Guidance modelbeoordeling voor Nederland

22-02-2018 05:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 23 februari 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 22 februari 2018 om 04.52 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een omvangrijk hogedrukgebied strekt zich uit van de Noorse Zee tot aan
de Baltische Staten. Het zwaartepunt verplaatst zich geleidelijk van
Scandinavie richting noordoost-Europa. Aan de zuidflank voert een oost-
tot noordoostelijke stroming geleidelijk steeds drogere en koudere
continentaal polaire lucht aan. Een zwakke occlusie die een zone met
hogere dauwpunten boven Denemarken markeert, beweegt in de loop van dag
retrograad en bereikt donderdagavond het noordoosten van het land.
Hierdoor wordt daar tijdelijk vochtigere lucht vanaf zee aangevoerd.
Vrijdagochtend verlaten de spoedig oplossende restanten van deze vore
het noordwesten van ons aandachtsgebied, waarna opnieuw drogere
continentale lucht wordt aangevoerd.

MODELBEOORDELING:
Synoptisch gezien zijn de modellen consistent te noemen, waarbij de
positie en timing van de zwakke occlusie goed overeenkomt. Deze is ook
duidelijk te zien op de satellietbeelden en in de dauwpunten. Wel
opvallend is het huidige neerslagsignaal op de radar bij de SC-velden
die vanaf de Duitse Bocht het noorden binnentrekken. In tegenstelling
tot wat de modellen laten zien is deze lokaal dicht genoeg voor wat
lichte neerslag, iets dat ook is eerder vannacht waargenomen in het
uiterste noordwesten Duitsland, Denemarken en boven de Duitse Bocht.
Meer verschillen zijn te vinden in de grenslaag, waarbij met name H36
maar in mindere mate ook H38 nog steeds het vochtigst zijn onderin en
sterke signalen hebben voor mist en lage stratus. EC is beduidend minder
vochtig en HIR ligt daar ergens tussenin. Beide hebben actueel geen mist
of stratus. De dauwpunten liggen actueel tussen de verschillende
modellen in maar dichter bij EC. Dit beeld houden we dan ook aan voor
vandaag en morgen, ook omdat er deze nacht geen stratus of mist is
waargenomen. Met het binnenlopen van de zwakke vore en bijbehorende
vochtigere lucht worden de verschillen groter, waarbij beide Harmonies
wederom een duidelijk veel sterker signaal hebben voor mist en stratus
in het noorden.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vanaf later vanavond mogelijk een krappe 6 Bft in de zuidwestelijke
kustdistricten, dit staat uit als kans. Morgenavond op uitgebreidere
schaal in de westelijke kustdistricten.

BEWOLKING:
Zie modelbeoordeling. H36 heeft een gebied met mist en lage stratus
boven de Noordzee die in werkelijkheid er niet is. H38 heeft een
mistgebied laten ontstaan boven het westen van Duitsland, waar actueel
wel nevel en lage stratus wordt waargenomen, maar laat deze het oosten
(als oplossende mist/stratus) niet meer bereiken. De status/oplossende
mist in H36 (en H38) boven onze FIR honoreren we dus niet. Aandachtspunt
is verder de aanvoer van oplossende velden SC actueel boven de
noordelijke helft, die lokaal dus dik genoeg blijken te zijn voor wat
lichte winterse neerslag. Beide Harmonies en ook HIR hebben laten deze
bewolking het noordoosten nauwelijks bereiken, EC laat een realistischer
beeld zien. De laag is in werkelijkheid dus echter dikker dan de
modellen doen vermoeden. Een ander aandachtspunt zijn dan de bewolking
bij de occlusie en de bijbehorende wolkenbasis. H36 en iets later ook
H38 laten een gebied met mist/stratus vanaf Denemarken via de Duitse
Bocht de noordelijke helft van het land binnenlopen. Deze stratus is
inmiddels ook ontstaan in dit gebied. HIR en EC hebben bij de occlusie
alleen (lage) SC-bewolking en een gering signaal voor lokaal stratus.
Voorlopig gaan we ook hierbij uit van het HIR/EC-scenario met overwegend
SC-bewolking en lokaal mogelijk ST. Bij opklaringen in de vochtigere
lucht in het noorden is bij een doorstaande stroming vorming van
(turbulentie)stratus niet geheel uitgesloten, iets waar EC en HIR dus
ook een signaal voor hebben.

NEERSLAG:
Op dit moment wordt er (natte) sneeuw waargenomen onder de SC-velden in
het noordwesten van Duitsland, Denemarken en boven de Duitse Bocht. Dit
wordt volledig gemist in de verschillende modellen. Aangezien deze
velden het noorden zullen aandoen vandaag, gaan we daar nu ook uit van
een vlok (mot) sneeuw. Verder komen eigenlijk alle modelruns met een
licht neerslagsignaal bij de occlusie uit een iets dikker SC-pakket, dit
lijkt realistisch aangezien er op dit moment dus ook al lichte neerslag
wordt waargenomen. Dit zal dan lichte natte (mot)sneeuw zijn, met de
nadruk boven de Noordzee maar wellicht dus ook lokaal boven het noorden
van het land. Inmiddels hebben we de lichte (natte) motsneeuw voor
vandaag en de nacht naar vrijdag in de verwachtingen opgenomen.

ZICHT:
Zie modelbeoordeling. De mistgebieden in beide Harmonies boven onze FIR
honoreren we niet. Er is ook geen mist waargenomen, vooralsnog ook zelfs
geen nevel. Morgen overdag wordt het zicht weer overwegend goed. In de
nacht naar vrijdag vooral in de noordelijke helft meer kans op nevel, in
het (uiterste) noorden, in de aanvankelijk nog vochtigere lucht in
opklaringen mogelijk een enkele mistbank.

TEMPERATUUR:
De Harmonies zijn opnieuw te koud in de nachten, een tot twee graden
lager dan HIR en EC. Ook op dit moment ligt de waarheid het dichtst bij
HIR/EC. Voor de komende uren en de nacht naar vrijdag volgen we dan ook
HIR en EC voor wat betreft de Tmin. Tmax consistent in de modellen.
Onder wolkenvelden wordt de vorst in het noorden in alle modellen
enigszins getemperd, dit lijkt realistisch.



Paraaf meteoroloog: wijs
Bron: KNMI