Guidance modelbeoordeling voor Nederland

19-01-2018 17:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zaterdag 20 januari 2018 24.00 locale tijd

Opgesteld op vrijdag 19 januari 2018 om 16.53 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Aan de zuidflank van een sturend lagedrukgebied tussen IJsland en
Schotland staat er in ons aandachtsgebied een westelijke stroming,
waarin op enige hoogte de lucht geleidelijk kouder wordt. Aan het begin
van de avond passeert een hoogtetrog met de koudste bovenlucht (T500=
-39°C) ons land. Na passage hiervan nemen de buien in aantal en
activiteit af. Vannacht en zaterdag in de vroege ochtend trekt nog een
zwakke trog, mogelijk met een apart laagje, noord van de Wadden langs.
Zaterdag overdag trekt een golf in het polaire front met bijbehorend
laagje over het uiterste noorden van Frankrijk oostwaarts. Vooral het
zuiden krijgt hiermee te maken in de vorm van (winterse) neerslag.
Gelijktijdig verplaatst een volgend laagje zich van de noordelijke
Noordzee naar de Duitse Bocht en schampt zaterdagavond laat ons
oostelijk deel van de Waddenzee om vervolgens richting Nedersaksen te
trekken. Bijbehorende trog kan zaterdagavond vooral in het noordoosten
weer voor buien met hagel en (natte) sneeuw zorgen.

MODELBEOORDELING:
Wat de grenslaag betreft laat Harmonie te veel St zien steeds. Actueel
(16 UTC) zijn de dauwpunten in West-België in werkelijkheid -1°C
terwijl Harmonie36 daar een paar graden boven zit. EC en Hirlam zijn dan
realistischer en qua St-vorming beter te volgen.
De Franse frontale golf van zaterdag wordt wel wat verschillend
gepositioneerd, wat het nog onzeker maakt in hoever de frontale neerslag
noordwaarts trekt. Waarschijnlijk krijgt de hele zuidelijke helft met de
frontale neerslag te maken en vooral in het zuiden en zuidoosten zal dat
ook hier en daar natte sneeuw zijn. In de Limburgse heuvels kan een
sneeuwdek van enkele centimeters ontstaan als het wat harder
doorsneeuwt.
Verder wat verschillen in de precieze vorm, locatie en timing van de
kleinschalige Noordzeelaagjes van zaterdag. Dit is met name van belang
voor eventuele seinen.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Westelijke kust: seinen 6 Bft. Aan de zuidwestflank van de kleinschalige
Noordzeelaagjes 6 Bft, mogelijk 7 Bft. In de kustgebieden kunnen er met
name bij een trog in de buurt van buien lokaal windstoten 30-35 kn
voorkomen, boven zee mogelijk rond 35 kn.

BEWOLKING:
Sc en Cu bewolking, ook CB's met toppen FL160-220. Bij troggen
geclusterd en i.c.m. winterse neerslag ook reële kansen op
St-bewolking, vooral wat dieper landinwaarts. In het begin van de avond
tijdens passage van de bovenluchttrog op grote schaal toppen tot FL250.
Vannacht kan vooral landinwaarts turbulentiestratus ontstaan bij een
geowind van 25-30 kn, later 20-25 kn. De toppen van de Cb's worden
zaterdag lager ten gevolge van warmte-advectie in de hogere niveaus,
samenhangend met de zuid langstrekkende golf. In het zuiden zaterdag een
pakket gelaagde bewolking vanwege de golf die langs trekt, met grote
kansen op St. Deze St wordt ook in de neerslag gevormd (bij afnemende
wind ook, dus lage bases mogelijk) en in een later stadium gaat ook stuw
een rol spelen voor het uiterste zuidoosten.

NEERSLAG:
Buien, lokaal met natte sneeuw en hagel. NESO-uitvoer laat duidelijke
indicatie voor winterse neerslag zien. Met name de Harmonies laten deze
ontwikkeling zien. Tijdens passage van de hoogtetrog lijkt de kans op
(natte) sneeuw sterk toe te nemen. Dit zou bij hoge intensiteiten lokaal
tot gladheid kunnen leiden. MUCAPE is 200-400 J/kg, boven zee 400-700
J/kg, met een maximum tijdens passage van de hoogtetrog, schering 15-20
kn, multicellen. Neerslagsoort is zaterdag voor het uiterste zuiden een
aandachtspunt. Ten gevolge van doorvallende neerslag neemt in het zuiden
de kans op natte sneeuw toe, in Limburg dan mogelijk droge sneeuw. Bij
afwezigheid van advectie en temperaturen van enkele graden boven nul is
vooral de hoeveelheid neerslag doorslaggevend voor de neerslagsoort. We
zien in de modeluitvoer een duidelijk verband tussen de uurlijkse sommen
en de neerslagsoort.

ZICHT:
Buiten neerslag in het algemeen goed, maar in de nachtperiodes
landinwaarts hier en daar vorming van nevel. In regen matig zicht, in
winterse neerslag slecht.

TEMPERATUUR:
Wegdektemperaturen kunnen in een zware winterse bui snel naar het
vriespunt dalen. Verder komende nacht in het noorden en oosten ook
bevriezingsgladheid. In de nacht naar zondag en zondagochtend lijken de
wegdektemperaturen op uitgebreide schaal onder nul te komen, terwijl er
ook voldoende vocht aanwezig is. De kans op gladheid wordt dan ook
groot.



Paraaf meteoroloog: haklande
Bron: KNMI