Guidance modelbeoordeling voor Nederland

01-12-2017 04:00
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zaterdag 02 december 2017 24.00 locale tijd

Opgesteld op vrijdag 01 december 2017 om 04.43 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een zwakke zuidoost-noordwest georiënteerde vore trekt zuidwestwaarts
over de zuidwestelijke kustdistricten het luchtruim uit. Na passage
wordt de stroming noordoostelijk en neemt vooral op hoogte in kracht
toe. Een west-oost georiënteerde rug van hoge druk bereikt aan het
einde van vrijdagmiddag het noorden van het luchtruim en vrijdagavond
het noorden van het land. Zaterdagochtend passeert de rugas het
zuidoosten, maar blijft vervolgens in de buurt liggen. Een
noordoost-zuidwest georiënteerd warmtefront bereikt zaterdagavond het
noordwesten. Op hoogte gebeurt dit enkele uren eerder dan aan de grond.
Dat is normaal bij een warmtefront, maar vertraagt nu nog meer door de
aanwezigheid van een koude plaklaag. Het warmtefront ligt aan het begin
van de nacht naar zondag pas langs de westkust. Dat de temperatuur op
nadering van het warmtefront langzaam van het westen uit oploopt heeft
dan ook vooral te maken met het dikker worden van de bewolking. Het
opruimen van de koude plaklaag vindt pas plaats zodra de wind aanlandig
wordt.

MODELBEOORDELING:
Voor vandaag is de grenslaag boven land het belangrijkste aandachtspunt.
Hirlam is te droog, EC in mindere mate en Harmonie heeft weer te veel.
In de evolutie zien we dat de modellen de lage bewolking van het
noordoosten uit laten verbeteren, maar dat het moment waarop verschilt.
Harmonie36 heeft actueel boven Noordwest-Duitsland meer stratus dan dat
er daadwerkelijk zit en laat deze stratus het noorden van het land
binnenlopen. Harmonie38 zit er beter op. In combinatie met een
aantrekkende hoogtewind lijkt het verbeterende scenario toch het meest
voor de hand te liggen en wordt actueel ook al waargenomen. Het
belangrijkste aandachtspunt betreft echter zaterdagavond en de
daaropvolgende nacht. Een koude plaklaag in combinatie met een
warmtefront dat daar overheen gaat glijden is meestal een traag proces
en de onzekerheid van het moment waarop de zachtere lucht ook onderin
weet door te dringen zien we al enkele dagen terug in ECEPS. Op dit
moment zien we een verschil van een uur of 3 waarop dat gebeurt (ergens
in de nacht naar zondag). De nieuwste runs laten zien dat er in het
oosten en zuidoosten sneeuw kan gaan vallen, maar dat in een strook aan
de westkant hiervan ook (sociale) ijzel mogelijk is. De
tijd-hoogtediagrammen van de natteboltemperatuur van EC laten ook een
dunne laag op hoogte zien waarin de natteboltemperatuur circa +1/2°C
wordt. De nieuwste run van EC is overigens een stuk warmer dan de vorige
van 12Z, waarbij alleen het zuidoosten nog te maken krijgt met winterse
neerslag.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Actuele seinen verdwijnen met het zuidwaarts trekken van het laag.
Hirlam zit actueel veel te hoog. Op nadering van het warmtefront neemt
de wind toe naar 6 Bft in de noordelijke kustdistricten.

BEWOLKING:
Boven zee Cb's met toppen FL230/270. De tophoogtes worden geleidelijk
lager door warmere bovenluchten. Vooral in het oosten en zuidoosten op
meerdere plekken St. Met het zuidwaarts trekken van het laag komt er een
oostcomponent in de stroming, waardoor de St zich nog wat westelijker
kan uitbreiden. We zien tevens (zowel boven het oosten als boven
Duitsland) gebieden met Sc. Aan het einde van deze nacht gaan de
wolkenbases stijgen van het noordoosten uit. Harmonie36 laat dit het
minste gebeuren, waardoor het oosten en zuidoosten er nog lang mee te
maken houden. Dit scenario kiezen we vooralsnog niet. Zaterdag overdag
gaat de in de nacht daarvoor ontstane mist over in stratus. In Hirlam
lost die bewolking op, maar dat lijkt weer te optimistisch. Van het
noordwesten uit komt er een frontaal wolkenpakket aan en bij het
warmtefront aan de grond vinden we dan de laagste bases (St-niveau).

NEERSLAG:
Boven de Noordzee winterse buien. Een enkele bui kan nog het noordwesten
en zuidwesten schampen. Zaterdagmiddag moeten de meeste buien verdwenen
zijn, maar mogelijk dat enkele restanten op nadering van het warmtefront
het land weer op komen. Overigens zien we lokaal dat de bewolking dik
genoeg is dat er lichte sneeuw uit kan vallen, zoals afgelopen nacht ook
op het KNMI zelf werd waargenomen. De frontale neerslag bereikt
zaterdagmiddag het noordwesten en breidt zich vervolgens uit over met
name het noorden van het land. De hoeveelheden zijn aanvankelijk zeer
gering, maar opglijdingsprocessen willen nog wel eens onderschat worden.
Zaterdagavond intensiveert de neerslag. De EC-progtemps voor EHDB laten
niet alleen een ijsdriehoek zien, maar sowieso een pakket bewolking met
een toptemperatuur van -10°C met daarboven een relatief droge laag
(onderkoelde (mot)regen mogelijk), verder naar het oosten zien we vooral
sneeuwprofielen. De berekende sneeuwhoeveelheden zijn overigens klein.

ZICHT:
Op veel plaatsen mist, aan het einde van de nacht van het noordoosten
uit verbeterend. Vrijdagavond ontstaat er opnieuw (aanvriezende) mist,
die er zaterdagochtend lang over doet om weer op te lossen. Verder
uiteraard matige tot slechte zichten in buien en slechte zichten in
sneeuw.

TEMPERATUUR:
Vannacht op veel plaatsen lichte vorst. Zaterdag nog lagere minima,
mogelijk lokaal matige vorst. Zaterdag overdag stijgt het kwik moeizaam.
In Hirlam nog het snelst omdat daar de mist niet langdurig overgaat in
stratus. Deze voorgeschiedenis gaat nog belangrijk zijn voor de kans op
gladheid gedurende zaterdagavond en de daaropvolgende nacht. In EC en
Harmonie zijn er namelijk gebieden (ruwweg Overijssel-West-Brabant) waar
de temperatuur mogelijk niet boven nul komt en dus ook nog in de vorst
zit op het moment dat de frontale neerslag daar binnenkomt.



Paraaf meteoroloog: zwagers
Bron: KNMI