Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 19 november 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 18 november 2018 om 23.54 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Aan de zuid(west)flank van een hogedrukgebied boven Scandinavië voert
een noordoostelijke stroming continentaal polaire lucht aan. Bij en
achter een NW-ZO georienteerde occlusie boven het noorden van ons land
bevindt zich vochtige lucht. Deze occlusie trekt vannacht verder
zuidwestwaarts over de FIR. In de bovenlucht is de stroming aanvankelijk
sterk anticyclonaal, echter in de loop van de dag wordt deze geleidelijk
cyclonaal op nadering van een hoogtetrog die vanuit het oosten
westwaarts over de FIR gaat trekken. Deze hoogtetrog behoort bij een
hoogtelaag dat ten zuiden van ons land westwaarts trekt.

MODELBEOORDELING:
Vergeleken met de waarnemingen berekent H36 (nog steeds) teveel St. De
andere modellen berekenen overwegend (lage) Sc met enkele flarden St.
Dit is meer conform de werkelijkheid. laatste. Naarmate deze
wolkenvelden in de loop van de nacht naar verder zuidwaarts trekken,
zien we de St-kans in alle modellen vooral boven het zuiden sterk
toenemen, hetgeen logisch lijkt gezien de sterke afkoeling die daar nog
optreedt voor het binnenlopen van de bewolking. Daarnaast staat er
redelijk wat wind/stroming en blijft er menging plaatsvinden. H36 breidt
de stratus uit over het hele land, hetgeen ons momenteel te
pessimistisch lijkt. Har40 lijkt net weer wat te optimistisch. Overdag
berekenen alle modellen alleen nog maar Sc.
Alle modellen komen verder met een zwak neerslagsignaal bij/achter de
occlusie, in de vorm van lichte (mot)regen, de temperatuur is dan weer
redelijk opgelopen dus van gladheid is geen sprake. Overdag wordt op
nadering van de hoogtetrog de neerslag geleidelijk ook enigszins
convectief, vooral boven het relatief warme zeewater. Met de geleidelijk
afkoelende bovenluchten (van ca. -20°C naar ca. -30°C in de loop van
maandag) lijkt de kans op wat winterse mengvormen aanwezig. In de loop
van de avond, maar vooral op dinsdag, met een theta-w die onder 2 graden
komt, dikte 1000-500 in de buurt van 5200m en temperatuur net iets boven
0°C is de kans op wat lichte sneeuwval zeker aanwezig. In de HIR-NESO
wordt hier een duidelijk signaal voor gegeven.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Oost- tot noordoost 6 Bft in alle kustdistricten. Door toename van de
gradient zien we overdag in alle modellen een verdere toename naar 7
Bft.

BEWOLKING:
Bij en achter de occlusie velden Sc en lokaal wat St, vanaf de tweede
helft van de nacht vooral in het midden en zuiden een toenemende kans op
St, zie ook modelbeoordeling. Bij de buitjes van maandag TCu/Cb's, boven
zee zitten de toppen rond 9000-10000 vt. Boven land varieren de toppen
van 9000 vt (EC) tot ca. 6000 vt (Harmonies en Hirlam).

NEERSLAG:
Alle modellen berekenen bij en achter de occlusie wat lichte motregen
uit SC- en ST-bewolking. Hirlam laat vannacht boven het uiterste
zuidoosten van land ijzel (aanvriezende neerslag) zien. Voorlopig gaan
we hier echter niet uit van aanvriezende neerslag, aangezien door de
toenemende bewolking de wegdektemperaturen al boven het vriespunt zijn
gekomen voordat de eerste noemenswaardige neerslag de grond zal
bereiken. Bovendien lijkt in Hirlam de temperatuur wat te laag vanwege
een minder dik wolkenveld en dus minder tegenstraling vergeleken met de
andere modellen. Voor vannacht gaan we uit van wat lichte (mot)regen, in
de loop van de dag krijgt de neerslag een meer convectief karakter
krijgt met in de namiddag en avond vooral in het zuidoosten mogelijk met
een vlok natte sneeuw. Dinsdag vooral in het (noord)oosten wat lichte
sneeuw..

ZICHT:
Overwegend goed. Achter de occlusie zou het door de aanvoer van
vochtigere lucht nevelig kunnen worden, hoewel er wel een overwegend
matige wind blijft staan. Bovendien kan in motregen het zicht terug
lopen. In winterse neerslag af en toe matig en mogelijk slecht.

TEMPERATUUR:
Vannacht zorgt de tegenstraling door bewolking van de occlusie ervoor
dat de temperaturen in het noorden niet onder nul komen. Voor de
occlusie uit, in het uiterste zuiden, dalen de waardes nog wel (net)
onder het vriespunt.



Paraaf meteoroloog: veeken
Bron: KNMI