Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 09 juni 2017 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 08 juni 2017 om 18.02 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
In een warme sector boven het aandachtsgebied voert een zuidwestelijke
stroming maritiem tropische lucht aan. Een golvend koufront nadert
vannacht het westen en verlaat vrijdagmiddag het oosten. Het koufront
wordt gevolgd door een scherpe hoogtetrog en de rechter ingang van een
zuid-noord georienteerde jetstreak. De combinatie van WAA rond 850 hPa
(ThetaW-850 circa 14°C) en DPVA resulteert in grootschalige
stijgbewegingen stroomafwaarts van de trogas. Ten westen van het
koufront komt een westelijke stroming van polaire lucht op gang. Hierin
loopt eerst nog een kortgolvige trog mee, gevolgd door een rug.


MODELBEOORDELING:
Belangrijkste aandachtspunt betreft de convectie voor vannacht en
morgenochtend. Het gemeenschappelijke scenario van de diverse modellen
is dat de onweersbuien rond middernacht het zuidwesten bereiken, zich
noordoostwaarts uitbreiden en uiteindelijk oostwaarts over het land
trekken. De windstoten en het aantal ontladingen lijken naarmate de
nacht vordert af te nemen, maar dat is in dit soort situaties geen
zekerheid.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Een convergentielijn trekt actueel van het westen uit over het land. De
windsprong naar west/noordwest is relevant voor met name kleine
luchtvaart. Harmonie36 berekent de zwaarste windstoten, maar springt van
run tot run. De 12Z-run is weer rustiger. Het Racmo-turbulentieschema
van Harmonie38 laat voortdurend vrijwel niets over van de windstoten bij
buien en lijkt hiermee op de grofmazige modellen. Voor het koufront uit
staat op de middelbare niveaus 50-65 knopen. Alhoewel de buien vanaf
enige hoogte geforceerd worden, is niet helemaal uit te sluiten dat
lokaal zware windstoten optreden. Gezien de dynamische forcering voor de
vorming van een lijnvormig (squall) systeem met daarmee op grotere
schaal (zware) windstoten blijft het oppassen.

BEWOLKING:
Vannacht en morgenochtend geclusterde, mogelijk ingebedde, CB's met een
hoge basis voor (ongeveer FL070) met toppen tot FL350. Op het koufront
lijkt de kans op forse CB's niet groot meer, morgenmiddag neemt de
onstabiliteitsdiepte af naar FL080 op nadering van de (hoogte)rug. Nabij
het koufront kan overigens lokaal ook ST voorkomen.

NEERSLAG:
Nabij het warmtefront lichte (mot)regen, er vlak achter nog wat
middelbare onstabiliteit met lichte regen. Vannacht en morgenochtend
waarschijnlijk een of meerdere convectieve complexen. Onstabiliteit
lijkt niet groot, MUCAPE in de orde van een paar honderd J/Kg, eff.
windschering veelal rond 25 kn in de meeste hodogrammen. Echter, er zijn
met name in het zuidwesten ook plekken waar hogere schering tot meer dan
35 kn mogelijk lijkt te zijn. Dynamische forcering (zie synoptische
situatie) ruimschoots aanwezig. De vraag is of die het relatieve gebrek
aan onstabiliteit kan compenseren. Waarschijnlijk niet, de kans op grote
hagel (weinig CAPE) is daarmee daarmee niet groot. Er kan lokaal wel
veel neerslag vallen als gevolg van langdurige regenval bij tamelijk
hoge intensiteiten, intensiteiten van > 50 mm/u zijn echter niet
waarschijnlijk (PW-Ha36 slechts orde 30 mm). Zowel KOUW als INDEC als
Harmonie komen met hoge onweerskansen, maar niet met grote kans op heel
veel ontladingen (d.w.z. meer dan 50 per 5 minuten). Gezien de vrij hoge
wolkenbases is het niet onwaarschijnlijk dat het vooral om CC zal gaan.
Morgen overdag nog een enkele geïsoleerde bui.

ZICHT:
In onweersbuien slechte zichten.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: zwagers
Bron: KNMI