Guidance modelbeoordeling voor Nederland

11-03-2018 00:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 12 maart 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 11 maart 2018 om 00.45 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Aan de oostzijde van een sturend laag ten zuidwesten van Ierland bevindt
onze omgeving zich in een zuidelijke stroming. We bevinden ons in
maritiem tropische lucht. Zondagmorgen trekt er een golf in het
koufront over de Noordzee noordwaarts. Boven de Noordzee ontstaat er bij
de golftop een klein laag. Het koufront zelf trekt in de middag
noordoostwaarts over het land. De lucht wordt na koufrontpassage
weliswaar een fractie droger, maar de dauwpunten blijven aan de hoge
kant. In de loop van zondagavond neemt de onstabiliteit in het
zuidwesten op passage van een zwakke hoogtetrog tijdelijk toe. Het
eerder genoemde sturende laag trekt maandag door Het Kanaal oostwaarts
en bereikt het Nauw van Calais maandagmiddag. Tussen dit laag en het
laag boven de Noordzee bevindt ons land zich in een gebied met weinig
gradient. Maandag trekt de lagedrukkern naar het NW van Belgiƫ.

MODELBEOORDELING:
De verschillen ten aanzien van de timing van de golf zijn beperkt,
alleen in de Hir uitvoer komt de kern enkele uren later. Ook qua baan
zijn de verschillen beperkt: net over het uiterste zuidwesten of net
iets westelijker trekt de golf noordwaarts. Wel diept de kern in de
Harmonie38 uitvoer sterker uit dan in de rest. We zien wel verschillen
in de ontwikkelingen boven met name het vasteland. De convectie is het
sterkst aanwezig in de Harmonie38 uitvoer en Hirlam en Harmonie laten
daar op dagelijkse gang enkele (ondiepe) buien ontstaan, andere modellen
niet of nauwelijks. Het staat of valt met de instraling waardoor een
inversie overwonnen kan worden. Onzekere factor dus.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Bij het kleinschalige laag zondagmiddag en avond uiteraard de meeste
wind in de Harmonie38 uitvoer, 5-6 Bft. Vooralsnog houden we het op 4,
mogelijk 5 Bft.

BEWOLKING:
Belangrijkste aandachtspunt is de ontwikkeling van stratus/mist in de
westelijke provincies en vooral boven zee. In alle uitvoer is een
duidelijk signaal aanwezig, maar actueel zit er al meer dan in welke
uitvoer dan ook. De dauwpunten liggen aanzienlijk hoger dan de
zeewatertemperatuur dus mist/ST is realistisch. Landinwaarts zijn de
SC-velden onbetrouwbaar, in opklaringen mist. Bij de golf mogelijk
enkele verscholen CB's, toppen tot FL150-200. Op nadering van de
bovenluchttrog vooral in het zuidwesten enkele (georganiseerde) CB's,
toppen maximaal FL300. Ook maandag blijven met name de kustgebieden
gevoelig voor stratus en mist.

NEERSLAG:
De neerslag bij de golf zit in de div. uitvoer en ligt actueel (21 UTC)
al wat noordelijker. De verscholen buien die zich vooral aan de noord-
en westkant van de golf bevinden lijken voornamelijk ten westen van
Nederland langs te gaan (convectie vanaf ongeveer 850 hPa) maar zijn
vooral voor het westelijk kustgebied wel een aandachtspunt. CAPE is
gering, hooguit 200-300 J/kg, effectieve schering is ook niet meer dan
20 kt. Ook voorafgaand aan de golf een zwak signaal in de div. uitvoer
voor lichte buiige neerslag. Zit er actueel ook. Dit wordt gevoed door
een WA-maximum rond 850 hPa. De convectieve activiteit zondagavond (bij
de trog) is verder afgenomen. Het lijkt ondanks 400-700 J/kg Cape (in
het ZW) weinig voor te stellen. Maandag verspreid enkele buien, nadruk
lijkt op het Z en W te liggen.

ZICHT:
De kustgebieden blijven de gehele periode gevoelig voor mist van zee.
Hetzelfde geldt voor de gebieden rond het IJsselmeer/Waddeneilanden en
stroomafwaarts van de plassen in het westen en noorden. In opklaringen
(onzekere factor) zowel deze nacht als de nacht naar maandag (in de div
uitvoer vooral de N-helft) stralingsmist.

TEMPERATUUR:
In de nachten wordt de Tn vooral bepaald door de aanwezigheid van
opklaringen en de vorming van mist. Voor morgenmiddag lopen de
temperaturen wat meer uiteen als gevolg van de timingsverschillen in de
passage van het koufront. Tweg beneden het vriespunt en eventuele
gladheid worden niet verwacht.



Paraaf meteoroloog: huiskamp
Bron: KNMI