Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 31 maart 2017 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 30 maart 2017 om 17.52 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een hogedrukgebied boven Centraal-Europa trekt langzaam oostwaarts. Het
polaire front ligt boven het westen van de Britse Eilanden. Uiteindelijk
bereikt het koufront Nederland vrijdag in de avond en trekt vervolgens
oostwaarts. Het koufront wordt voorafgegaan door een thermische vore die
vrijdagmiddag oostwaarts over het land trekt.

MODELBEOORDELING:
Aandachtspunten zijn de passage van het koufront vrijdagmiddag en
-avond. Het polaire front is lastig te analyseren. Boven de Britse
Eilanden valt het samen met Theta-w 850 hPa =10 C, maar ten Z van een
golf die om 12 UTC rond 48 NB ligt is er geen duidelijke koppeling met
een parameter in de modeluitvoer. Het front is geanalyseerd op de
bewolkings/neerslagzone. De thermische vore is geanalyseerd op de
neerslag/convectie.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Op de centrale Noordzee staat duidelijk meer wind (6 Bft) dan in de div.
uitvoer. Het is enigszins de vraag of deze ook representatief zijn voor
wat nabij het aardoppervlak ervaren wordt; er is sprake van een stabiele
opbouw waardoor de wind vermoedelijk op lagere hoogte minder krachtig
zal zijn.
Convectieve uitschieters vrijdag rond 30 kn, maar slechts zeer
sporadisch in de div uitvoer. Consistent met de verwachting dat evt
convectie niet vanaf de grond plaatsvindt.

BEWOLKING:
Vrijdag bij de passage van de vore een kleine kans op een (verscholen)
CB. Op passage van een front is een CB ook mogelijk. Ten W van het
koufront in de div uitvoer (vooral in de Hir uitvoer) een indicatie voor
mist/lage bewolking boven de Noordzee.

NEERSLAG:
Bij de vore in de Hir uitvoer een convectief signaal. De kans lijkt dus
klein maar het is wel een aandachtspunt, immers er is dan nog warme
lucht aanwezig en tevens is er in de vore sprake van enige convergentie.
Nabij het koufront kunnen mogelijk ook enkele buien ontstaan; meest
actief in de div Harmonie uitvoer. Forcering lijkt kou-advectie te zijn
ten W van het koufront. Toppen rond FL200. Convectieve modus nabij vore
en nabij koufront is vergelijkbaar; single cell/multicell (CAPE 50-100
J/kg, schering rond 25 kn).

ZICHT:
Goede zichtwaarden; er blijft voldoende wind staan komende nacht. Op
frontpassage teruglopende zichten wegens neerslag.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: huiskamp
Bron: KNMI