Guidance middellange en lange termijn

Opgesteld door het KNMI op zaterdag 19 mei 2018 om 03.14 uur

Geldig van maandag 21 mei tot zaterdag 02 juni

Synoptische ontwikkeling:
Onder invloed van een hoog boven of nabij het noorden van Scandinavie
hebben we in de eerste helft van de week te maken met een oostelijke
stroming. Dit hoog trekt echter geleidelijk noordoostwaarts weg waardoor
thermische lagedrukgebieden boven Centraal Europa halverwege de week
tijdelijk wat meer invloed krijgen in onze omgeving. In de tweede helft
van de week neemt de invloed van de hogedruk geleidelijk weer toe
wanneer een uitloper van het Azorenhoog opnieuw probeert door te dringen
tot in Noord-Europa. Vanaf dat moment tekenen zich in grote lijnen twee
scenario's af; een waarbij deze uitloper met het zwaartepunt boven de
Azoren als zodanig in stand blijft en een waarbij het zwaartepunt van de
hogedruk zich opnieuw naar Noord-Europa verplaatst. Dit zal leiden tot
respectievelijk een noord- tot noordoostelijke stroming of een
oostelijke stroming. Het stromingspatroon boven Europa blijft daarmee de
hele week geblokkeerd. Zelfs tegen het einde van de maand en ook begin
juni laat het merendeel van de EPS-leden hogere drukwaarden zien boven
Scandinavie, waarmee de blokkade waarschijnlijk ook de eerste helft van
volgende week in stand blijft.

Modelbeoordeling en onzekerheden:
Synoptisch gezien is de onzekerheid daarmee zelfs op de lange termijn
vrij klein. Voor het resulterende weerbeeld echter zijn er wel wat
verschillen en onzekerheden. Vanaf dinsdag zien we een aantal dagen
spreiding in de neerslag en windverwachting van het ENS, als gevolg van
de tijdelijk toenemende invloed van thermische laagjes in onze omgeving.
Het lijkt realistisch dat er deze dagen op elke dag wel kans is op een
regen- en onweersbui, vooral in het zuidoosten. In de loop van de tweede
helft van de week wordt het weer stabieler en nemen de neerslagkansen
af. Wel zien we dan een grotere spreiding ontstaan in de temperatuur en
windrichting, die dan afhankelijk van de drukopbouw boven Noord-Europa
kan varieren van oostelijk tot noordelijk. Wordt het hoog boven
Noord-Europa overheersend, dan houden we een overwegend oostelijke tot
noordoostelijke stroming waarmee lucht wordt aangevoerd die overwegend
te zacht is voor de tijd van het jaar. Daarbij hoort dan ook een zonnig
en droog weerbeeld. Wordt hogedruk ten zuidwesten van onze omgeving
belangrijker dan krijgt de wind een component vanaf zee en zal de
aangevoerde lucht een stuk koeler zijn. Dan zijn wolkenvelden ook
waarschijnlijker en bij weinig wind is in de nachten mist ook goed
mogelijk. Voorlopig lijkt 70% van de ENS leden voor het oostelijke warme
scenario te gaan en 30% voor het koelere noord(oost)elijke scenario. De
neerslagkansen blijven in beide scenario's klein als gevolg van de hoge
drukwaarden in onze omgeving.

Samenvatting meerdaagse-periode:
Zonnige perioden, temperaturen (ruim) boven normaal en vanaf dinsdag
vooral in het zuidoosten 30-40% kans op een regen- en onweersbui.

Samenvatting EPS-periode:
70% kans op het aanhouden van het weertype met temperaturen boven
normaal. 30% kans op een koeler weertype met temperaturen rond of
beneden normaal. De neerslagkansen blijven in beide gevallen gering.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI