Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 21 mei 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 20 mei 2018 om 05.20 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hogedrukgebied boven de Baltische Zee heeft een uitloper in de
richting van Engeland, via het noordwesten van de FIR. Aan de
zuidoostflank is de stroming aanvankelijk zwak noordoostelijk. Boven het
westen van de FIR ligt een zwakke occlusie die in de loop van de middag
heel langzaam het westen van de FIR oostwaarts zal verlaten. Het
hogedrukgebied trekt al opbouwend richting Noordoost-Europa, met als
gevolg dat in de loop van vandaag de gradient wat toeneemt en de
stroming oostelijk wordt. Als gevolg hiervan passeert de voorste
begrenzing van aanzienlijk drogere lucht in de loop van de middag
westwaarts het land. Een hoogtelaag boven het zuidwesten van Duitsland
trekt in de loop van de dag heel langzaam naar België. Aan de grond
ontstaat aan de voorzijde van dit hoogtelaag vandaag overdag een vore
boven Duitsland, die in de loop van de middag en vanavond westwaarts
over België en het uiterste zuid(oost)en van Nederland zal trekken.
Maandag overdag ontstaat er een thermisch laag boven Frankrijk, waarvan
de invloed net het (uiterste) zuiden lijkt te gaan bereiken.

MODELBEOORDELING:
De modeluitvoer is grootschalig consistent, in de grenslaag zijn er wel
grote verschillen. Actueel zien we boven het noorden en westen van de
FIR en het westelijk kustgebied velden stratus en mist. H36 geeft dit
momenteel het beste weer, H40 mist vooral boven zee veel mist/stratus en
HIR geeft helemaal een verbrokkeld beeld en heeft geen stratus boven de
kustgebieden. Wel laten alle modellen deze bij de occlusie behorende
velden langzaam westwaarts trekken en tegen het einde van de dag
westwaarts de FIR verlaten. Actueel zien we in vrijwel het hele land
mistbanken en met name in de westelijke helft ook een dikke mistlaag tot
200 vt. Alle modellen hebben voor de westelijke helft een duidelijk
mistsignaal en lijken daarmee goed bruikbaar. HIR komt vanochtend met
een zwak neerslagsignaal boven het noorden uit velden SC. Deze bewolking
zien we actueel wel (in alle modellen overigens) maar de laag is te dun
om neerslag te kunnen produceren. Vervolgens komen beide Harmonies en
ook EC met een convectief neerslagsignaal nabij de vore in de loop van
de middag boven het (uiterste) zuiden. HIR volgt pas in de loop van de
avond. In de nacht naar maandag zien we in alle modellen een zwak
neerslagsignaal voor het zuiden, hetgeen restanten lijken te zijn van
buien die eerder boven Duitsland zijn ontstaan. Dit lijkt ook een
realistisch scenario. Meer onzekerheid is er maandagmiddag nabij het
thermische laag, waarbij het convectieve neerslagsignaal zowel beperkt
zou kunnen blijven tot het uiterste zuidwesten (H40), zuidoosten (EC) of
de hele zuidelijke helft (H36, HIR).

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vanmiddag/vanavond bij de buien in Harmonie maximale windstoten in de
orde van 35 kn. Dit zal voornamelijk als gevolg van verdamping en
outflow zijn en niet zo zeer door uitwisseling; de hoogtewind is niet
meer dan 15-20 kn. Bij de buien van maandag is dit signaal aanmerkelijk
minder. Verder vanmiddag een duidelijk signaal voor zeewind (noordelijke
component) in de kustgebieden, maandag is dit niet aanwezig. In de nacht
naar maandag zien we een duidelijk windmaximum van rond 30 kn.

BEWOLKING:
In de loop van vandaag langzaam westwaartse verplaatsing van de velden
ST boven zee, eerst ook nog in het westelijk kustgebied. Toppen CB's
vanmiddag/vanavond en maandag overdag tot maximaal FL300.

NEERSLAG:
Voorlopig gaan we voor vanmiddag/vanavond uit van een regen- en
onweersbui in het uiterste zuiden en voor maandagmiddag/avond in het
zuiden. CAPE (Hir) langs de zuidgrens maximaal rond 500 J/kg, schering
rond 15 kn, dus mogelijk multicell. In de nacht naar zondag dus mogelijk
nog wat buiige regen in het zuiden uit restanten. Maandagmiddag in het
zuiden CAPE rond 500 J/kg, tegen de zuidgrens 1000 J/kg, schering lijkt
iets meer met 15-20 kn, dus waarschijnlijk multicell.

ZICHT:
De mistbanken boven land zullen in de eerste helft van de ochtend overal
oplossen, de plaatsen met een dikkere mistlaag vooral in de westelijke
helft zullen eerst overgaan in stratus alvorens iets later ook op te
lossen. Bij de occlusie boven zee ook mist. In de nacht naar maandag is
door de aangetrokken wind en de aangevoerde drogere lucht de kans hierop
verwaarloosbaar.

TEMPERATUUR:
Bij veel instraling Tmax meestal wat hoger dan in de uitvoer, vooral
uiteraard dan in de EC uitvoer.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI