Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 00 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot woensdag 28 juni 2017 24.00 locale tijd

Opgesteld op dinsdag 27 juni 2017 om 04.48 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hogedrukgebied met rugas boven het noorden van Nederland beweegt
noordoost. Een lagedrukgebied boven het noordwesten van Frankrijk
beweegt in de nacht naar woensdag en woensdag overdag naar het zuidelijk
deel van de Noordzee. Het bijbehorende W-O georiënteerd warmtefront
bereikt vanmiddag rond 15 UTC het zuiden en beweegt noord over ons land
om morgenochtend ons land te verlaten. In de warme sector wordt met een
oost- tot zuidoostelijke stroming tropische lucht aangevoerd (dauwpunten
van 19-20°C). Het warmtefront wordt gevolgd door een NW-ZO
georiënteerd koufront dat noordoost over Nederland beweegt en morgen in
de loop van de avond het noordoosten van het land verlaat. Dan wordt de
stroming ook westelijk. In de bovenlucht ligt nu boven het noordwesten
van het Iberisch Schiereiland een trog en beweegt noordoost over
Nederland en loopt in op het koufront.

MODELBEOORDELING:
De modellen lopen enigszins uiteen wat betreft de koers en het uitdiepen
van het lagedrukgebied, maar de verschillen zijn ten opzichte van de
vorige modelruns wel minder groot geworden. Alle modellen berekenen de
eerste neerslag vandaag rond 15 UTC aan de zuid(oost)grens van ons land,
alleen Hirlam berekent hier een bandje met neerslag vooruit. Dit
neerslagbandje lijkt niet erg waarschijnlijk, gezien het feit dat dit
neerslag is die op hoogte ontstaat en het hoogstwaarschijnlijk verdampt
voor het de grond bereikt. Verder verschillen de modellen onderling wat
betreft de locatie, intensiteit en timing van de buien nabij het
koufront en in de warme sector, maar over het algemeen berekenen alle
modellen de meest heftige buien woensdagmiddag (en avond) boven de
noordoostelijke helft van het land. De Hirlam 00 UTC run berekent
morgenavond een onweerscomplex met een aparte lagedrukkern met lokaal
veel regen en windstoten (waarschijnlijk een MCS) net oost van ons land
en laat deze richting Groningen bewegen. Het lijkt niet heel
waarschijnlijk dat deze over ons land gaat trekken, maar is wel een
aandachtspunt.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vanaf vanavond net noord van het lagedrukgebied 6 Bft in de
kustdistricten, komende nacht 7 Bft in Texel en Rottum. Morgen in Humber
en de Duitse Bocht 7 Bft. Morgenavond aan de zuidflank van het
lagedrukgebied tijdelijk weer 6 Bft. Bij buien zijn windstoten mogelijk
tot 30 knopen.

BEWOLKING:
Vanmiddag CB's met een basis rond 3000 vt en toppen rond FL300, in het
zuidoosten tot FL400. Komende nacht ontstaan de CB's boven de inversie
met hoge basis en toppen tot FL350. Morgenmiddag als de buien vanaf de
grond kunnen ontstaan een lagere basis rond 1500 vt, met name in de
noordoostelijke helft van het land.
Morgen nabij het lagedrukgebied ST.

NEERSLAG:
Vanaf vanmiddag van het zuiden uit toenemende kans op (onweers)buien op
nadering van het lagedrukgebied met bijbehorende frontale systemen. De
toenemende onweerskansen vanaf vanmiddag worden ondersteund door de
Harmonie onweersplaatjes en INDECS kansen. Vandaag met CAPE van 400-700
J/kg en schering van maximaal 15-20 knopen, zijn het single cel,
mogelijk multi cel buien. Morgen is er ook forcering van de
bovenluchttrog die op het frontale systeem inloopt. De effectieve
schering is dan ongeveer 25 knopen, morgenmiddag 30-35 knopen. De CAPE
neemt in de warme sector toe naar 1000-1500 J/kg, dit zullen
voornamelijk multi cel buien zijn. Morgenmiddag in de warme sector en
nabij het koufront ook kans op hagel, dit zal kleine hagel zijn (lage
CAPE). Verder is de Precipitable Water in HARM hoog (40 mm), dus de
buien kunnen lokaal voor veel neerslag zorgen.

ZICHT:
In buien teruglopende zichten, bij onweersbuien slechte zichten. Morgen
nabij het lagedrukgebied boven de Noordzee mogelijk mist.

TEMPERATUUR:
De maxima lopen vooral vandaag erg uiteen, hoogstwaarschijnlijk
veroorzaakt door de grote verschillen in locatie, hoeveelheid en timing
van buien die de modellen berekenen.



Paraaf meteoroloog: blij
Bron: KNMI