Guidance modelbeoordeling voor Nederland

20-08-2018 16:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 21 augustus 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 20 augustus 2018 om 16.06 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een uitloper van het Azorenhoog strekt zich uit tot over het zuidelijke
deel van de Noordzee. Aan de oostflank van deze rug is de stroming
noordwestelijk en voert in een brede warme sector vochtige lucht aan.
Een zwak polair front bevindt zich momenteel boven het noordelijke deel
van ons luchtruim (dauwpunten aan de zuidzijde rond 16°C, aan de
noordzijde rond 11°C). De rug trekt vanavond en vannacht oostwaarts
over onze omgeving waarna de stroming zuidelijk wordt, het polaire front
trekt dan enigszins activerend noordwaarts en verlaat morgenmiddag het
FIR gebied. Na rugpassage bereikt een zwak warmtefront, gekoppeld aan
een kleinschalig laag boven Engeland, het zuidwestelijke deel van het
FIR gebied. Het warmtefront is alleen nog herkenbaar aan dauwpunten die
daarachter oplopen naar 18 a 19°C. Het lagedrukgebied trekt overdag
noordoostwaarts over het FIR gebied, dit geldt ook voor het warmtefront
waardoor na passage het gehele aandachtsgebied aan het einde van de
middag met deze vochtigere lucht te maken heeft.

MODELBEOORDELING:
Het belangrijkste aandachtspunt de komende periode is de grenslaag. Ha36
representeert de actuele situatie met stratus en lokaal mist net zuid
van het polaire front het beste. Ook de positie van bewolking en
opklaringen boven land worden goed weergegeven. Komende nacht kan er in
opklaringen mist ontstaan (Ha36,40), dit is wel afhankelijk van de mate
waarin er opklaringen voorkomen. Dit verschilt per model. In het zuiden
lijkt de kans het kleinst omdat daar de bewolking overheerst in alle
modeloplossingen. Na passage van het warmtefront neemt de kans op lage
bewolking boven zee weer toe. Vooral Ha36 geeft dit in ruime mate weer,
overige modellen enigszins. Morgen overdag verschillen de modellen ook
in de mate waarin er nog bewolking aanwezig is. Wegens het wegtrekken
van de rug verdwijnt de subsidentie inversie waardoor Cu bewolking zich
niet meer uit kan spreiden, dit maakt de kans op opklaringen vrij
groot.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Geen bijzonderheden.

BEWOLKING:
Boven land Sc/Cu bewolking, de vraag is of de opklaringen die nu boven
het noorden van het land aanwezig zijn zich handhaven komende nacht.
Boven zee gebieden met St/Sc bewolking. Zeker boven land is de laag
bewolking vrij dun wegens de subsidentie inversie rond 5000 vt. Na
passage van het warmtefront neemt de St kans boven zee duidelijk toe.
Morgen overdag wederom Sc/Cu bewolking, met het wegtrekken van de
subsidentie inversie kan dit zich verticaal ook verder ontwikkelen. Er
is een kleine onstabiele component aanwezig waarbij een enkele
cumuluswolk kan doorgroeien tot een TCu met toppen rond FL080.

NEERSLAG:
Zowel boven zee als boven land komt er zeer lokaal motregen voor. Ook
morgen overdag blijft dit mogelijk, al zal dit met de dagelijkse gang
een wat meer convectief karakter krijgen. Het polaire front zal gaan
activeren wegens het naderende laagje en de advectie van warmere lucht.

ZICHT:
Goed, net zuid van het polaire front op zee zeer lokaal mist. In
motregen matige zichten. Boven land vooral in het noorden daar waar het
opklaart kans op een mistbank. Boven zee achter het warmtefront mogelijk
ook teruglopende zichten wegens de hogere dauwpunten.

TEMPERATUUR:
Bewolkingsgraad bepalend voor Tn/Tx. Komende nacht in opklaringen lokaal
11°C, overdag in het zuidoosten mogelijk 26°C.



Paraaf meteoroloog: schaikm
Bron: KNMI