Guidance modelbeoordeling voor Nederland

07-06-2018 23:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zaterdag 09 juni 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op vrijdag 08 juni 2018 om 00.00 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een vlak thermisch lagedrukgebied ligt momenteel (23 UTC) net ten oosten
van ons land en blijft daar gedurende de hele periode nagenoeg
stationair liggen. De bijbehorende vore blijft daardoor eveneens de hele
periode het oosten van het land schampen, al verandert deze door de
dagelijkse gang wel continu van (de exacte) plaats. In de bovenlucht
blijft ons aandachtsgebied over het algemeen onder invloed van een
uitgestrekte rug. De as ligt actueel boven het noorden en schuift
vannacht langzaam noordwaarts weg. Boven het zuiden is stroming minder
anticyclonaal of zelfs heel licht cyclonaal en vandaag overdag zal dat
overal in ons aandachtsgebied het geval zijn. In de loop van de avond en
nacht naar zaterdag wordt de stroming weer meer anticyclonaal, zaterdag
overdag geleidelijk licht cyclonaal. Bovendien komt er vannacht en
vandaag overdag aan de westflank van het thermische laag in de onderste
niveaus wat warmte-advectie op gang. Het geleidelijk minder
anticyclonaal wordende hoogtepatroon en deze warmte-advectie kunnen
vannacht en vandaag overdag grootschalig voor enige optilling zorgen.
Ook zaterdag kunnen beide processen nog/weer een rol spelen.

MODELBEOORDELING:
Actueel zien we duidelijke verschillen in de grenslaag; H36 is het enige
model dat momenteel de strook met stratus en mist boven de Noordzee en
het (noord)westelijk kustgebied goed weer lijkt te geven. In H40 en HAP1
ligt deze strook te oostelijk en alleen nog boven het noordelijk
kustgebied en HIR heeft alleen stratus boven het zuidwesten van de FIR.
Voorlopig lijken we H36 het beste te kunnen aanhouden wat dat betreft.
In alle modellen zien we de stratus en mist morgenochtend zowel boven
land (als gevolg van dagelijks gang) als boven zee oplossen (toenemende
menging met droge laag), dit lijkt realistisch. In alle modellen blijft
de stratus (en mogelijk mist) gedurende de rest van de periode boven het
westen van de FIR aanwezig. In H36 bereikt deze vroeg op zaterdag
opnieuw de westkust, dit lijkt niet onmogelijk. Verder blijft de
neerslag een belangrijk aandachtspunt. De gebieden met buiige regen
(overblijfselen van buien in combinatie met wat opleiding) boven de
zuidelijke helft worden nagenoeg alleen opgepikt door HIR en EC, welke
daarvoor vannacht en morgenochtend het beste gevolgd kunnen worden. Voor
vanmiddag komen wel alle modellen met convectie vanaf de grond boven
West-Duitsland en het uiterste oosten van ons land. In de rest van het
land lijkt het gewoonweg niet warm genoeg te worden als gevolg van de
aanwezige wolkenvelden vanochtend. Daarnaast ontbreekt daar ook de
benodigde convergentie. In de nacht naar zaterdag komen EC en HIR
opnieuw als enige met buienrestanten en dit lijkt realistisch.
Zaterdagmiddag en avond een convectief beeld vergelijkbaar met
vanmiddag/vanavond, met in alle modellen een duidelijke voorkeur voor
het oosten.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Bij convectie vanmiddag/vanavond en vrijdag overdag kans op windstoten.
Het gewicht van de neerslag is de belangrijkste factor, in combinatie
met enige verdamping, typische waarden in een daalstroom 30 kn, mogelijk
35 kn, overeenkomend met het beeld in de Harmonies.

BEWOLKING:
Stratus in een band boven de Noordzee en het (noord)westelijk
kustgebied, in de loop van de ochtend oplossend, het eerst boven land.
In het westen van de FIR gedurende de hele periode hardnekkig aanwezig
blijvend. Zaterdag dus mogelijk opnieuw binnenlopende stratus vanaf zee
in het westelijk kustgebied, aandachtspunt. Zie ook de modelbeoordeling.
Boven het zuiden van de FIR vannacht en vanochtend veel middelbare (en
hoge) bewolking (buienrestanten + enige warmte-advectie) met ingebedde
Cb's met toppen actueel tot rond FL250, bij convectie vanmiddag/vanavond
en zaterdag overdag CB's vanaf de grond tot ca. FL400, mogelijk
doorschietend tot FL450.

NEERSLAG:
Zie de modelbeoordeling. Bij de buiige regen vannacht in de zuidelijke
helft is er vanaf middelbaar niveau nog rond de 500 J/kg aan CAPE
beschikbaar, onweer lijkt dan ook niet helemaal uitgesloten. Vanmiddag
op de dagelijkse gang toenemende CAPE-waarden tot 1500-2000 J/kg in het
zuidoosten, elders in het land verwaarloosbaar. Bij een schering van
10-15 kn zal dit resulteren in overwegend pulse bui, soms mogelijk even
geclusterd. Zaterdag overdag vergelijkbare waarden in een groter deel
van het land, met uitzondering van het (noord)westen. Bij deze buien
veel onweer, mogelijk kans op hagel (tot 2 cm) en plaatselijk veel
neerslag in korte tijd (orde 10-30 mm).

ZICHT:
Mist en nevel onder de stratus boven de Noordzee en het (noord)westelijk
kustgebied, in de loop van de ochtend oplossend, het eerst boven land.
Ondanks de bewolking kan er vannacht in de westelijke helft en ook in
het zuiden, waar de lucht wat vochtiger is, gemakkelijk nevel ontstaan
en bij dunner worden bewolking of opklaringen later vannacht mogelijk
ook mistbanken. De modellen doen hier echter weinig mee. In de nacht
naar zaterdag verder landinwaarts opnieuw kans op nevel/mistbanken en
aan de westkust mogelijk opnieuw kans op het binnenlopen van mist vanaf
zee.

TEMPERATUUR:
Door verminderde instraling als gevolg van de velden middelbare
bewolking vooral in de ochtend, is het de vraag of het vanmiddag nog
lokaal tropisch wordt, momenteel gaan we uit van een prikwaarde van
28°C voor het oosten. Zaterdag is er meer zon en liggen de Tx 1-2
graden hoger.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI