Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 30 april 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 29 april 2018 om 00.10 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied, oost van Kent (GB), heeft een vore tot over de
Duitse Bocht en vult langzaam op. Rond dit laag zijn restanten van een
occlusie (met alleen nog warmtefront kenmerken) aanwezig. Boven het
zuiden van Frankrijk is een lagedrukgebied aanwezig. Dit laag trekt
noordwaarts komt in de avond boven het noorden van Frankrijk en België
aan. Het bijbehorende ZW-NO georiënteerde warmtefront bereikt het
zuidoosten in de eerste helft van de middag. Op hoogte trekt dit front
verder westwaarts, aan de grond beweegt het dan nog maar langzaam
noordwestwaarts en gaat later in de nacht naar maandag boven ons land
occluderen nadat halverwege de nacht van het zuiden uit de het koufront
ons land binnenkomt. Deze occlusie verlaat het noordoosten aan het einde
van maandagochtend. Het lagedrukgebied trekt maandag overdag langzaam
via de Theemsmonding naar de Engelse oostkust van East-Anglia.

MODELBEOORDELING:
Een aandachtspunt vannacht is de kans op mist of mistbankenboven land.
Alle modellen laten hiervoor een duidelijk signaal zien, echter wel met
positieverschillen (Hirlam alleen in het uiterste noordoosten). Een
ander aandachtspunt is de neerslag op morgen overdag. De berekende
ontladingen die Harmonie daarbij laat zien zijn niet realistisch (op het
warmtefront graupel in het model maar wel bij een stabiele opbouw). In
de middag in de warme lucht met name in het zuidoosten mogelijk
convectie vanaf de grond. Convectie temperatuur is zo'n 22 gr en
mogelijk dat dat daar gehaald wordt. Met CAPE-waarden van 1000-1500 J/kg
of meer (volgens Hirlam) en veel schering (40-50kn) zijn fors
ontwikkelde multicells en zelfs een supercell mogelijk. Grote vraag is
of de convectietemperatuur gehaald wordt. Volgens EC zal het er om
spannen, volgens Hirlam en Har36/40 wel. Eind van zondagmiddag ontstaan
door convergentie nabij het laag onweersbuien boven Frankrijk. Deze
trekken in de zuidelijke stroming in de avond en nacht van zuid naar
noord over ons land. CAPE-waardes zijn boven Frankrijk minder hoog,
evenals de effectieve schering. Multicells zijn mogelijk. Windstoten bij
de buien lijken vooralsnog niet heel fors uit te pakken. Modellen komen
zeer lokaal (Z-Limburg) boven de 41 kn. 's Avonds en 's nachts is de
kans op zware windstoten kleiner omdat de buien daar boven de inversie
aanwezig zijn. Kans op 50 mm in een uur is ook niet groot omdat de buien
een redelijke treksnelheid hebben. Hagel is mogelijk. Onweerskansen
volgens INDECS: vooral in het (zuid)oosten 80-99% kans op meer dan 1
ontlading. Kans op meer dan 50 ontladingen/5 min 10-30%. Voor maandag
overdag zijn de windstoten nog van belang, hierbij is onze westkust nog
van belang wat de exacte positie wordt van het land, Hirlam laat het
sterkste en meest omvangrijke windveld zien, zie verder bij wind.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
In de middag/avond zien op de (noord)westflank van het laag een NO 7,
mogelijk 8 Bft zien. Hirlam laat in de nacht naar maandag als enige
model nog steeds een 9 Bft zien nabij de Engelse oostkust, maar Hirlam
is vaak te enthousiast met dit soort laagjes en bijbehorende windvelden.
Verder zien we een kans op windstoten bij de (onweers)buien die in de
warme lucht ontstaan, de beide Harmonies komen lokaal (net) niet aan 75
km/uur. In de avond/nacht zullen de windstoten minder hoog uitpakken
gezien de dan aanwezige stabiel grenslaag. Maandag overdag zien we aan
de zuidoostflank van het laag een ook nog een sterk windveld, Hirlam
komt dan nog steeds met een dikke ZW 8 Bft en zware windstoten langs de
zuidwestkust. EC en HARM36 heeft vergelijkbare waarden maar dan in een
kleiner gebied, ook hier zware windstoten tot over onze zuidwestkust.
HARM40 houdt het laag wat westelijker en beweegt langzamer naar het
noorden.

