Guidance modelbeoordeling voor Nederland

26-08-2018 00:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 27 augustus 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 26 augustus 2018 om 00.27 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een westelijke stroming voert polaire lucht aan waarin, boven de
relatief warme Noordzee buien tot ontwikkeling komen. Zowel in de
bovenlucht als aan de grond bevinden we ons in eerste instantie nog aan
de westflank van een trog in een cyclonale stroming. In de loop van de
nacht echter bereikt een NNW-ZZO georienteerde trekrug het westen van de
FIR en deze trekt in de loop van de ochtend oostwaarts over ons
aandachtsgebied. Derhalve stabiliseert de atmosfeer zich in de loop van
de nacht. Tegen het einde van de ochtend verlaat deze rug het oosten van
het land en wordt de stroming weer cyclonaal en zuidwestelijk. Een NW-ZO
georiënteerd warmtefront bereikt zondag aan het einde van de middag het
(zuid)westen van de FIR en trekt gedurende de avond en nacht oostwaarts
over ons land. Dit warmtefront wordt snel gevolgd door een occlusie,
waarbij de neerslag van beide fronten waarschijnlijk als één
regengebied overtrekt. Maandagochtend volgt er dan ook nog een zwak
koufront waarna we ons weer in de polaire lucht bevinden.

MODELBEOORDELING:
Synoptisch gezien is de uitvoer vrij consistent. Wel zijn er
detailverschillen tussen de neerslagberekeningen van de buien vannacht
en zondagochtend boven het noorden van de FIR en ook in de timing en
structuur van de frontale neerslag zondagavond en in de nacht naar
maandag. In de historie liggen er meerdere "oude" fronten achtereen en
in de nacht naar maandag lijkt er bovendien kustconvergentie te gaan
optreden. Daarnaast laten alle modellen een zwak en verbrokkeld
neerslagsignaal zien maandag overdag achter de frontale zones, hetgeen
in eerste instantie vooral coalescentieneerslag lijkt te zijn en nabij
en achter het koufront tevens ook het gevolg van wat ondiepe
onstabiliteit onderin. We gaan uit van wat lichte regen of motregen,
geleidelijk enigszins buiig van karakter. Opvallend is verder dat Hirlam
vannacht als enige een deel van midden en oost Nederland onder de
stratus/mist laat verdwijnen, terwijl de Harmonies alleen een
mistsignaal buiten onze landsgrenzen laten zien. Gezien de zwakke wind
aan de grond, de geowind van 10-15 kn en de aanwezigheid van vocht
moeten grondmist en een lokale mistbank zeker mogelijk zijn. Gezien de
van oorsprong droge polaire lucht lijkt een echte mistlaag echter
onwaarschijnlijk.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Bij de verder afnemende buienactiviteit spelen windstoten geen rol meer.
Op nadering van de frontale zones neemt de wind zondagmiddag en avond
sterk toe en laten alle modellen een 8 Bft zien boven de Noordzee,
tippend aan de (noord)westkust. Daarnaast wordt de wind sterk vlagerig
en komen de modellen tot windstoten van 45 kn boven zee en 35 kn langs
de (noord)westkust. EC is nog een fractie scheutiger met zelfs 45-50 kn
boven zee en 40 kn langs de kust, hier gaan we voorlopig echter niet van
uit. Gezien de zuidelijke component lijken de zware windstoten dus
beperkt te blijven tot boven zee.

BEWOLKING:
Vannacht en zondagochtend nog een cumuliform beeld in de polaire lucht
met Cu/TCu/Cb, met steeds lager wordende toppen. We gaan dus niet uit
van de lage stratus die HIR laat zien. Zondagmiddag op nadering van de
frontale zones van het westen uit een dik pakket gelaagde frontale
bewolking. Bij de occlusie in de nacht naar maandag en maandochtend
verder dalend wolkenbasis en mogelijk lokaal stratus. Aan de achterzijde
en zeker achter het koufront goede wolkencondities, Cu/TCu, in de
polaire lucht.

NEERSLAG:
Bij de buien vannacht boven het noorden en morgenochtend nog boven de
Noordzee geen kans meer op onweer en windstoten. De eerste frontale
neerslag bereikt het (zuid)westen van de FIR in de loop van zondagmiddag
en de westkust aan het begin van de avond (volgens HIR en EC). Bij het
warmtefront en de occlusie zondagavond en in de nacht naar maandag
perioden met regen, later ook motregen. Aan de achterzijde, en bij en
achter het koufront, nog af en toe lichte (mot)regen of een lichte
regenbui.

ZICHT:
In de polaire lucht goed zicht. In een bui mogelijk even teruglopend.
Bij de frontale neerslag matig, in motregen slecht. Vannacht als gevolg
van uitstraling en de afnemende wind verder landinwaarts kleine kans op
vorming van grondmist en mogelijk een enkele mistbank.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI