Guidance modelbeoordeling voor Nederland

06-08-2018 01:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 07 augustus 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 06 augustus 2018 om 02.28 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Het centrum van een hogedrukgebied boven NW-Duitsland trekt verder
oostwaarts Europa in. Een zuidelijke stroming voert dan zeer warme en
droge lucht aan. Een lagedrukgebied ligt intussen vrijwel stationair ten
zuiden van IJsland. Aan de zuidflank komt een golvend koufront
geleidelijk dichterbij, maar deze bereikt bereikt ons land voorlopig
niet. In de warme lucht ontstaat vanmiddag al een (inactief) thermisch
laag boven onze omgeving, deze houdt zich op dinsdag nog op tot boven
het noorden van ons land. Een actiever (thermisch) laag, mede geholpen
door een in betekenis afnemende kortgolvige hoogtetrog, ontstaat
dinsdagochtend boven het westen van Frankrijk. De bijbehorende NW-ZO
georienteerde vore bereikt woensdagnacht het zuidwesten. Een barocliene
zone boven het Europese continent wordt nabij het lagedrukgebied
vervolgens actief (frontogenese) door grootschalige optilling. Het
koufront hiervan komt woensdagochtend het land binnen.

MODELBEOORDELING:
Dinsdagavond is er een kleine kans op een onweersbui op nadering van de
vore vanuit Frankrijk. Aandachtspunt daarbij zijn mogelijk zware
windstoten die op outflow het zuidwesten van het land kunnen
binnenlopen. Deze windstoten kunnen voortkomen uit buien die laat in de
middag boven NW-Frankrijk en het zuiden van België ontstaan, alsmede
outflow boundaries die dieper vanuit Frankrijk 's avonds in een
afkoelende grenslaag grote afstand kunnen afleggen. Dit laten beide
Harmonies en ook EC zien. De zware windstoten ontstaan in een zeer droge
en diepe grenslaag, de Fawbush-Miller methode komt met een deltaT van 15
zelfs tot > 70 kn. Het is dan ook niet verwonderlijk dat beide Harmonies
tot dergelijke windstoten (boven ons land 40-50 kn) komen. De
neerslaguitvoer lijkt weinig voor te stellen, maar dit komt door de
sterke verdamping van neerslag. Illustratief hiervoor is de pCappi van
Ha36. Voorzichtig een kleine kans in de verwachtingen opgenomen.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vanmiddag zorgt zeewind en een aanlandige wind nabij het thermisch laag
er waarschijnlijk voor dat de wind in een groot deel van het land naar
het west/noordwesten draait en tijdelijk mogelijk wat vlagerig wordt.
Dinsdagavond in het zuidwesten kans op (zware) windstoten als er een
onweersbui ontstaat.

BEWOLKING:
Hirlam berekent steeds meer lage bewolking op de Noordzee, vermoedelijk
het bekende artefact. Beide Harmonies laten niets zien. Aangevoerde
lucht is ook behoorlijk droog. Dinsdagavond in het uiterste zuidwesten
kleine kans op een CB met basis rond 9000 vt.

NEERSLAG:
Tot in ieder geval dinsdagavond droog. Dinsdagavond in het uiterste
zuidwesten kleine kans op een enkele onweersbui, SBCape 1500-2000 J/Kg
(a.g.v. entrainment vermoedelijk in werkelijkheid wel een stukje lager)
reikt tot aan het uiterste zuiden. In combinatie met een effectieve
schering van circa 30 kn kan er een goed georganiseerde cel ontstaan.
Overigens lijkt er in de nacht naar woensdag kans op vorming van een wat
groter complex als er grootschalige optilling plaatsvindt bij de in
betekenis afnemende hoogtetrog. Dit idee laten vooral EC/Hir zien. Een
dergelijk complex zou in de nacht naar woensdag het (zuid)westen kunnen
schampen. Voorlopig is dit nog erg onzeker.

ZICHT:
Vannacht met name in het noorden kans op een mistbank.

TEMPERATUUR:
Vanwege het opsteken van een wind van zee zijn er vandaag grote
verschillen in maxima. Tropische waardes worden in het noorden,
noordwesten en het uiterste zuidwesten waarschijnlijk niet gehaald.
Dinsdag loopt T850 in het zuidoosten op naar 18/19°C in de middag. Met
een H850 van circa 1450 m en 3 graden overadiabatisch (zeer droge bodem)
is 36-37°C reëel. Het hittegolfgetal van Tijm (Som van aaneengesloten
dagen Tx-25>0) is in het zuidoosten opgelopen naar 130 en hoger. Hiermee
is een ruime eerste plaats een feit. Dit is vooral te danken aan de
lange duur van deze periode, inmiddels 24 dagen. De gemiddelde
dagbijdrage is namelijk 5,4 en lager dan de vorige koploper. De periode
22 juni - 9 juli 1976 had gemiddeld 6,6 over 18 dagen.



Paraaf meteoroloog: aberson
Bron: KNMI