Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot donderdag 06 juli 2017 24.00 locale tijd

Opgesteld op woensdag 05 juli 2017 om 10.36 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hogedrukgebied boven de Noordzee heeft een uitloper richting het
noordoosten van Nederland. Een ZO-NW georienteerd zwak frontaal systeem
bevindt zich momenteel boven het noorden van het land. Nabij en noord
van deze zone is de zwakke stroming oostelijk, ten zuiden westelijk. De
aanwezige lucht is enigszins vochtig. Het hogedrukgebied trekt gedurende
de komende periode zuidoostwaarts, ligt donderdagochtend boven het
noorden van Duitsland en ligt in de middag boven Polen. De stroming
wordt donderdag dientengevolge zuidoostelijk en voert geleidelijk steeds
warmere lucht aan. Een thermisch lagedrukgebied dat gisteren boven
Spanje is ontstaan ligt momenteel boven de Golf van Biskaje, de
bijbehorende W-O georienteerde vore bereikt het uiterste zuiden in de
loop van donderdagmiddag, het lagedrukgebied zelf bereikt donderdagavond
het land. Nabij de vore en nabij het lagedrukgebied is sprake van hoge
theta-w waarden (17 a 18 graden Celsius).

MODELBEOORDELING:
Voor vandaag zijn er weinig aandachtspunten. Alleen de ST op de Noordzee
is nog van belang en de eventuele lokale bui vanmiddag.
Verder is vooral de buiigheid van morgen een aandachtspunt; nabij de
vore en het lagedrukgebied mogelijk buienontwikkeling, deze buien kunnen
pittig uitpakken. De modellen verschillen nog behoorlijk; er is veel
variatie in intensiteit, positie en timing aanwezig; de modellen
variëren tussen een enkele bui boven land, tot aan enkele stevige buien
in het gehele zuiden. Het uiterste zuidoosten lijkt de grootste kans te
maken (zie voor een verdere toelichting het item neerslag).

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vandaag geen aandachtspunt. Morgen bij de eventuele buien wel;
windstoten rond 35 kn zijn mogelijk. Harmonie komt zeer lokaal (in
Duitsland) met 41 kn uitschieters bij een zwaardere bui. De
bovenstroming is niet zo krachtig, dus de uitwisseling van impuls zal
dit nauwelijks kunnen veroorzaken. Wellicht een downburst dus in
combinatie met een relatief droog stuk onder de bui wat voor een
versnelling kan zorgen.

BEWOLKING:
Vandaag bij het warmtefront boven de Noordzee nog SC en wat ST. Dit
wordt goed weergegeven door de modellen. Morgen ontwikkeling van CU en
in het (uiterste) zuiden nabij de vore en het lagedrukgebied mogelijk
ontwikkeling van enkele CB's.

NEERSLAG:
Vandaag is er van neerslag nauwelijks sprake; nabij de frontale zone
valt lokaal nog lichte (mot)regen, maar de intensiteit neemt steeds
verder af. Vanmiddag berekenen Harmonie 36 en Hirlam nog een enkele bui
in met name het oosten van het land. Het signaal is nog beperkter dan
gisteren het geval was. Significant zal het geenszins zijn dus we hebben
het niet benoemd in de verwachtingen.
Morgen is het qua neerslag interessanter; er is een indicatie voor
enkele (pittige) onweersbuien (toppen rond FL350) nabij de vore en het
lagedrukgebied. De exacte positie en timing van deze buien is nog
ongewis, evenals de intensiteit. Het is zaak om voorlopig niet al teveel
in te zoomen op details, maar meer de grote lijnen te volgen. Volg je
overigens de trajectorieen van Beek dan zou het gebied dat nu boven de
Golf van Biskaje ligt halverwege de donderdagmiddag bij Beek moeten
arriveren.

Triggers voor de buienontwikkeling zijn;

- Convergentie in de vore en het thermische laag.
- Ontwikkeling van buien ten gevolge van de advectie van hoge theta-w
waarden nabij de vore.
- Bereiken van de convectietemperatuur in het zuiden van het land (zo'n
28 graden Celsius).
- Andere eventuele triggers (bovenluchttroggen, jet, frontale systemen)
zijn niet aanwezig.

Zaken die de ontwikkeling kunnen belemmeren;
- In het noorden van het land lijkt de convectietemperatuur niet bereikt
te worden, daar is de kans op pittige buien dus een stuk kleiner.
- In de temps van diverse modellen is sprake van wat zwakke inversies,
waardoor buiengroei belemmerd wordt.
- Timing is van belang; buien die zich later vormen worden niet meer
vanaf de grond gevoed.

CAPE waardes liggen nabij de vore tussen 2000 en 2500 J/kg, en lokaal is
ook de categorie 2500-4000 J/kg mogelijk. Noordelijker neemt dit snel af
(700 J/kg in het uiterste noorden). Shear bedraagt zo'n 30-40 kn.
Convectiemodus is dan in het zuiden van het lang goed georganiseerde
multicell, mogelijk supercell. Indien deze buien zich ontwikkelen dan
behoort (grote) hagel tot de mogelijkheden evenals lokaal behoorlijke
neerslaghoeveelheden. Index komt voor het uiterste zuiden met zo'n 60%
kans op >200 ontladingen.

ZICHT:
Weinig bijzonderheden.

TEMPERATUUR:
Morgen in het zuiden de warmste lucht met temperaturen rond 29 graden,
in het noorden zal het koeler zijn. Verder geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: schaikm
Bron: KNMI