Guidance modelbeoordeling voor Nederland

06-10-2017 03:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot zaterdag 07 oktober 2017 24.00 locale tijd

Opgesteld op vrijdag 06 oktober 2017 om 04.46 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hoog ten zuidwesten van de Britse Eilanden met een rug tot boven
IJsland en een laag boven Scandinavie houden in onze omgeving een
noordwestelijke stroming in stand. Hiermee wordt polaire lucht
aangevoerd. In dit stromingspatroon is ook sprake van enkele
bovenluchttroggen, de eerste passeert in de loop van vrijdagochtend
(T500 rond -28°C in het noordoosten), waarna de bovenlucht langzaam
weer wat minder koud wordt. In de nacht naar zaterdag nadert een
warmtefront, dat nu nog ruim ten westen van Ierland ligt. Tevens bereikt
zaterdag in de namiddag, begin avond een volgende hoogtetrog onze FIR,
om vervolgens O-ZO over het noordoosten van het land te trekken. Vanaf
zaterdag beweegt de rug oostwaarts over Nederland en wordt geleidelijk
zwakker.

MODELBEOORDELING:
In het noordelijke kustgebied zijn nabij buien nog steeds windstoten tot
75 km/h mogelijk. Beide Harmonies zijn iets te enthousiast, EC en Hirlam
juist iets te behoudend. Uitschieters gaan in de loop van de ochtend
geleidelijk minder worden. Verder is het de vraag of er in de Limburgse
heuvels vrijdagochtend a.g.v. stuw wat lage bewolking ontstaat, met name
Hirlam geeft hier een signaal voor. Op nadering van het warmtefront,
zaterdag, is Hirlam tamelijk enthousiast met de neerslag, EC toont dan
nog weinig signaal en Harmonie evenmin, maar dat laatste zien we vaker
bij stratiforme neerslagzones. Hirlam laat zaterdag een voorbode van de
frontale neerslag al in de vroege ochtend vanuit het westen binnenlopen,
rond 05 UTC regent het dan in het gehele land. de andere modellen laten
de eerste druppels pas rond 09 UTC in het westen vallen. Hoewel we over
waarden van 0,1-0,5 mm praten, toch wel een significant verschil. In de
progtemps zien we dat Hirlam de aanwezige droge laag tussen 4000 en
10000 vt veel sneller laat verdwijnen en wordt er op die hoogte ook 5-10
kn meer wind gegeven.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
In het Waddengebied zijn tot de middag nog sporadisch, vooral bij buien,
zware windstoten rond 75 km/uur mogelijk. Verder staan er seinen uit in
de kustdistricten, 7 Bft, in Zierikzee 6 Bft. De seinen verdwijnen in de
middag/avond vanuit het zuidwesten. Op nadering van het warmtefront
neemt de wind in de nacht naar zaterdag echter alweer toe naar 6 Bft in
de kustdistricten.

BEWOLKING:
CB's in de polaire lucht, soms wat geclusterd. Toppen van FL100 in het
zuidwesten tot FL170 in het noordoosten van de FIR. Bij de hoogtetrog,
vooral in het noordoosten, geleidelijk toenemende tophoogte naar
FL220-250. Vrijdagochtend (vroeg) in de Limburgse heuvels kleine kans op
stratus a.g.v. stuw.

NEERSLAG:
Buien, toenemend in intensiteit onder invloed van enkele hoogtetroggen.
In het noordoosten van de FIR een geleidelijk toenemende kans op onweer,
overdag ook in de (noord)oostelijke helft van het land. Harmonie geeft
een signaal. INDECS is de laatste run iets minder uitbundig geworden en
daalt van 90+% in het oosten en in het midden 70% naar 25-55%. Op basis
van progtemps De Bilt is onweer inderdaad niet uitgesloten.

ZICHT:
In neerslag matig, lokaal kortdurend slecht.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: veeken
Bron: KNMI