Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 22 augustus 2017 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 21 augustus 2017 om 12.35 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een ZO-NW georienteerde rug van hogedruk ligt boven onze omgeving en
trekt gedurende de periode langzaam naar het noordoosten om op dinsdag
boven Duitsland aan te komen. Boven het midden van het land ligt nog een
zwakke convergentielijn van west naar oost, die vanavond steeds verder
vervaagt. Zuidwest van de rug dringt een een warmtefront heel langzaam
noordwaarts op. Het grondfront (dauwpunten > 15°C) ligt 09 UTC van
midden Wales via het zuidoosten van Engeland naar het uiterste
noordwesten van Frankrijk. Het grondfront wordt vanavond of in de nacht
naar dinsdag nabij het uiterste (zuid)westen van de FIR verwacht. Een
nieuwe warmtefrontafloper zou in de nacht naar dinsdag en dinsdagochtend
vooral over de noordelijke helft moeten trekken. Het front loopt
vervolgens op de rug in waardoor het op dinsdag slechts zeer langzaam
noordwaarts verplaatst, bovendien lost het onder invloed van dagelijkse
gang deels op.

MODELBEOORDELING:
Het grondfront is actueel nog redelijk goed te volgen op basis van
dauwpunten en slechte wolken- en zichtcondities. Naarmate het echter
dichterbij onze omgeving komt wordt het lastiger het front te
positioneren. In de cross-secties van Vlissingen en Eelde blijkt wel dat
de vochtige en warme lucht zich in de warme sector pas woensdag over het
gehele land heeft uitgebreid. Verder zien we bij de warmtefrontafloper
dat Hirlam in zijn neerslagbeschrijving iets enthousiaster is dan de
overige modellen. Dit heeft te maken met het feit dat Hirlam te weinig
neerslag uit middelbare bewolking verdampt. EC echter staat erom bekend
te weinig neerslag uit dergelijke wolkenlagen te genereren. De waarheid
ligt waarschijnlijk in het midden. Verder komen alle modellen met lage
bewolking bij het front.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Morgen zwakke zeewind mogelijk.

BEWOLKING:
Bij de warmtefront-afloper middelbare en hoge bewolking, bij het
grondfront in de nacht naar dinsdag boven het uiterste (zuid)westen van
de FIR grote kans op St-bewolking. Dinsdag overdag moet de lage
bewolking boven land door dagelijkse gang volledig oplossen, boven het
westen van de FIR zal dat niet het geval zijn. Overigens voor het front
uit nog cumuliforme bewolking in de polaire lucht.

NEERSLAG:
Op het zwakke convergentie-lijntje lokaal een bui. Pas in de loop van de
avond zien we de activiteit er wel steeds meer uitgaan, als de
convergentie minder wordt en dagelijkse gang tegenwerkt. In de nacht
naar dinsdag en dinsdagochtend bij de zwakke warmtefrontafloper mogelijk
lichte (mot)regen, vooral boven zee. Boven land lijkt dit niet veel meer
voor te stellen.

ZICHT:
10+ km, vannacht in opklaringen kans op grondmist of een ondiepe
mistbank. Waarschijnlijk ondiep en na zonsopkomst snel oplossend. Nabij
het grondwarmtefront nevelige condities en mogelijk ook mist boven zee.
Verder wordt in neerslag geen zichtverslechtering verwacht.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: buscher
Bron: KNMI