Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 30 mei 2016 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 29 mei 2016 om 00.07 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Tussen hoge druk boven Noord-Scandinavië en een thermisch laag boven
Noord-Frankrijk voert een noordoostelijke stroming in de onderste
niveaus vrij warme en vochtige lucht aan. Het thermische laag trekt
langzaam noordoostwaarts en wordt maandag 06 UTC boven Sauerland
berekend. Deze kern trekt maandag overdag langzaam westwaarts over het
zuiden van het land. Op hoogte is de stroming aanvankelijk nog
zuidwestelijk. In de loop van deze nacht trekt een zwakke hoogterug op
500 hPa noordwaarts over ons land, waarachter de stroming (zondag)
overdag zuidoostelijk wordt. Zondagochtend en begin middag trekt een
zwakke bovenluchttrog op 500 hPa noordwestwaarts over het land. In deze
situatie is het echter ook van belang dat op 300 hPa op zondag de hele
dag een hoogterug over onze omgeving te zien is. In de loop van maandag
diept een hoogtelaag boven Noord-Frankrijk uit waardoor de
hoogtestroming oostelijk wordt en duidelijk aantrekt. Maandagochtend
trekt in deze stroming een volgende hoogtetrog westwaarts over het land
en deze is op 300 hPa wel eveneens duidelijk te zien.

MODELBEOORDELING:
Deze nacht enkele zwakke buiensignalen in sommige modellen, vooral boven
het noorden van het land, schijnbaar door aanwezigheid zwakke
thetaw-rug. De passage van de hoogterug lijkt de buiigheid te
onderdrukken. De meeste modellen houden het tot het einde van
zondagochtend zo goed als droog. Vanaf het einde van de ochtend dan
toenemende neerslagsignalen van het (zuid)oosten uit. Grootste kans op
onweer van betekenis is zondag voor de zuidelijke helft en dan met name
het zuidoosten, zie GLAMEPS en ook CAPE en INDECS.
De St/mist in het uiterste zuidwesten van de FIR boven de Noordzee zit
slecht in de modellen, Harmonie heeft een gebied met mist, maar dan veel
te veel. Hirlam 1/8 bieden meer houvast, howel het in het noorden van de
FIR net wat minder vochtig is in werkelijkheid. Verder advectief een
gebied met Stratus vanaf de Oostzee, alle modellen geven duidelijk dit
signaal.
Maandag in de nacht en ochtend sterk toenemende buiigheid op nadering
van de bovenluchttrog: veel CAPE, sterke forcering.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Bij buien worden geen zware windstoten berekend. Weinig wind op hoogte
en vrij vochtige profielen. Harmonie komt niet of nauwelijks verder dan
30 kn. Sterkste bijdrage zou dan door precipitation loading moeten
komen. In de loop van zondag een sterk toenemende drukgradiënt boven de
zuidelijke Noordzee met name. Waarschijnlijk 6-7 Bft dan, maandagochtend
in Hirlam zelfs 8 Bft voor de zuidelijke kustdistricten buitengaats. Is
nu de extreemste oplossing, waarschijnlijker is 7 Bft.

BEWOLKING:
Actueel nauwelijks bewolking boven land. In het zuidwesten van de FIR op
de Noordzee St/mist en aanhoudende kans op aanmaak hiervan. Verder
(vroeg) deze ochtend in het Waddengebied advectieve St en mogelijk zelfs
mist vanuit het oosten. In de loop van zondag meer bewolking van het
zuidoosten uit, mengeling van convectief en stratiform. Convectie vanaf
de grond lijkt zondag alleen in het zuiden en (zuid)oosten
waarschijnlijk, zie SBCAPE/SBCIN. In de loop van de nacht naar maandag
en maandagochtend sterk toenemende St-kansen van het oosten uit,
samenhangend met de lagedrukkern die passeert, gevuld met vochtige
lucht.


NEERSLAG:
Opvallend is dat op zondag de significante CAPE beperkt is tot min of
meer de zuidelijke helft van het land. Dit zien we ook terug in INDECS
en uiteraard de progtemps. Verder naar het noorden lijkt wat warmte op
hoogte voor lagere buientoppen te zorgen. Effectieve windschering ca. 25
kn, dus multicells. MUCAPE maximaal 1000-1500 J/kg in het zuidoosten. De
toppen van de Cb's lijken in het zuidoosten wel wat hoger te komen dan
op zaterdag, mogelijk tot FL380. In de noord(west)elijke helft van het
land komt de MUCAPE niet boven enkele honderden J/kg uit. Extra aandacht
gaat uit naar mogelijk zwaarder onweer op maandag in de nanacht en
ochtend, in het noordoosten en oosten. Om 06 UTC zien we CAPE*SHEAR
waarden van > 60, MUCAPE-waarden hierbij van 1500-2000 J/kg. CB-toppen
in het noordoosten dan tot ca. FL400.

ZICHT:
Vannacht vooral in het westen nevel, mogelijk een mistbank in vooral het
zuidwesten (geowind rond 15 kn). Verder in het uiterste zuidwesten van
de FIR voorlopig kans op mist. In buien kan het zicht lokaal sterk
teruglopen.

TEMPERATUUR:
Vandaag wat minder warm dan gisteren door de vele bewolking, ondanks dat
er ook nog iets warmere lucht aangevoerd wordt. Harmonie zit te laag
vanwege de vele lage bewolking die het model berekent.



Paraaf meteoroloog: haklande
Bron: KNMI