Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 22 september 2017 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 21 september 2017 om 18.37 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Aan de westflank van een hoog boven Duitsland is de stroming bij ons
zuidelijk. Een golvend koufront (met daar vooruit nog een buienlijntje)
ligt boven de Noordzee en Engeland en trekt langzaam oostwaarts. Het
front bereikt vrijdag vroeg in de ochtend het westen van ons land en
verlaat pas later in de avond het oosten. Na passage van het koufront
wordt polaire lucht aangevoerd. Een rug van hoge druk komt dan vanuit
het westen naderbij en ligt in de nacht naar zaterdag boven ons land.

MODELBEOORDELING:
Altijd lastig om een goede timing te geven van de doorkomst van een
zwak, golvend koufront. Zo ook in dit geval. De modellen lopen uiteen.
In Harmonie36 blijft het front uiteindelijk over het noorden en
noordoosten stagneren, terwijl het front in EC helemaal ten oosten van
ons land komt te liggen. Het is dus nog onduidelijk en gaan er vanuit
dat het front nog lang boven of nabij het noordoosten aanwezig blijft.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Geen seinen in de kustdistricten. Door het traag verplaatsende koufront
en de hogedrukopbouw erachter zien we in enkele modellen de wind achter
het front even aantrekken tot 5 Bft.

BEWOLKING:
Het noordwesten van de FIR mogelijk nog een CB op het langstrekkende
buienlijntje. Elders veel velden hoge bewolking. Bij het koufront SC,
tevens neemt de kans op stratus toe (momenteel ook, overeenkomstig met
de modellen, op uitgebreide schaal zichtbaar boven Engeland). In ons
land met name in het westen kans op ST. Timing van het front is hier
gunstig voor (vroege ochtend). Met het langzaam doortrekken van het
front zal de ST-kans kleiner worden als gevolg van de dagelijkse gang.
De frontale bewolking lijkt overdag deels op te trekken en over te gaan
in TCu/Cb. Achter het front, in de polaire lucht opklaringen.

NEERSLAG:
Nabij het noordwesten van de FIR eerst nog een enkele kleine bui. Verder
nabij het koufront soms lichte regen, in de middag geleidelijk overgaand
in een enkele kleine geïsoleerde buitjes. In de avond uitstervende
buiigheid. Het kan zomaar zijn dat beide Harmonies de lichte frontale
neerslag niet al te goed weergeven. Dat gebeurt wel vaker. Dat de
neerslag overdag wat convectief is dan weer wel aannemelijk.

ZICHT:
Komende nacht kans op een enkele mistbank. Lijkt niet heel veel te
kunnen voorstellen omdat er ook vrij veel hoge bewolking aanwezig
blijft. Signaal in de modellen is ook klein. In de frontale zone matige
zichten, erachter in de polaire lucht goed zicht. In de nacht naar
zaterdag is de mistkans een stuk groter. In de polaire lucht bij vrijwel
geen wind kunnen er makkelijk en veel mistbanken ontstaan. Voorwaarde is
wel dat de frontale bewolking voldoende oplost of is weggetrokken.

TEMPERATUUR:
Vrijdag is 20 C in het oosten lokaal mogelijk, mits de frontale
bewolking daar niet te snel binnenkomt.



Paraaf meteoroloog: nolet
Bron: KNMI