Guidance modelbeoordeling voor Nederland

03-04-2018 10:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot woensdag 04 april 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op dinsdag 03 april 2018 om 11.03 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een laag ten zuidwesten van Ierland heeft een scherpe trog tot boven
Groot-Brittanniƫ waarin zich aan de grond meerdere kernen van lagedruk
bevinden. Onze aandachtsomgeving bevindt zich aan de zuidoostzijde van
deze trog waarin met een zuidelijke stroming maritiem tropische lucht
wordt aangevoerd. Het laag verplaatst zich gedurende de periode
geleidelijk opvullend noordoostwaarts. Bijbehorend warmtefront ligt
inmiddels ten noorden van de FIR. Bijbehorend koufront ligt boven het
westen van Frankrijk en Engeland en trekt inclusief een golf vanavond
van zuidwest naar noordoost over het land. Een trog die daar momenteel
nog vlak achter ligt is er dan inmiddels op ingelopen. Vannacht passeert
er vervolgens een kortgolvige trekrug, waarna morgen in de loop van de
nacht de stroming steeds cyclonaler wordt op nadering van het naderend
laag. Dit laag komt morgenmiddag boven Engeland terecht en trekt
vervolgens al opvullend verder naar de Noordzee in de nacht naar
donderdag. In de bovenlucht blijft er een kortgolvige trog over met vrij
koude lucht (-27 graden Celsius op 500 hPa) die morgenavond van zuidwest
naar noordoost het land passeert. Een volgende bovenluchttrog in de
nacht naar donderdag het westen.

MODELBEOORDELING:
Synoptisch gezien zijn de modellen consistent, waardoor de eventuele
verschillen vooral het gevolg zijn van het convectieve karakter van het
neerslagpatroon. De Harmonies komen met actieve georganiseerde convectie
op en nabij het koufront, terwijl HIR en EC meer een band met actieve
buiige regen laten zien, iets dat vooral te maken heeft met de
beperkingen en eigenschappen van de verschillende modellen. We gaan in
ieder geval uit van een sterk convectief karakter, waarbij we het meest
actieve scenario van H36 voorlopig als mogelijke bovengrens aanhouden
maar niet als meest waarschijnlijke scenario. Dit houdt voor de
bijbehorende windstoten in dat we ook hier gaan voor een middenweg. Ook
in de grenslaag zijn nog wel enkele kleine verschillen aan te merken,
met name voor vannacht en morgen overdag boven de Noordzee. H36 laat in
de nog altijd vochtige lucht boven het koude zeewater vannacht al lokaal
mist ontstaan boven de Noordzee en deze ook geleidelijk uitbreiden,
terwijl H40 en HIR dit pas morgenochtend laten zien. Aangezien H36 ook
op dit moment iets teveel stratus heeft boven het noorden van de FIR
gaan we voorlopig uit van het H40/HI-scenario.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Voor vandaag zijn windstoten bij buien het aandachtspunt, waarbij H36
bij de meest actieve buien ook duidelijk de zwaarste windstoten laat
zien met lokaal nog 40 kn. De andere modellen komen slechts tot 30-35
kn. We gaan voorlopig uit van een middenweg met maximaal 35 kn bij de
meest actieve buien. Morgen geleidelijk meer wind door de toenemende
gradient, met in alle modellen een 6 Bft en in de Harmonies een 7 Bft
boven de kustdistricten zuid van het laag. West van het laag
donderdagochtend 06 UTC in alle modellen consistent een 8 Bft. Morgen
bij buien ook wel weer windstoten, maar minder nadrukkelijk dan vandaag.


BEWOLKING:
Modeluitvoer zit er actueel heel aardig op en het patroon is consistent
en bruikbaar voor de rest van de periode. Het aandachtspunt is de
vorming van mist en lage stratus boven de Noordzee vannacht en
morgenochtend, zie de modelbeoordeling. Bij buien vanmiddag, vanavond en
morgen overdag CB's tot FL270. Nabij het laag in de nacht naar donderdag
sterk toenemende kans op ST, consistent in de modeluitvoer.

NEERSLAG:
Zie de modelbeoordeling. CAPE vanmiddag en vanavond overwegend tussen de
200 en 400 J/kg, lokaal 400 en 700 J/kg, bij een effectieve schering van
circa 25 kn. Dit resulteert in de convectiemodus multicell, met
lijnforcering (enige convergentie in de grenslaag, hoogtetrog.) Gezien
de onstabiliteitsdiepte duidelijk kans op hagel en onweer. Morgen
overdag is er aanzienlijk meer CAPE, met 400-700 J/kg in het westen tot
1000-1500 J/kg in het oosten en blijft de schering in dezelfde orde van
grootte, met dus opnieuw multicells en kans op onweer, hagel en
windstoten.

ZICHT:
Modeluitvoer zit er actueel heel aardig op met als enige aandachtspunten
de vorming van mist boven de Noordzee vannacht en morgenochtend, zie de
modelbeoordeling, en de kans op de vorming van een mistbank vannacht in
het noordoosten van het land waarvoor de modellen aanvankelijk ook een
signaal hadden. Deze kans lijkt te worden afgebouwd maar is vooralsnog
wel opgenomen in de verwachtingen. De in de rug tijdelijk sterk
afnemende wind in combinatie van opklaringen liggen hieraan ten
grondslag.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI