Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 06 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot dinsdag 23 mei 2017 24.00 locale tijd

Opgesteld op maandag 22 mei 2017 om 11.16 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hogedrukgebied boven Denemarken en het noorden van Duitsland trekt
langzaam oostwaarts en neemt in betekenis af. Aan de zuidwestflank
daarvan wordt er met een zuidoostelijke stroming van origine polaire
lucht die warm en relatief droog is. Een occlusie (van oorsprong een
tweetal), behorend bij een laag ten noordwesten van Ierland, bereikt
vannacht rond 03 UTC de westelijke Noordzee. De occlusie lijkt onder
invloed van een kortgolvige hoogtetrog (+ LU Jet) en later mogelijk een
afsnoerend hoogtelaagje alleen actief boven het noordelijke deel van de
FIR. Voor de occlusie uit bevindt zich nog een inactieve (thermische)
vore die komende nacht en morgen vroeg al van west naar oost over het
land passeert. De (inactieve) occlusie bereikt morgen in de loop van de
ochtend de westkust en verlaat in de middag ons land. Na passage van de
occlusie voert een noordwestelijke stroming wat minder warme lucht aan
en bouwt zich een rug van hoge druk op net ten westen van Nederland.

MODELBEOORDELING:
De weergave en verloop van grenslaagbewolking ziet er het meest
realistisch uit in Harm38. Harm36 heeft teveel lage bewolking, Hirlam
blijft zoals wel vaker continu kleine mistgebiedjes berekenen, we gaan
er vanuit dat de lage bewolking met behulp van de vrij droge
zuidoostelijke aanvoer vanmiddag uit de FIR verdwijnt. EC is morgen de
enige die uit de bewolking bij de occlusie nog een licht buitje weet te
persen, we houden het vrijwel overal droog.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Vanmiddag en -avond kan er een zwakke wind van zee gaan opsteken, die
indicatie wordt door alle modellen gegeven. Doorkomst van de inactieve
vore zit eenduidig in de modellen. Morgenmiddag achter de occlusie een
vlagerige wind boven land (tot rond 25 knopen) ten gevolge van sterke
instraling in combinatie met kou-advectie.

BEWOLKING:
Boven het uiterste noorden van de FIR een gebied met lage ST, vanmiddag
langzaam noordwaarts (weg)trekkend. Met name boven de noordoostelijke
helft CU met hoge basis, later weer oplossend. Verder later vanmiddag en
vanavond wat meer CI (dikterugbewolking, mogelijk ook wat jetcirrus).
Nabij de occlusie boven het noorden van de FIR AC tot FL120-150,
mogelijk met een verscholen CB gezien enige potentiële onstabiliteit.
Enkele flarden ST ook niet uitgesloten. Boven land in het uiterste
oosten kleine kans op een TCU met toppen maximaal FL090. Morgen na
passage van de occlusie vrij droge temps, wel opnieuw CI a.g.v. de jet.

NEERSLAG:
Bij de occlusie boven de Noordzee komende regen, mogelijk wat buiig.
Elders vrijwel overal droog, kans op een bui in het uiterste oosten is
klein.

ZICHT:
In het noorden van de FIR lokaal nog nevel (vanochtend ook nog mist),
later vandaag waarschijnlijk verdwijnend (advectief en door menging). In
de nacht naar dinsdag in de westelijke helft een iets grotere kans op
nevel en grondmist als de wind bij de vore ruimt naar west.

TEMPERATUUR:
Harm38 geeft over het algemeen het beste beeld bij dagen met veel
dagelijkse gang. Morgen na passage van de occlusie met een
noordwestelijke stroming enige afkoeling.



Paraaf meteoroloog: aberson
Bron: KNMI