BEWOLKING:
Bij de occlusie veel frontale bewolking met nabij het laag boven zee
vrij veel stratus, komt vannacht ook deels over het noordwesten van het
land te liggen, zien we actueel inderdaad gebeuren. In de ochtend van
het zuiden uit geleidelijk steeds meer frontale bewolking behorend bij
het warmtefront, echte lage bases lijken zich hierbij niet te gaan
voordoen. Later in de middag ontstaan er in de warme lucht vooral boven
Noord-Frankrijk, België en Duitsland enkele CB's, de vraag is of dit
ook boven het zuidoosten van ons land gaat gebeuren. In de avond trekken
de "Franse" Cb's over de stabiele grenslaag noordwaarts over ons land.
Progtemps laten toppen toe tot ca. FL370. Op het (occluderend) koufront
gelaagde bewolking, wellicht lokaal nog een embedded Cb. Met name HARM36
laat boven het westen veel stratus ontstaan. Maandag overdag veelal Cu
die lokaal kan doorgroeien naar een TCu, toppen dag tot maximaal FL100.

NEERSLAG:
In de ochtend van het zuiden uit neerslag op het (hoogte)warmtefront.
Positionering en timing loopt nogal uiteen in de modellen. Deze neerslag
lijkt zich in de middag te concentreren boven de zuidelijke Noordzee en
het noordwesten en noorden. Einde van de middag in de warme lucht
mogelijk convectie vanaf de grond. Convectie temperatuur is zo'n 22°C
en mogelijk dat dat gehaald wordt in het uiterste (zuid)oosten van het
land. Met CAPE-waarden van 1000-1500 J/kg en veel schering (40-50kn)
zijn fors ontwikkelde multicells en zelfs een supercell mogelijk. Eind
van de dag ontstaan, mede door convergentie nabij het laag, onweersbuien
boven Frankrijk. Deze trekken in de zuidelijke stroming in de avond en
nacht over ons land. CAPE-waarden zijn daar overeenkomstig (1000-1500
J/kg), maar de effectieve schering (30-40 kn) is lager. Multicells zijn
mogelijk. Kans op 50 mm in een uur is niet groot omdat de buien een
redelijke treksnelheid hebben. Hagel is mogelijk. Onweerskansen volgens
INDECS: vooral in het (zuid)oosten 80-99% kans op meer dan 1 ontlading.
Kans op meer dan 50 ontladingen/5 min 10-30%. De (oneweers)buien zullen
in de loop van de nacht via de oostelijke helft van het land naar het
noorden bewegen. Op het (occludende) koufront in de nacht naar maandag
af en toe regen, soms nog wat buiige van karakter. Maandag overdag nog
kans op een enkele lichte bui, met name HARM36 geeft hier nog een
duidelijk signaal voor.

ZICHT:
In het laag op de Noordzee matige tot slechte zichtcondities. Vannacht
boven land m.u.v. het zuidoosten nevelige condities. In alle modellen
een signaal voor mist of mistbanken in een strook van zuidwest naar
noordoost over het land (Hirlam alleen in het NO). In de frontale
neerslag op zondag ook mogelijk teruglopende zichtcondities, in de
zwaardere buien in de avond lijkt dat wat zekerder.

TEMPERATUUR:
Belangrijkste is de scherpe tegenstelling overdag. Terwijl het langs de
noordwestkust een graad of 11 wordt kan het in het zuidoosten mogelijk
meer dan 22°C worden, Hirlam is hierin het warmst (tot 23°C in Limburg
en de Achterhoek) door de meest westelijke positie van het
grondwarmtefront.



Paraaf meteoroloog: homan
Bron: KNMI