de noordwestelijke stroming
TCU/CB tot max FL120, geleidelijk dalende tophoogte door toedoen van de
hoogterug.

NEERSLAG:
Op de windsprong 400-700 J/kg, schering rond 30 kn, mogelijk multicell
met een kleine kans op onweer. Bij de buien dinsdagnacht en
woensdagochtend maximaal 400 J/kg, single cell.

ZICHT:
Goed, bij de buien van vanavond matige zichten en in de buien van
dinsdagnacht en -ochtend mogelijk matig. In de nacht naar woensdag
mogelijk mistbanken, zie modelbeoordeling.

TEMPERATUUR:
Na passage van de back-bent occlusie polaire lucht, Tmin in de nacht
naar dinsdag daalt landinwaarts tot 3°C. Dinsdag overdag rond 8 °C, in
de nacht naar woensdag daalt de temperatuur op veel plaatsen naar rond
het vriespunt.



Paraaf meteoroloog: tuenter
Bron: KNMI