Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 10 september 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 09 september 2018 om 11.20 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied ten zuiden van IJsland trekt vandaag oostwaarts en
buigt maandag af richting het noorden, met als gevolg dat ons
aandachtsgebied zich in een zuidwestelijke en cyclonale stroming
bevindt. Een NW-ZO georienteerd warmtefront boven het noordoosten van de
FIR verlaat spoedig oostwaarts het luchtruim zodat we wat dieper in de
warme sector terechtkomen. Een N-Z georienteerd koufront bereikt in de
loop van de middag het (noord)westen van de FIR en tegen het einde van
de avond het noordwesten van ons land, om vannacht door te lopen naar
Duitsland. Een volgend frontaal systeem, een NO-ZW georienteerde
occlusie dat verbonden is aan het eerder genoemde laag, bereikt
morgenochtend de westkust. Deze occlusie loopt aanvankelijk op het
eerstgenoemde koufront in, maar door hogedrukopbouw over het front heen
vertraagd en vervaagd het, pas in de loop van de middag verlaat de
occlusie het oosten. Maandagavond bereikt de eerste hoge/middelbare
bewolking van een volgend warmtefront de noordelijke helft van de FIR.

MODELBEOORDELING:
De huidige lichte buiige regen (bereikt sporadisch de grond) wordt
alleen maar gezien door Hirlam, de andere modellen houden het boven ons
land droog. HIR en EC hebben vervolgens wat lichte neerslag bij het
koufront boven het noorden van de FIR en ook boven het noordwesten later
vanavond en vannacht, de Harmonies hebben slechts een enkel buitje boven
de Noordzee. HIR en EC lijken realistisch. HIR heeft ook een licht
neerslagsignaal bij de occlusie morgen overdag, hier gaan we voorlopig
niet van uit. EC en HIR laten morgenavond laat de eerste neerslag
voorafgaand aan het warmtefront de noordelijke helft van de FIR
binnenlopen, we gaan er echter vanuit dat deze dan de grond nog
niet/nauwelijks zal bereiken. Aandachtspunt is verder het ontstaan van
nevel/turbulentiestratus vannacht en morgenochtend vroeg. HIR en H36
laten duidelijk lokaal stratus zien, ongeveer tussen het koufront en de
occlusie. De andere modellen hebben dit niet maar Ha40-EPS en de diverse
TAFguidances ondersteunen dit beeld enigszins. De vorming van nevel en
lokaal wat stratus landinwaarts lijkt realistisch; de lucht tussen
koufront en occlusie is vochtig, er is sprake van opklaringen achter het
koufront en bovendien blijft er wat wind staan. In het westen is de kans
(heel) klein.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Buiten het noordelijk kustgebied seinen voor 6 Bft vandaag overdag, deze
staat er actueel ook al en is in overeenstemming met de modellen. Verder
geen bijzonderheden.

BEWOLKING:
Velden middelbare/hoge bewolking, nabij het warmtefront ook Sc-bewolking
en af en toe flarden stratus. Verder in het oosten van de FIR
aanvankelijk ook kans op een ingebedde TCu met hoge basis en toppen
boven FL100. Vanmiddag geleidelijk meer opklaringen. Bij het koufront en
de occlusie vervolgens wat Sc-velden/overdag CU. Belangrijker is wat
daar tussenin gebeurt, waarschijnlijk lokaal vorming van
turbulentie-stratus, mogelijk onder 500 vt, met de grootste kansen
verder landinwaarts.

NEERSLAG:
Bij het warmtefront en de velden middelbare bewolking lokaal lichte
regen of een lichte ingebedde bui. Vanmiddag geleidelijk overal droog.
Het koufront zou boven zee, en mogelijk in het noordwesten nog wat
(lichte) regen kunnen opleveren, de occlusie stelt in dat opzicht niets
voor. Maandag overdag wederom vrijwel droog (zie modelbeoordeling).

ZICHT:
Vannacht en morgenochtend vroeg landinwaarts duidelijk kans op nevel, er
staat teveel (geo)wind voor mist (zie modelbeoordeling).

TEMPERATUUR:
De modellen zitten nu meer op een lijn, met zowel vandaag als morgen in
het zuiden en oosten de hoogste temperaturen, vandaag een graad of twee
hoger dan morgen.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI