Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot donderdag 08 februari 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op woensdag 07 februari 2018 om 18.30 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een scherpe NNO-ZZW georienteerde hoogtetrog (500 hPa) ligt 18 UTC voor
de kust en verlaat rond donderdag 00 UTC het zuidoosten. Een zwakke
occlusie ligt eveneens boven de Noordzee. Deze occlusie wordt verzwakt
door een diffluent stromingspatroon in de onderste 1500 m. Achter de
occlusie bevindt zich minder koude lucht. Deze glijdt over een koude
plaklaag heen, die nog niet verdreven wordt. De wind blijft sterk
gekrompen en de occlusie komt aan de grond eigenlijk niet door. Na
passage van de hoogtetrog komt er een ZW-NO georienteerde hoogterug
boven ons land te liggen. Een occlusie, behorend bij een sturend laag
nabij IJsland, trekt intussen oostwaarts en ligt vrijdag 06 UTC van
Zuid-Noorwegen naar Engeland. Vervolgens trekt dit systeem, door het
krimpen van de stroming, maar heel langzaam en in betekenis afnemend
verder oostwaarts.

MODELBEOORDELING:
Belangrijkste aandachtspunt is het occlusiefront. Alle modellen laten de
occlusie verpieteren, maar mocht er toch neerslag uit gaan vallen dan
kan dat lokaal gladheid opleveren. Juist ook de lichte intensiteiten
(mits geen sneeuw) zijn het worst case-scenario. De signalen zijn
minimaal boven land, lijkt gezien de opbouw vooral om lichte sneeuw te
gaan. In de grenslaag lijkt met name Harmonie36 weer met heel veel
advectieve stratus te komen.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
De wind draait vannacht naar zuid en blijft dan gekrompen, waardoor de
koude plaklaag blijft. Alleen aan zee kan donderdagmiddag de wind
tijdelijk zuidwestelijk worden. Achter de eerste occlusie en oost van de
tweede occlusie vanavond boven Viking en Fladengronden, 7 Bft. Vrijdag
op nadering van het front 6-7 Bft buitengaats.

BEWOLKING:
Bij de eerste occlusie Sc en zeer lokaal St (overigens actueel lokaal
ook al boven zee). Ook een ingebedde Tcu/Cb is boven komt voor, toppen
FL070/-10C, mogelijk FL120/-15C. Vrijdag een dik frontaal pakket met
grote kans op St.

NEERSLAG:
Bij de occlusie boven zee regen, mogelijk met natte sneeuw. Toppen van
de (convectieve) bewolking lijkt met -10 graden of lager koud genoeg
voor aanmaak van sneeuw. Boven land blijft er weinig meer van over, maar
een zeer klein signaal blijft in sommige modellen/runs bestaan. Met de
sterk gekrompen stroming is er bovendien tot ca. 05 UTC geen smeltlaag
te zien en lijkt het dus vooral om lichte sneeuw te gaan in de
kustprovincies. NESO bevestigt dat. Begin van de ochtend zien we wel
even een dunne smeltlaag (nattebol lokaal rond 1 graad boven nul), maar
de vraag is of er dan nog wel neerslag valt. Mocht dat het geval zijn,
dan is de neerslag mogelijk deels vloeibaar en is er kans op bevriezing
in het uiterste westen.
De neerslag van vrijdag overdag is aanvankelijk soms matig en kijkend
naar de temps begint deze als sneeuw.

ZICHT:
In de loop van de nacht lopen de dauwpunten op en met name bij de zwakke
occlusie kan het zicht dan in het noordwesten mogelijk wat teruglopen.

TEMPERATUUR:
Vannacht kan het in het zuidoosten wel vrij koud worden, aangezien daar
gisteren sneeuw gevallen is en het daar vandaag gaat opklaren. Daar rond
-8. Overdag enkele graden boven het vriespunt. Vrijdagochtend is de
natteboltemperatuur overal waarschijnlijk nog onder nul als de neerslag
begint.



Paraaf meteoroloog: buscher
Bron: KNMI