Guidance modelbeoordeling voor Nederland

03-08-2017 03:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 04 augustus 2017 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 03 augustus 2017 om 05.28 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een lagedrukgebied nabij Ierland trekt de komende periode langzaam en
opvullend richting Zuid-Noorwegen. Aan de zuidflank hiervan komt vooral
vandaag een stevige zuidwestelijke stroming te staan. Een frontaal
systeem, dat onder invloed van een krachtige jet op een split
level-front lijkt (zie satellietbeelden en cross-secties), is ons land
aan het passeren. Het warmtefront was om 03 UTC gesitueerd boven het
uiterste noorden van de FIR en trekt verder noordwaarts. Het hoogtefront
verlaat spoedig het oosten, het grondfront (om 03 UTC boven
zuidoost-Engeland) pas in de eerste helft van de middag. Hierna worden
diverse kortgolvige troggen aangevoerd, de belangrijkste later vanmiddag
(vooral het noorden van de FIR) en vrijdagochtend. Later op vrijdag zou
een oude ingedraaide occlusierestant het noorden van de FIR nog even
kunnen aandoen.

MODELBEOORDELING:
In de modellen zijn de verschillende synoptische structuren vrij
duidelijk terug te zien. Hirlam lijkt iets te enthousiast met de
neerslagintensiteiten, EC juist wat te rustig. Waarheid zal in het
midden liggen. Timing van doorkomst van het grondkoufront is tamelijk
consistent, Ha36 lijkt een fractie achter te lopen op de actualiteit.
Verder is er momenteel meer lage bewolking met bovendien een lagere
basis dan de modellen aangeven, iets dat we vaker zien bij doorvallende
neerslag bij (warmte)fronten.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Aan de zuidflank van het laag een stevig windveld, de piek valt
vanmiddag en vanavond met langs de kust en het IJsselmeer 7 Bft en
uitschieters 70-80 km/h. Voor het zuidwestelijk kustgebied behoort een 8
Bft tevens tot de mogelijkheden (mede a.g.v. het venturi-effect in het
Kanaal), de modellen (op EC na) geven hiervoor enig signaal. In de nacht
naar vrijdag iets afnemende wind, maar aanhoudend seinen (6 Bft) in de
kustdistricten.

BEWOLKING:
Nabij het warmtefront en het grondkoufront voornamelijk boven zee
St-bewolking, ook onder 500 vt. Boven land tot en met de passage van het
hoogtefront Sc rond 5000 vt (en een kans op een embd CB met basis rond
FL060, toppen FL250), pas bij het grondkoufront kan de basis tijdelijk
dalen naar 1000-1500 vt, in het westen wellicht nog even onder 1000 vt.
Na passage van het grondkoufront convectieve bewolking, bij genoemde
troggen reikt de onstabiliteitsdiepte boven zee nog tot circa FL250
(Cb's), boven land is dat over het algemeen beperkt tot maximaal FL100
(Tcu's). Bij het oude ingedraaide occlusierestant boven zee mogelijk
St/Sc rond 1000 vt.

NEERSLAG:
Op nadering van en bij het hoogtefront perioden met regen, die mogelijk
wat buiig van karakter wordt (MUCAPE 200-400 J/Kg). Het grondkoufront
levert coalescentieneerslag (motregen of een enkele TCU) op. Hierna
enkele buiigheid, vooral bij genoemde troggen. Overigens lijkt er
vrijdagochtend ook sprake te zijn van kustconvergentie te zijn. Boven
het noord(west)en van de Noordzee is er kans op onweer (MUCAPE in de
orde 500 J/Kg, toptemperaturen -35°C). Bij het oude ingedraaide
occlusierestant boven zee mogelijk ook wat stratiforme neerslag.

ZICHT:
Vooral bij het warmtefront lopen de zichten in neerslag terug tot onder
5 km, elders met een hogere basis minder teruglopende zichten. Bij het
grondkoufront in coalescentieneerslag is de kans groter dat het ook
elders tot onder 5 km tijdelijk terugloopt. Na passage van het frontale
systeem in de polaire lucht buiten buien goede zichten.

TEMPERATUUR:
Mogelijk wordt in het zuidoosten nog een zomerse 25°C gehaald voor
passage van het grondkoufront.



Paraaf meteoroloog: aberson
Bron: KNMI