Guidance modelbeoordeling voor Nederland

08-02-2018 01:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 18 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 09 februari 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 08 februari 2018 om 01.07 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een aflandige wind voert onderin de atmosfeer koude, droge lucht aan.
Vlak voor de kust ligt (00 UTC) in een scherpe NO-ZW georienteerde vore
een zwakke occlusie. Deze occlusie wordt verzwakt door een diffluent
stromingspatroon in de onderste 1500 m. Achter de occlusie bevindt zich
minder koude lucht. Deze glijdt over een koude plaklaag heen, die
voorlopig nog niet verdreven wordt. De occlusie komt aan de grond niet
door en verpietert overdag. Boven het noordwesten van de FIR ligt een
inactief (hoogte)warmtefront, gevolgd door een actievere occlusie die
erop inloopt. De neerslag van de tweede occlusie bereikt in de loop van
vrijdagochtend de westkust en trekt langzaam en in betekenis afnemend
dieper landinwaarts. De frontale trog ligt vrijdagavond pas boven het
(uiterste) westen van het land, waardoor dieper landinwaarts de stroming
gekrompen blijft en de koude lucht aanwezig blijft.

MODELBEOORDELING:
Aandachtspunten zijn de lichtje buien bij de eerste occlusie en de
neerslag(soort) bij de tweede occlusie op vrijdag. Vannacht en in de
ochtend kan een enkele lichte (natte) sneeuwbui de kust op trekken, met
name Ha36 laat een realistisch scenario zien. De neerslagsoort lijkt
sneeuw te zijn met toppen die actueel tot onder -10 C reiken, toch is
onderkoelde motregen (zonder smeltlaag) niet helemaal uit te sluiten in
dit soort situaties. Met name dit laatste zou heel lokaal tot gladheid
kunnen leiden. Vrijdag lijkt de neerslagsoort met enige zekerheid sneeuw
te zijn. De modellen zijn hier consistent in, al is de positie van de
frontale trog wel onzeker. Ha36 berekent een wat grotere vloeibare
fractie. Enige accumulatie lijkt wel mogelijk, al laat Ha36 de
wegdektemperaturen razendsnel oplopen overdag. Dit heeft waarschijnlijk
te maken met het missen van bewolking (wolkenwater tussen 0 en -20).
Intensiteiten zijn wel laag, mogelijk zijn de temperaturen onderin
(vooral in het oosten met eerst wat zon) toch al wat te ver opgelopen
voor droge sneeuw. Overigens is er momenteel meer bewolking aanwezig dan
de modellen (verschil in Ha36 is markant: mist wolkenwater), waardoor de
minima in de westelijke helft beduidend hoger uitvallen. Representatie
van de grenslaagbewolking bij de tweede occlusie ziet er behoorlijk
verschillend uit. We neigen hierbij naar het beeld van Ha36, lage
St-bewolking lijkt in dit soort situaties waarschijnlijk.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vrijdag op nadering van de tweede occlusie 6-7 Bft buitengaats, achter
de frontale trog zou een NW 6 Bft op de kust kunnen komen te staan.

BEWOLKING:
Bij de eerste occlusie Sc en zeer lokaal St (overigens actueel lokaal
wat flarden boven zee). Tevens een enkele geisoleerde (ingebedde) Tcu/Cb
toppen FL080-100/-12C. Vrijdag een dik frontaal pakket bij de tweede
occlusie met grote kans op lage St-bewolking.

NEERSLAG:
Bij de occlusie lichte buitjes, boven zee regen, langs de kust (natte)
sneeuw. Toppen van de (convectieve) bewolking lijkt met -10 graden of
lager koud genoeg voor aanmaak van sneeuw. Boven land blijft er weinig
meer van over, maar een zeer klein signaal blijft in sommige
modellen/runs bestaan. Begin van de ochtend zien we wel even een dunne
smeltlaag (nattebol lokaal rond 1 graad boven nul), maar de vraag is of
er dan nog wel neerslag valt. Mocht dat het geval zijn, dan is de
neerslag mogelijk deels vloeibaar en is er kans op bevriezing in het
uiterste westen. De neerslag bij de tweede occlusie lijkt als sneeuw te
gaan vallen, mogelijk met kleine accumulaties (1-2 cm in de westelijke
helft). In het oosten zou de temperatuur al zodanig kunnen zijn
opgelopen dat het bij natte sneeuw blijft. In het westen zou de neerslag
later bij de frontale vore (wind draait naar noordwest) over kunnen gaan
in regen.


ZICHT:
De aangevoerde lucht is niet al te schoon, met name in het noordoosten
komt nevel/grondmist voor (daar ook de minste wind). Overdag vrijwel
overal goede zichten. Vrijdag in sneeuw matig tot slecht.

TEMPERATUUR:
In het oosten vannacht matige vorst, zeer lokaal (vooral boven sneeuw in
Limburg) strenge vorst. Minima in de westelijke helft dus beduidend
hoger dan de modellen. In de westelijke kustprovincies nauwelijks vorst
onder het wolkendek. Overdag enkele graden boven het vriespunt.
Vrijdagochtend is de natteboltemperatuur overal waarschijnlijk nog onder
nul als de neerslag begint. Vrijdagavond lijkt het landinwaarts (nog
altijd gekrompen wind) weer (licht) te gaan vriezen, gladheidskansen
nemen dan sterk toe als er wat (natte) sneeuw is gevallen die deels
gesmolten is.



Paraaf meteoroloog: aberson
Bron: KNMI