Guidance modelbeoordeling voor Nederland

26-05-2018 23:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 28 mei 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 27 mei 2018 om 00.15 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hoog boven Noord-Europa houdt boven het aandachtsgebied een
oostelijke stroming in stand, die warme continentale lucht aanvoert.
Daarbij is de lucht in het (uiterste) zuiden duidelijk vochtiger dan in
het noorden. Een vlak lagedrukgebied boven het westen van Frankrijk
trekt langzaam noordwaarts en breidt zich morgen overdag geleidelijk uit
tot boven de zuidelijke helft van het land. In dit lagedrukgebied
bevindt zich vochtigere lucht (waterinhoud 30-35 mm). In de loop van
morgenmiddag ontstaat er bij dit thermische laag een vore boven het
uiterste zuiden. Op 850 hPa zien we daarnaast een band met wat hogere
thetaw-waarden boven het uiterste noorden van Frankrijk die vannacht en
morgen overdag geleidelijk noordwaarts zal trekken en morgenavond boven
de zuidelijke helft stil komt te liggen. Hier zit ook wat (potentiële)
middelbare onstabiliteit op, actueel al zichtbaar op de
satellietbeelden. Op grotere hoogte bevindt ons land zich gedurende de
hele periode in of dichtbij een zadelgebied, waarbij de stroming op
hoogte vrijwel continue anticyclonaal blijft.

MODELBEOORDELING:
Convectieve neerslag blijft gedurende de hele periode een punt van
onzekerheid. In de vroege ochtend toont Hirlam, samen met Harmonie36.
wat neerslag, veroorzaakt door middelbare onstabiliteit, boven het
zuiden van het land. In de middag zien we in alle modellen een duidelijk
signaal voor convectie in het (uiterste) zuiden en zuidoosten van het
land, in ieder geval deels vanaf de grond. Dit lijkt gebonden te zijn
aan de vore in het langzaam noordwaarts trekkende thermische laag, die
waarschijnlijk ergens boven het (uiterste) zuiden zal komen te liggen
morgenmiddag. Wel verschillen in timing, plaats en de mate waarin de
convectie vanaf de grond weet los te komen. HIR en EC tonen ook wat
convectie vanaf middelbaar niveau boven het midden van het land. In de
nacht naar maandag een zwakke indicatie voor buienrestanten die vanuit
België/Frankrijk binnenlopen in het zuidwesten en zuiden van het land.
Maandagmiddag toont met name Hirlam opnieuw convectie, de andere
modellen zijn veel rustiger, convectie lijkt niet los te komen, dankzij
een zwakke inversie. Dit ondanks hoge CAPE-waarden.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Geen seinen. Aandachtspunt zijn eventuele windstoten bij de buien van
zondag. Water loading maar ook verdampingsafkoeling speelt een rol,
neerwaarts impulstransport nauwelijks met maximaal 10-15 kt in de
onderste 3 km. H36 komt met windstoten tot 35 kn (maar heeft veel minder
buien), H40 toont 41+ kn, maar is vaak ook wat fors. We gaan vooralsnog
uit van windstoten bij buien rond 35 kt.

BEWOLKING:
Bij de thetaw-band en vanaf morgenmiddag gedurende de hele periode boven
het zuiden en midden velden middelbare bewolking met daarbij kans op
ingebedde CB's met toppen tot maximaal FL330. Bij buien
morgenmiddag/avond vanaf de grond CB's met toppen tot FL370, mogelijk
doorschietend tot FL400, maandag vergelijkbaar..

NEERSLAG:
Zie ook de modelbeoordeling; later vannacht en in de ochtend vroeg kans
op een bui of wat buiige regen in het zuidwesten van de FIR. De kans op
onweer daarbij lijkt klein. In de middag (onweers)buien in het zuiden
en zuidoosten, met name bij de vore boven het uiterste zuid(oost)en
worden verwacht. MU-CAPE-waarden daarbij rond de 1500-2000 J/kg, in het
uiterste zuiden 2000-2500 J/kg, boven Belgie zelfs hoger. De schering is
echter beperkt met 10-15 kn dus het zal voornamelijk om pulse-buien gaan
die mogelijk geleidelijk iets meer gaan clusteren (door het creëren van
eigen dynamiek). De Harmonies tonen ook buien, die snel ontstaan en snel
instorten. De CAPE*Shear bereikt waarden van rond de 50, voornamelijk
door de hoge CAPE. PW in deze luchtsoort kan oplopen tot rond 35 mm. De
treksnelheid is relatief laag, maar de levensduur is ook beperkt. Dit
lijkt lokale accumulaties van 30-40 mm/h op te leveren. Ook hagel is
waarschijnlijk, de kans op echt grote hagel lijkt klein dankzij de
beperkte organisatie. Verder ook veel onweer. Maandag overdag is de
beschikbare CAPE nog wat hoger (2500 J/kg in een groot deel van het
land), ook dan een beperkte schering (10-15 kt), Opnieuw pulse-buien,
indien de convectie los weet te komen.

ZICHT:
Goed. In buien matig, lokaal slecht. Daar waar buien vallen, mogelijk
nevel/mistbanken in de nacht naar maandag. H36 komt in de nacht naar
maandag met een mistveld boven de Noordzee, dit nemen we even voor
kennisgeving aan.

TEMPERATUUR:
Morgen Tx vergelijkbaar met vandaag; van ruim 20°C in het noordelijk
kustgebied tot 28°C, lokaal 29°C verder landinwaarts. Maandag opnieuw
vergelijkbaar. In de nachten 14-18°C, het koelst in het noordoosten.



Paraaf meteoroloog: berge
Bron: KNMI