Guidance middellange en lange termijn

Opgesteld door het KNMI op vrijdag 15 juni 2018 om 04.26 uur

Geldig van zondag 17 juni tot vrijdag 29 juni

Synoptische ontwikkeling:
Aan de zuidflank van een langgerekt hoogtelaag boven Noord(west)-Europa
is de stroming komend weekend tamelijk zonaal met de as van de
straalstroom ten noord(west)en van onze omgeving. Het Azorenhoog breidt
echter zijn invloed noordoostwaarts uit, waarbij de as van de hoogterug
begin volgende week oostwaarts beweegt en rond donderdag 21 juni in de
buurt van Nederland uitkomt. De straalstroom komt dan duidelijk noord
van onze omgeving te liggen. Vanaf vrijdag 22 juni wordt de verwachting
onzeker.

Modelbeoordeling en onzekerheden:
Tot en met maandag zien we weinig verschillen in de EPS-leden. Daarna
neemt de onzekerheid in de temperatuurverwachting toe, afhankelijk van
hoe ver noordwaarts het Azorenhoog zich uitbreidt. Hoe noordelijker, hoe
warmer en zonniger het zal zijn. Het aantal koele oplossingen is sterk
afgenomen t.o.v. gisteren: zo'n 70% van de leden komt nu van dinsdag 19
t/m donderdag 21 juni (ruim) boven de modelklimatologie uit. Vanaf
vrijdag 22 juni zijn er twee clusters: volgens het belangrijkste cluster
(69%) maakt de hoogterug weer plaats voor een meer westelijke stroming
met een zwakke Atlantische rug boven de Britse Eilanden. De overige
leden (31%) laten de Centraal-Europese hoogterug dan nog standhouden,
mogelijk met af en toe wat cyclonaliteit en enkele (forse) onweersbuien.
De mediaan ligt vanaf vrijdag 22 juni dicht bij de modelklimatologie,
met daarbij wel een kleine maar opvallende kans op zeer warm weer,
mogelijk ook met veel CAPE. Van zaterdag 23 juni t/m dinsdag 26 juni
ligt de dagelijkse kans op een MLCAPE boven 1000 J/kg rond 10%, wat voor
deze termijn opvallend hoog is.

Samenvatting meerdaagse-periode:
Af en toe zon en vooral in het noorden ook soms wat regen. De maxima
komen eerst uit op ongeveer 20?C. Vanaf woensdag wordt het mogelijk
warmer en zonniger.

Samenvatting EPS-periode:
Aanvankelijk is de dagelijkse neerslagkans klein (20%), in de loop van
de periode neemt deze toe naar 40%. De gehele periode is er een grote
onzekerheid in de temperatuur. De kans op een (zeer) warm weertype is
daarbij groter dan de kans op een koel weertype.



Paraaf meteoroloog: haklande
Bron: KNMI