Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot donderdag 28 juni 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op woensdag 27 juni 2018 om 10.37 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hogedrukgebied ten oosten van Schotland is vrijwel stationair
gedurende de hele periode. Door de geleidelijk iets afnemende invloed
van het hogedrukgebied in onze omgeving neemt de hoge subsidentie
geleidelijk iets af in sterkte, waardoor de inversie overdag net wat
hoger komt te liggen. Een van zuid naar noord gerichte hoogtetrog (500
hPa) boven Polen trekt geleidelijk westwaarts en bereikt
donderdagochtend het oosten en noordoosten van het land. De hoogtetrog
buigt dan zuidwestwaarts af en krijgt een oriëntatie van zuidoost naar
noordwest. In de hoogtetrog diept een apart kleinschalig hoogtelaag uit
dat donderdagochtend en de eerste helft van de middag over het noorden
trekt.

MODELBEOORDELING:
Nog steeds verschillen de modellen behoorlijk met betrekking tot de
subtiele balans tussen subsidentie, de aanvoer van vocht en de dagelijks
gang boven land, hetgeen zich vertaald in grote verschillen in het
wolkenbeeld. H36 klopt actueel het beste met de oplossende ST of in CU
overgaande bewolking boven land. Boven zee is het beeld verbrokkeld maar
zeker niet onaardig. EC laat eenzelfde beeld zien. H40 heeft voor dit
moment helemaal geen lage bewolking en is wat dat betreft onbruikbaar.
HIR heeft de stratus alleen boven het noorden van de FIR en mist dus de
velden zuidelijker en boven land. We volgen H36 (en EC) in de
zuidwaartse verplaatsing en geleidelijk oplossende trend. Wel houden
alle modellen de rest van de periode een signaal voor velden stratus
boven het noordwesten van de FIR, zij het op wisselende plekken en laten
deze met uitzondering van H40 morgenavond mogelijk zuidwaarts de
noordelijke helft van het land bereiken. Dit lijkt een realistische
mogelijkheid. Verder valt op dat H36 en HIR enkele kleine lichte buien
laat ontwikkelen op nadering van de hoogtetrog vanmiddag en vanavond. De
progtemps van EHTW van de overige modellen laten eigenlijk niet meer toe
dan (flinke) Cu's op dagelijkse gang dus we gaan voorlopig niet uit van
noemenswaardige neerslag.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Er staat in de zuidwestelijke kustdistricten vanmiddag (en morgenmiddag)
waarschijnlijk enkele knopen meer wind dan berekend wordt door de
modellen, waardoor de 6 Bft vandaag waarschijnlijk net niet gehaald
(geen kustseinen meer) wordt maar morgenmiddag wel. Ook zal de wind aan
zee in de middagen krimpen naar een noordelijke richting (zeewind).

BEWOLKING:
Zie de modelbeoordeling. De nog aanwezige ST/SC boven land lost spoedig
op of gaat (tijdelijk) over in Cu. Ook elders kan wat Cu ontstaan,
toppen tot rond 4000 vt. Boven zee velden SC en ST, geleidelijk deels
oplossend maar met name in het noordwesten van de FIR hardnekkig
aanwezig blijvend. Morgenavond weer zuidwaarts uitbreidend en zal
daarbij waarschijnlijk de noordelijke helft van het land bereiken.

NEERSLAG:
Droog.

ZICHT:
In de nachten (zeer) lokaal mogelijk grondmist of nevel.

TEMPERATUUR:
Geleidelijk verder opwarmend, wel onzekerheden met betrekking tot de Tx.
De Harmonies komen het hoogst, EC het laagst. De MOS volgt de
Harmonie-waarden en lijken realistisch. Met een noordoostelijke wind zie
je wel vrij grote temperatuurverschillen tussen het Waddengebied en
landstations zoals Groningen.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI