Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot donderdag 05 april 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op woensdag 04 april 2018 om 10.27 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Aan de oostzijde van een lagedrukgebied boven Engeland bevinden we ons
in een zuidelijke stroming, waarin een golvend koufront en enkele
troggen ons weerbeeld zullen bepalen. Een golf in dit koufront bevindt
zich momenteel boven het zuidoosten van ons land en trekt vanmiddag
noordwaarts waarna we aan de koude kant van het front blijven. Een
eerste kortgolvige (bovenlucht)trog bereikt spoedig het zuidwesten en
trekt vanmiddag noordoostwaarts over het land. Vanavond passeert er
vervolgens een tweede kortgolvige bovenluchttrog van zuidwest naar
noordoost. Ondertussen verplaatst het laag zich al opvullend
noordoostwaarts en bereikt de Noordzee morgenochtend als een scherpe
trog. De bijbehorende bovenluchttrog en ingedraaide occlusie trekken
morgenochtend en in de eerste helft van de middag van west naar oost
over het land. Daarachter komen we onder invloed van een sterk
opbouwende uitloper van het Azorenhoog, waarvan de rugas in de nacht
naar vrijdag boven onze omgeving komt te liggen.

MODELBEOORDELING:
De grootste verschillen zijn er voor vandaag in de details op
synoptische schaal en in het resulterende convectieve neerslagpatroon en
de bijbehorende randverschijnselen. Er lijken twee scenario's mogelijk
waarbij EC en HIR een gebied met buiige regen laten ontstaan op de
eerste trog boven het noorden van Frankrijk en België en deze vanmiddag
al intensiverend noordwaarts over het land laten verplaatsen. De
Harmonies missen dit grotendeels en laten in de loop van de middag in
combinatie met de dagelijkse gang op de trog georganiseerde onweersbuien
ontstaan vanaf de grond, met (zware) windstoten tot gevolg en een kans
op zomerse hagel. Aangezien er in werkelijkheid veel bewolking en ook al
wat buiige regen aanwezig is in de aanvoerrichting en de vorming van
losse buien in opklaringen momenteel vrij twijfelachtig is geworden,
zetten we voorlopig in op het EC/HIR-scenario. In de grenslaag zijn er
ook nog wel verschillen aan te merken. Actueel vinden we in het noorden
van de FIR nog lokaal nevel, mist en lage stratus, waarvoor alle
modellen m.u.v. EC ook een signaal hebben. H36 echter heeft op te
uitgebreide schaal mistvelden en is wat dat betreft minder bruikbaar. De
Harmonies laten vanavond en vannacht opnieuw lokaal mist ontstaan boven
de Noordzee, zelfs de noordelijke kustdistricten, maar daar gaan we
voorlopig nog niet van uit.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vandaag overdag sterk afhankelijk van de convectie, waarbij de Harmonies
bij de onweersbuien windstoten tot lokaal 41 kn laten zien (combinatie
waterloading en uitwisseling). EC en HIR kunnen deze niet als zodanig
berekenen maar hebben wel een kortdurende windtoename op de steeds
scherper wordende trog. Daar gaan we dan ook vanuit maar zetten voor de
windstoten voorlopig niet hoger in dan 30-35 kn. Wat betreft het
windveld aan de zuidwestflank van het laag zijn de modellen nu
consistent in een 7 Bft en plaatselijk 8 Bft, ook als zodanig uitgezet.


BEWOLKING:
Rommelig wolkenpatroon met zowel SC, CU, CB's en ook hogere frontale
bewolking, zowel in de modeluitvoer als in werkelijkheid. De locatie en
uitgebreidheid van de opklaringen en de invloed daarvan op de instraling
en opwarming blijft daarmee sterk wisselen, iets dat zich in de
Harmonies duidelijk vertaalt in het wisselen van het zwaartepunt van de
onweersbuien die in deze modellen ontstaan boven onze omgeving. Dit
blijft een aandachtspunt, aangezien meer instraling en meer opwarming
dus kan leiden tot meer en hevigere convectie. Bij de (ingebedde) buien
gaan we uit van CB's met toppen tot maximaal FL300. Bij de tweede trog
(ingebedde) CB's tot FL200-250. Verder blijft de mogelijke lokale
stratus boven de Noordzee een aandachtspunt. Bij de ingedraaide occlusie
vannacht en morgen overdag in alle modellen stratus, vooral boven zee en
de kustgebieden. H36 lijkt te zwaar aangezet.

NEERSLAG:
Zie modelbeoordeling. Convectiemodus bij de eerste trog
vanmiddag/vanavond multicell met rond 40 kn schering en een CAPE van
400-700 J/Kg. De onstabiliteitsdiepte is meer dan voldoende voor onweer
in de ingebedde buien en buiige regen. De meeste activiteit verwachten
we in het noorden en noordoosten, aangezien het buiengebied daar de
meeste tijd heeft gehad om te profiteren van de dynamische forcering en
de dagelijkse gang. In de Harmonies is de CAPE wat hoger en is de kans
op hagel ook duidelijk aanwezig maar die kans schatten we voorlopig dus
niet zo hoog in. Ook bij de tweede trog nog een kleine kans op onweer.

ZICHT:
Goed, in buien matig/slecht, behalve in het noorden van de FIR waar
lokaal nog nevel en mist voorkomt. Het noorden van de FIR blijft dus
gevoelig voor slechtere zichten, zie modelbeoordeling. Bij de occlusie
vannacht en morgenochtend vooral boven zee afnemende zichten, mogelijk
ook in de kustgebieden.

TEMPERATUUR:
Tx in de modellen duidelijk afhankelijk van de bewolking en neerslag en
komt redelijk overeen met de actualiteit. Voor de Tx wel bruikbaar, de
timing is echter onzeker. Aandachtspunt zijn de Tmin van de nacht naar
vrijdag die landinwaarts rond of net onder nul uit zouden kunnen komen.
Er lijkt daarbij ook een kleine kans op lokaal Tweg onder nul maar het
wegdek zou in de loop van middag/avond overal op moeten drogen waardoor
we voorlopig toch niet uitgaan van gladheid.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI