Guidance modelbeoordeling voor Nederland

26-10-2018 17:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zaterdag 27 oktober 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op vrijdag 26 oktober 2018 om 18.58 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied boven Denemarken beweegt verder oostwaarts. Het
bijbehorende NO-ZW georiënteerde koufront ligt inmiddels boven het
zuidoosten en zal spoedig het land hebben verlaten. achter het koufront
stroomt vanuit het noordwesten koele polaire lucht het land binnen. In
het kielzog van het koufront beweegt een (hoogte)trog over de Noordzee
mee naar het oosten, T500hPa gaat naar waarden beneden de -30°C, m.u.v.
het zuidoosten. Op zaterdag beweegt een krachtig hoog bij IJsland zich
naar de Noorse Zee. Een zwakke en in activiteit afnemende trog/occlusie
beweegt zaterdag overdag langzaam van noord naar zuid over onze
omgeving. De stroming is eerst nog noordwestelijk maar draait na
trogpassage naar noordoost. Met die noordoostelijke stroming wordt
geleidelijk nog wat koudere maar drogere lucht aangevoerd.

MODELBEOORDELING:
Op enkele geringe timings-nuances na zitten de modellen aardig op
dezelfde lijn. Dezelfde detailverschillen zien we ook zaterdag overdag
wanneer de tweede trog over ons land zuidwaarts beweegt.


AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Op Rottum na hangen buitengaats 7 Bft seinen, elders 6 Bft. Bovendien
worden ook de windstoten bij de buien van belang, 30-40 kt (50-75 km/u)
voorbehouden voor boven zee.
Ook in de Noordzeedistricten veel wind 7-8 Bft.

BEWOLKING:
Na passage van het koufront wordt de onstabiliteitsdiepte, met name
boven de Noordzee, snel dieper. De Cb-toppen gaan naar waarden tussen de
FL200-250. De gehele zaterdag zien we een convectief wolkenbeeld die
vooral boven het warme Noordzeewater ontstaat en op de
troglijntjes/occlusie soms wat clustert. Later in de nacht naar zaterdag
en zaterdagochtend kan in het zuidoosten stratus ontstaan, deels a.g.v.
stuw tegen de Limburgse heuvels. In de loop van zaterdagmiddag neemt de
hoeveelheid convectieve bewolking, vooral boven land, wat af door de
aanvoer van iets drogere lucht en doordat de strijkengte over warm
zeewater bij een noordoostelijke wind over de Duitse Bocht kleiner
wordt.

NEERSLAG:
In het zuidoosten nog wat stratiforme neerslag, achter het front buien.
Dit kunnen af en toe pittige buien worden met korrelhagel (FZL richting
4000 voet) en vooral boven zee ook af en toe onweer. CAPE gaat naar
waarden tussen 400-700 J/kg en de schering bedraagt ca. 15 kn. De
convectiemodus wordt dan singlecell/multicell, door zwakke troglijntjes
kunnen de buien lokaal gaan clusteren. In de kustgebieden kan vooral in
het noorden 5-10 mm vallen, lokaal mogelijk meer. In de nacht naar
zaterdag zullen de buien vanaf de Noordzee met name in de kustprovincies
regen brengen, alhoewel een enkele exemplaar ook dieper landinwaarts kan
doordringen. Zaterdag overdag met name op de Noordzee en in de
kustgebieden nog enkele buien, op de trog/occlusie wat geclusterd.
Korrelhagel en een klap onweer blijven mogelijk. Dieper landinwaarts
blijft het op een enkele lichte bui na droog. De buiigheid neemt later
zaterdagmiddag en in de avond van het noordoosten uit steeds verder af.

ZICHT:
In de polaire lucht goed maar in buien matig, mogelijk slecht zicht.

TEMPERATUUR:
In de nacht naar zondag nadert het kwik de nul graden.



Paraaf meteoroloog: veeken
Bron: KNMI