Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot maandag 09 oktober 2017 24.00 locale tijd

Opgesteld op zondag 08 oktober 2017 om 04.42 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een noordwestelijke stroming voert vrij vochtige maritiem polaire lucht
aan. Een NW-ZO georienteerde occlusie lag om 03 UTC boven het
Waddengebied en na passage wordt aanzienlijk drogere lucht aangevoerd
(Td circa 6 C). De occlusie trekt langzaam zuidwaarts maar blijft
vanmiddag en vanavond boven het zuid(west)en slepen. Vanaf vanavond
trekt dit systeem in een iets gekrompen stroming (passage zwakke rug)
langzaam weer oostwaarts over het land. Maandagmiddag is het gehele land
dan weer terechtgekomen in de vochtige lucht (Td rond 11 C). In deze
lucht bevinden zich zwakke frontale restanten die moeilijk te analyseren
zijn. Een dergelijk frontrestant lijkt maandag overdag vooral over het
noorden van de FIR te trekken.

MODELBEOORDELING:
Aandachtspunt voor de komende periode is de vraag hoever de occlusie
naar het zuiden en zuidwesten komt. Harmonie36 komt minder zuidelijk dan
de overige modellen, al is het verschil in de 00z-runs wel kleiner
geworden. Ergens boven het zuiden en zuidwesten lijkt dit systeem
vandaag te blijven slepen, met in alle modellen een duidelijk signaal
voor lichte tot matige buien. Een volgend aandachtspunt is de vorming
van mist(banken) in opklaringen in de nacht naar maandag. Dit zou in de
nabijheid van de occlusie moeten gebeuren (vochtigste lucht), in Ha36
komt het mistsignaal een stuk noordoostelijker, overeenkomstig met de
ligging van de occlusie.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Actueel 6 Bft in alle kustdistricten. Na doorkomst van de occlusie neemt
de wind geleidelijk af, al kunnen er op de oostelijke Wadden vanochtend
nog 6 Bft blijven staan.

BEWOLKING:
SC/CU-bewolking (sct, bij de occlusie bkn) met enkele TCU's (toppen
FL080), bij de occlusie ook kortdurend ST-bewolking. In het zuidoosten
komt tevens ST-bewolking voor a.g.v. stuw. In de nacht naar maandag is
er kans op mist/lage stratus in de nabijheid van de occlusie, in de
modellen is er een duidelijke indicatie dat deze wat dikker kan zijn en
pas in de loop van de maandagochtend oplost. Maandag is de
onstabiliteitsdiepte net wat dieper en de progtemps laten dan zeker een
CB toe (toppen FL130). Aandachtspunt is een gebied met lokaal
ST-bewolking in het noorden van de FIR boven zee net achter de occlusie
in de vochtige lucht. Mogelijk hangt dit samen met een frontenrestant
(zie synoptische situatie).

NEERSLAG:
Enkele meest lichte buien, overdag zich beperkend tot de occlusie in het
zuiden/zuidwesten. Noord van de occlusie vrijwel overal droog. Als de
occlusie weer oostwaarts terug buigt neemt ook elders de kans op een bui
weer toe op maandag. Ook bij het mogelijke frontenrestant maandag
overdag boven zee een duidelijk verhoogde kans op wat (buiige) regen.

ZICHT:
Goede zichten, in neerslag matig. In het zuidoosten blijven de zichten
nog wat achter, maar deze lopen ook geleidelijk op. Als de occlusie in
de nacht naar maandag van zuidwest naar noordoost over het land trekt en
er bevinden zich enkele opklaringen in deze zone, dan kan hier mogelijk
mist ontstaan. Dit laten alle modellen zien. Geowind 10-15 kn. Erg
onzeker i.v.m. de vraag hoeveel bewolking er bij de occlusie overblijft.
Overigens kan noordoost van de occlusie ook grondmist/ondiep mistbank
ontstaan, maar de lucht is hier aanvankelijk beduidend droger. Ha38 komt
dan ook met een signaal voor turbulentie-ST (geowind in het noordoosten
rond 15 kn).

TEMPERATUUR:
In de nacht naar maandag in opklaringen in het (noord)oosten minima
lokaal rond 4 C.



Paraaf meteoroloog: aberson
Bron: KNMI