Guidance modelbeoordeling voor Nederland

22-05-2018 11:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot woensdag 23 mei 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op dinsdag 22 mei 2018 om 11.32 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Onder invloed van een omvangrijk hogedrukgebied boven het noordoosten
van Europa bevinden we ons gedurende de hele periode in een oostelijke
tot noordoostelijke stroming. Een thermische vore lag om 10 UTC van
Noord-Belgie over Limburg naar het westen van Duitsland en trekt
mogelijk nog iets noordwaarts. Deze vore/laag beweegt gedurende de
woensdag verder terug Belgie/N-Frankrijk in. Een WZW-ONO georienteerde
tong van hoge thetaw-waarden (waarbij warmteadvectie plaatsvind) bevindt
zich vanochtend vroeg boven het midden en trekt gedurende de ochtend en
middag geleidelijk nog iets verder noordwaarts, alvorens woensdagochtend
zuidwestwaarts weg te trekken. Aan de grond bevindt zich de vochtigste
lucht in het zuiden, woensdag zien we vanuit het noordoosten drogere
lucht aan terrein winnen. Tenslotte ondervinden we nog enige invloed van
een trog behorende bij een vrijwel stationair hoogtelaag boven
NW-Frankrijk, deze beweegt pas woensdag overdag naar Engeland.

MODELBEOORDELING:
Aandachtspunt is uiteraard de convectie de komende 24 uur. De zwaarste
convectie wordt in de loop van de middag en avond verwacht met in de
modellen een duidelijke nadruk op het zuiden en oosten. Synoptisch valt
dat goed te verklaren met de aanwezigheid van de vore en de vochtigste
lucht. Neerslagintensiteiten van Hir/EC zijn in dit soort gevallen niet
goed bruikbaar. Verschil in intensiteiten in Ha36-Ha40 toch opvallend.
Ha40 is duidelijk forser, gezien de profielen en ook de vochtinhoud (PW)
van Ha36 neigen we toch meer naar Ha40. Veel neerslag op korte tijd is
dan ook een nadrukkelijk aandachtspunt. Ha40 komt plaatselijk met 20-40
mm, zeer lokaal 40+ mm. 20-40 mm ook genoemd in tekst en waarschuwingen.
Het verschil in intensiteiten verklaart ook meteen waarom de
uitschieters is Ha40 een klasse sterker zijn dan in Ha36 (effect van
waterloading). Ook hier kiezen we voor Ha40 met uitschieters 30-35 kn.
Ook vannacht gaat de buiigheid waarschijnlijk door, onstabiliteit blijft
aanwezig (zie bijvoorbeeld profielen). Het is echter niet helemaal
duidelijk wat de forcering moet leveren. Opties zijn het intreden van
een low-level jet of wellicht toch wat zwakke grootschalige optilling
bij de hoogtetrog. De neerslagpatronen zijn dan ook grillig in de
modellen. Woensdag in alle modellen vrijwel droog.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Uitschieters in een felle onweersbui circa 30-35 kn, in een downdraft is
40 kn (zie Ha40 03z run) zeer lokaal niet onmogelijk. De
uitstroompatronen van de buien zijn goed in de Harmonie uitvoer
zichtbaar en met name vanmiddag en vanavond wordt het algehele
windpatroon aan de grond in de zuidelijke helft grotendeels beïnvloed
door deze outflow, waardoor zowel de windrichting en -snelheid sterk
zullen varieren. Langs de kust (op het strand) komt de wind vanmiddag
van zee. Woensdag meer gradient en iets geruimde wind waardoor zeewind
lastig wordt.

BEWOLKING:
Bewolking conform de modellen, Hirlam produceert teveel mist/stratus op
de Noordzee. Ook Ha36 achtten we niet realistisch (te grote mistvelden).
Woensdag aanvankelijk vrij veel middelbare bewolking (lokaal ook
uitgroeiend tot CB) bij het Theta-W850 maximum.

NEERSLAG:
In de tweede helft van de middag en avond lijkt de convectiemodus pulse
storms. In het zuiden en oosten circa 1000-1500 J/Kg SB-CAPE voorradig
bij circa 5-10 kn 0-3 km en een tikje meer deep-layer shear. Belangrijk
aandachtspunt (zie ook modelbeoordeling) is de neerslaghoeveelheid. Op
700 hPa nagenoeg geen stroming en dus kan een cel zich leeg regenen
boven een klein gebied. De cellen zullen gezien de convectiemodus
slechts kort leven, als meerdere cellen zich boven hetzelfde gebied
ontwikkelen is wateroverlast zeer plaatselijk reëel.
Forceringsmechanismen zijn hoofdzakelijk outflow van bestaande buien
(zeer realistisch weergegeven door Harmonie), maar ook de vore en een
mogelijk zeewindfront boven Zeeland. Vraag is of het hoogtetrog/laag in
de buurt nog enige optilling veroorzaakt (lastig te bepalen). Vannacht
gaat de convectie door, in activiteit afnemend, maar gezien de
onstabiele profielen toch nog altijd met kans op onweer. Woensdagochtend
verlaten alle ingrediënten voor zware convectie het zuid(west)en van
ons land.

ZICHT:
Matig tot slecht in buien. Zowel vanochtend vroeg als in de nacht naar
woensdag in het zuiden plaatselijk grondmist, vooral op plaatsen waar
neerslag is gevallen (er staat weinig wind).

TEMPERATUUR:
Temperaturen zowel in de nacht als overdag (sterk) afhankelijk van de
bedekkingsraad van de middelbare en hoge bewolking, duidelijk terug te
vinden in de modelvelden.



Paraaf meteoroloog: aberson
Bron: KNMI