Guidance middellange en lange termijn

Opgesteld door het KNMI op woensdag 30 mei 2018 om 03.53 uur

Geldig van vrijdag 01 juni tot woensdag 13 juni

Synoptische ontwikkeling:
Gedurende de eerste week hebben we boven West-Europa te maken met een
geblokkeerd stromingspatroon en bevinden we ons in warme en vochtige
lucht. Op vrijdag bevindt zich een lagedrukzone met weinig gradient
west-oost georienteerd over onze omgeving. In de loop van het weekeinde
zien we een uitloper van een hogedrukgebied zuid van IJsland een
uitloper krijgen richting het Noordzeegebied. Na het weekeinde zien we
een hoogtelaag boven de Golf van Biskaje langzaam richting het noorden
van Itali? bewegen, alwaar het eind volgende week ligt. Aan de grond is
echter geen sprake van een duidelijk gedefinieerd laag. We zien boven
Centraal-Europa dan een vlakke drukverdeling waarin de warme en vochtige
lucht als het ware gevangen zit. Aan het einde van de week zien we enige
stabilisatie van de atmosfeer a.g.v. drukstijgingen. Op de langere
termijn nijgt de stroming wat meer zonaal te worden en komen we mogelijk
weer in polaire lucht terecht.

Modelbeoordeling en onzekerheden:
Tot en met het weekeinde is er weinig spreiding binnen het EPS. De
zwakke stroming draait geleidelijk van west naar noord tot noordoost.
Vooral vrijdag drijft er vrij veel bewolking vanaf de Noordzee het land
op welke verder landinwaarts wel deels zal oplossen. Vooral in het
noordoosten en oosten kunnen dan nog steeds enkele stevige
(onweers)buien tot ontwikkeling komen. In het weekeinde komt er onder
invloed van de zwakke rug meer ruimte voor de zon. Bij deze windrichting
zijn de temperatuurverschillen tussen kust en verder landinwaarts vrij
groot. Ook volgende week zien we deze verschillen. De wind komt
overwegend uit richtingen tussen noord en noordoost. De kans op zomerse
temperaturen ligt landinwaarts rond de 50%, in de kustgebieden
aanmerkelijk lager. De neerslagkansen zijn met 10-20% vrij klein, in het
zuidoosten liggen de kansen met ca. 40% wat hoger. De neerslag die valt
zal meest convectief van aard zijn. Op de langere termijn neemt de
onzekerheid als vanzelfsprekend toe. De kans op temperaturen beneden
normaal neemt geleidelijk toe naar ca. 50%, evenals de neerslagkans. De
kans op het aanhouden van zomerse temperaturen ligt rond 20%.


Samenvatting meerdaagse-periode:
Vrijdag en zaterdag vrij veel bewolking en kans op een (onweers)bui.
Vanaf zondag geleidelijk weer meer zon en overwegend droog. Met maxima
tussen de 20 en 25?C blijft het vrij warm.

Samenvatting EPS-periode:
Aanvankelijk een vrij grote kans (ca. 60%) op het aanhouden van het vrij
warme zomerweer met soms ook een (onweers)bui. Later in de periode neemt
de kans op een koeler weertype geleidelijk toe.



Paraaf meteoroloog: homan
Bron: KNMI