Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Neder

14-04-2016 19:20
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 15 april 2016 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 14 april 2016 om 18.59 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Ons aandachtsgebied bevindt zich in polaire lucht in een gebied met een
vlakke luchtdrukverdeling. Een lagedrukgebied ten westen van Bretagne
heeft een occlusie tot over het westen en noordwesten van Frankrijk.
Deze occlusie trekt noordwaarts en passeert in de nacht en ochtend ons
land. Daar vooruit ligt nog een zwakke convergentiezone, 17 UTC boven
het zuiden. Bij de occlusie ontstaat boven Het Kanaal een secundair
lagedrukgebied dat morgenochtend ruwweg van Leiden naar Delfzijl trekt
waarna het morgen eind van de middag boven Sleeswijk-Holstein wordt
verwacht. De occlusie blijft door de ontwikkeling van het laagje
waarschijnlijk boven het noorden van het land slepen. Ten zuiden van de
occlusie wordt de stroming zuidwestelijk. De opbouw wordt morgenochtend
ten zuiden van de occlusie vrij snel onstabiel, maar in de loop van de
middag passeert een zwakke rug die de onstabiliteit onderdrukt. Het
oorspronkelijke laag bereikt morgenmiddag de ingang van Het Kanaal en
trekt zaterdag dan langs onze kust noordoostwaarts. Het ingedraaide deel
van de occlusie bereikt mogelijk vrijdagavond al het zuidwesten.

MODELBEOORDELING:
De modellen lopen enigszins uiteen wat de convectieve neerslag betreft.
De buienlijn boven Belgiƫ wordt opvallend genoeg eigenlijk alleen door
EC redelijk weergegeven. Voor wat betreft de mist en St in de modellen
zien we grote verschillen. De gebieden boven de Noordzee ten noorden van
ons land worden nog steeds door geen van de modellen goed gepakt. Het
mist/St gebied nabij de Engelse zuidoostkust dat in Harmonie en HARATU
aanwezig is, is er in werkelijkheid niet. In een groot deel van onze FIR
boven zee zien we nu dauwpuntsdepressies van 1-2, in het zuiden zelfs
meer, m.u.v. in het mistgebied in het uiterste oosten. Verder zien we op
meso-/synoptische schaal behoorlijke verschillen ontstaan vanaf
vrijdagavond in de koers en activiteit van het laag. De meeste modellen,
ook EC zijn nog erg springerig in de opeenvolgende runs, wat nog een
flinke onzekerheid impliceert.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Morgen op de zuidflank van het passerende secundaire laagje laat met
name Hirlam nog steeds een vrij stevig windveld zien (5 Bft boven de
zuidelijke provincies). Mogelijk wat te zwaar aangezet, iets wat Hirlam
wel vaker doet. Andere modellen geven iets minder wind, maar nog ook wel
lokaal een 5 Bft. Zeker als er wat instraling bij komt met wat meer
uitwisseling tot gevolg. Vlagen in de middag rond 25 kn, in een bui
mogelijk 30 kn.

BEWOLKING:
Inzakkende Cb's. Vanavond en vannacht vanuit het zuiden toenemende
bewolking, eerst op hoger niveau. Nabij de occlusie in neerslag lokaal
wat ST-vorming. Lijkt niet al te grootschalig te worden als we de
modellen mogen geloven. Het St-signaal boven de zuidelijke Noordzee in
enkele modellen lijkt dus overdreven en zien we nu helemaal niet. Wel
lokaal nog St boven zee, die mogelijk weer wat aangroeit. Morgen na
passage van de occlusie weer kans op enkele Cb's.

NEERSLAG:
Bij de occlusie komende nacht en morgenochtend regen. Daar vooruit ligt
nog een smal lijntje met buien, dat geleidekijk samen lijkt te smelten
met de frontale regen wat de neerslag een buiig karakter kan geven (ook
inzaaiing). In de middag zuid van de occlusie weer buien veelal van het
type single cells (CAPE 200-400 en 0-6 km shear in de orde 5-15 kn).
Onweer niet uitgesloten, maar kansen lijken niet groot. Een zwakke rug
lijkt in de loop van de middag van het zuidwesten uit voor enige
stabilisatie te zorgen. In de avond waarschijnlijk een volgend gebied
met regen (ingedraaide occlusie).

ZICHT:
Vannacht zijn de mistkansen niet heel groot, ervan uitgaande dat de
bewolking op tijd toeneemt. Dat laatste lijkt op basis van de
actualiteit te gebeuren. Na buien en in opklaringen zijn enkele
mistbanken vanavond echter niet geheel uit te sluiten. Grootste kans in
het noorden, waar bewolking later komt en Td nu het hoogst zijn.
Vooralsnog niet meer dan een aandachtspunt. Verder zullen er de
gebruikelijke zichtverslechteringen zijn in de neerslag. Morgen na
passage van de occlusie goede zichten.

TEMPERATUUR:
Komende nacht Tn tussen 9-10 graden in het zuiden tot lokaal 5 in het
noorden. Morgen overdag Tx rond 13 graden, convectietemperatuur rond 11
graden vanaf ongeveer 9 UTC.



Paraaf meteoroloog: buscher
Bron: KNMI