Guidance modelbeoordeling voor Nederland

16-02-2017 16:40
Guidance modelbeoordeling voor Nederland, de Nederlandse kustwateren en
de Noordzee, gebaseerd op de HIRLAM run van 12 UTC en de overige
genoemde modellen en gidsen met bijbehorende runtijd.

Geldig tot vrijdag 17 februari 2017 24.00 locale tijd

Opgesteld op donderdag 16 februari 2017 om 16.05 uur

MODELLENBEOORDELING.
SYNOPTISCHE SITUATIE:
Een zwakke occlusie boven het oosten van het land trekt de komende uren
naar het oosten weg. Intussen nadert een hoogtetrog op de Noordzee het
westen van de FIR. De hoogtetrog, eventueel uitdiepend tot hoogtelaag,
trekt vannacht en vrijdagochtend vrij snel naar Oost-Europa weg. De
koudste bovenluchten (vannacht tot iets onder -30 C) raken we vrijdag
dan ook snel kwijt. De hoogtetrog wordt vrijdag aan het einde van de dag
al gevolgd door een mobiele hoogterug. Aan de grond zien we een
vergelijk patroon. Een lagedrukgebied ten oosten van Schotland vult
langzaam op en trekt vrijdag zuidoostwaarts over de Duitse Bocht. Om het
laag lijken diverse (restanten) van occlusies te zijn ingedraaid. Het
laag wordt gevolgd door een mobiele, noord-zuid georienteerde rug die
vrijdagavond het westen van het land bereikt. Aan de westflank van de
rug is ook nog een frontale band terug te vinden (met name in ThetaW-850
hpa), dit lijkt een occlusieband te zijn die om het eerdergenoemde laag
is heengekruld en aan de westlank van het laag met een zuidwestelijke
stroming weer terug richting FIR wordt getransporteerd.

MODELBEOORDELING:
Synoptisch gezien zijn de modellen eenduidig. Harm36 (en in mindere mate
Harm38) is het actiefst in de berekening van de neerslag. Hier komt
duidelijk de convectieve component in de neerslag naar voren. Met name
bij de hoogtetrog lijkt dat aannemelijk, de progtemps zien er niet
overtuigend convectief uit. Daarnaast gaan we ervan uit Harm36 vrijdag
overdag te lang te veel (lichte) buitjes blijft berekenen. Verder zien
EC/Hirlam/Harm38 er vergelijkbaar uit.
De representatie van de grenslaag is minder eenduidig. Harm38 ziet er
momenteel het beste uit. Harm36 is voortdurend te fors met lage
bewolking. Bij de occlusiebanden vannacht en vrijdag overdag komen de
modellen weer met een duidelijk stratussignaal. Komende nacht zou
volgens Hirlam turbulentiestratus moeten ontstaan, in beide Harmonies is
dat signaal ook terug te vinden. Is wel afhankelijk van opklaringen en
daarmee afkoeling. Die kans is in het zuidoosten re?el. Vrijdagavond en
de nacht naar zaterdag lopen de modellen sterk uiteen. Hirlam heeft
advectief mist/stratus vanuit het noordwesten, in de Harm36/38 is dat
bewolking op SC-niveau. Dat laatste lijkt gezien de actualiteit
realistischer. Volgens Hirlam zou deze mist/lage bewolking vrijdag op de
Noordzee moeten gaan ontstaan. Dat is niet uitgesloten bij Tzeewater ~ 6
C en Td ~ 6 C, maar in Hirlam zien we vaker teveel mist op de Noordzee.
De modellen komen wel duidelijk met stralingsmist in de rug boven land,
de mate waarin dat gebeurt hangt sterk af van de hoeveelheid
opklaringen.

AANDACHTSPUNTEN.
WIND:
Er staat 6 Bft uit in de noordelijke districten. Met het wegtrekken van
het laag verdwijnen deze op vrijdag.

BEWOLKING:
In het westen/noordwesten een gebiedje met (lage) stratus, geleidelijk
oplossend of oostwaarts wegtrekkend. Elders nog wat Cu/Sc. Vanavond en
vannacht boven land enkele opklaringen, vanuit het noordwesten Sc/St en
kans op enkele (verscholen) CB. Dit breidt zich vannacht en
vrijdagochtend over het land uit. Als vrijdagmiddag de laatste
occlusieband wegtrekt lijken de kansen op St af te nemen. Hierachter zit
actueel vrij veel SC-bewollking, de vraag is hoeveel opklaringen hierin
ontstaan vrijdagavond en in de nacht naar zaterdag. In de nacht naar
zaterdag zou er op een oude occlusieband, die aan de westflank van het
laag het noordelijke deel van de FIR bereikt, opnieuw St kunnen zitten
(of mogelijk mist).

NEERSLAG:
De eerste occlusie die ons land spoedig verlaat geeft naar verwachting
geen neerslag binnen de landsgrenzen. Actueel zitten er wel een aantal
geisoleerde buien net ten zuiden van Limburg. De komende uren trekt
(o.a. door forcering bij de hoogtetrog en op een occlusieband) een
gebied met wat buiige regen het noordwesten van de FIR binnen. Hierbij
kan een enkele (verscholen) CB (toppen waarschijnlijk rond FL100-150,
maar niet uitgesloten dat er een bui vanavond doorschiet naar FL250).
Onstabiliteit is gering, < 100 J/Kg MUCAPE). De onstabiliteitsdiepte
neemt vannacht vanuit het noordwesten al weer af. Met de hoogtetrog en
occlusieband(en) trekt de (buiige) neerslag vrijdag overdag naar het
zuidoosten weg. Vrijdagmiddag op een enkel licht buitje na droog.

ZICHT:
Meest goed, in het westen/noorden van het land lokaal nevel of zelfs
mist, geleidelijk oplossend of naar het oosten wegtrekkend. Vanavond
mogelijk weer nevelig, geowind neemt toe naar 20-30 kn, dus
waarschijnlijk geen mist. Vrijdag in neerslag matig tot slecht.
Vrijdagavond en in de nacht naar zaterdag als er opklaringen ontstaan
redelijke tot grote kans op (stralings)mist. In de rug neemt de geowind
sterk af.

TEMPERATUUR:
Geen bijzonderheden.



Paraaf meteoroloog: aberson
Bron: KNMI